EU Wapenexportbeleid Europese Unie bedreiging voor mondiale veiligheid

EU-lidstaten maken zich nog altijd schuldig aan het verhandelen van wapens naar landen waar ze gebruikt worden voor ernstige mensenrechtenschendingen, zoals aanvallen op burgerdoelen, buitengerechtelijke executies of marteling. Dit ondanks het in werking treden in 1998 van een EU-Gedragscode inzake de Wapenexport, waarin richtlijnen staan over wapenhandel. Amnesty International constateert in het rapport Global Security: The European Unions arms exports dat de gedragscode onvoldoende werkt. De mensenrechtenorganisatie pleit voor het aanscherpen van de code en voor het juridisch bindend maken ervan.

Staten hebben zowel morele als juridische verplichtingen er voor te zorgen dat de wapens die ze exporteren niet worden misbruikt voor het begaan van ernstige mensenrechtenschendingen of schendingen van het oorlogsrecht aldus Amnesty International.

Het rapport schetst tal van voorbeelden van Europese landen die wapens verhandelen aan landen waarbij de handel in strijd is met de wapenexportcriteria zoals vastgelegd in de EU-Gedragscode inzake de Wapenhandel of naar landen waarop een EU wapenembargo van toepassing is. Zo levert Spanje militair en veiligheidsmateriaal aan Colombia een land waar het doden en laten 'verdwijnen' van burgers door veiligheidstroepen en daaraan gelieerde paramilitairen aan de orde van de dag is; leverde Engeland de afgelopen jaren verschillende belangrijke onderdelen van wapens aan China, ondanks een EU wapenembargo en leverde Frankrijk via India helicopters en onderdelen van helicpters aan Nepal, een land waar het leger recent burgers gedood heeft vanuit die helicopters.

"De huidige EU-Gedragscode omvat onvoldoende garantie dat wapens niet in verkeerde handen terecht komen en de criteria waaraan staten dienen te voldoen zijn voor interpretatie vatbaar". Hierdoor bestaat het risico dat economische of politiek overwegingen bij de besluitvorming over wapenhandel een grotere rol spelen dan de naleving van de mensenrechten. Italiaanse handvuurwapens vinden via een gat in de Italiaanse wet hun weg naar Brazilië.In dit land zijn als het gevolg van het misbruik van kleine wapens sinds 1990 14:000 minderjarig omgekomen.

"Daarnaast heeft het EU-wapenexportbeleid onvoldoende aandacht voor de tussenhandel; de handel in wapenonderdelen, de doorvoer van wapens, de afstoot van overtollig defensiematerieel en voor wapenmakelaars", aldus Amnesty International.

Amnesty International maakt zich zorgen over de nieuw toetredende lidstaten van de Europese Unie die veelal nog een zeer zwak ontwikkeld wapenexportbeleid hebben. Het is van groot belang dat deze staten worden bijgestaan in de ontwikkeling van een effectief controlestelsel op wapenexport. Angola ontving bijvoorbeeld tot voor kort grote hoeveelheden wapens uit Slowakije en Polen leverde tanks aan Jemen die vervolgens in Soedan terecht kwamen.

De Nederlandse regering zet zich internationaal in voor aanscherping van wapenexportregulering. "Het Nederlandse wapenexportbeleid zelf is voor verbetering vatbaar", stelt Amnesty. Zo wordt Nederlands grondgebied nog altijd gebruikt voor de doorvoer van wapens, waaronder militaire voertuigen naar Israël. Daar worden ze gebruikt bij ernstige mensenrechtenschendingen. Nederland weigert om deze reden eigen wapens naar Israël te exporteren maar staat wel toe dat andere landen dit via haar grondgebied doen.

Tevens maken Nederlandse bedrijven onderdelen van wapens die aan bijvoorbeeld de VS worden geleverd en waarbij Nederland geen enkele garantie heeft dat deze wapens uiteindelijk niet in landen terecht komen die mensenrechten schenden. Zo exporteert Nederland onderdelen van wapens, bijvoorbeeld voor de Hellfire raket,maar ook voor F16 vliegtuigen naar de Verenigde Staten De VS exporteert volgens op grote schaal naar landen waar de mensenrechten ernstig geschonden worden, zoals Irak, Afghanistan, Jemen en Israel.

Amnesty International publiceert het rapport voorafgaand aan de review (evaluatie) van de EU-Gedragscode waarin het functioneren van de 6 jaar geleden in werking getreden code door de EU zal worden geëvalueerd. Amnesty beschouwt dit als een unieke gelegenheid om de Code aan te scherpen en roept de Nederlandse regering als aankomend voorzitter van de EU op hier het voortouw in te nemen.

De Nederlandse regering laat graag zien dat ze binnen de internationale gemeenschap wapenstromen die tot mensenrechtenschendingen leiden te willen aanpakken; dit is het moment om krachtige stappen op EU-niveau te zetten om dit te realiseren aldus Amnesty International.

Naast aanscherping van de EU-Gedragscode is het ook van belang dat de EU stappen zet om tot een internationaal Wapenhandelsverdrag te komen. "Het enkel aan banden leggen van Europese wapenexport is niet voldoende.Dat zou betekenen dat de grootste wapenexporteurs ter wereld, de Verenigde Staten,de Russische Federatie en China buiten schot blijven", zo zegt Amnesty International. De mensnerechtenorganisatie pleit samen met Novib en Pax Christi voor dit wapenhandelsverdrag via de internationale Control Armscampagne.

Controle op wapenhandel is niet enkel een morele en juridische verplichting, het is ook in het eigenbelang van de Europese Unie. Het streven naar meer internationale veiligheid zonder meer controle op de internationale wapenhandel is niet effectief, aldus Amnesty International.

Amnesty International afdeling Nederland