Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Persbericht ministerraad
15 mei 2004

WERKNEMERS UIT MIDDEN- EN OOST-EUROPESE LANDEN MOGELIJK SNELLER

AAN DE SLAG IN TUINBOUW

Het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) gaat met de werkgeversorganisatie voor de land- en tuinbouw LTO-Nederland afspraken maken om meer Nederlandse werknemers, onder wie bijstandsgerechtigden aan de slag te helpen in de land- en tuinbouwsector. Als dit lukt, zal het CWI werkgevers in de tuinbouw eenmalig, van 1 juni tot 1 september 2004, versneld een tewerkstellingsvergunning verlenen om werknemers uit Midden- en Oost-Europese landen in dienst te nemen. Doel van deze maatregelen is het dreigende tekort aan werknemers in de land- en tuinbouw tegen te gaan. De ministerraad heeft dit besloten op voorstel van staatssecretaris Rutte van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Aanleiding voor de nieuwe afspraken is een door de Tweede Kamer aangenomen motie, waarin het kabinet wordt verzocht voor een periode van twee maanden versneld vergunningen in de land- en tuinbouw te verlenen. Voorwaarde voor de versnelde vergunningverlening is dat de werkzaamheden vóór 1 september moeten zijn begonnen. De vergunningen zijn geldig zolang het seizoenswerk duurt, met een maximum van twee maanden.

Eerder heeft het kabinet besloten dat voor sectoren of beroepsgroepen met een aantoonbaar tekort aan Nederlandse werknemers een versnelde procedure geldt. Het CWI en de werkgever hoeven dan niet, zoals bij de gebruikelijke procedure, eerst te zoeken naar iemand uit Nederland of uit een land dat al voor 1 mei lid was van de Europese Unie. Het CWI beoordeelt onder andere op basis van het aanbod van werknemers en vacatures of een sector of beroepsgroep in aanmerking komt voor een versnelde vergunningverlening. De vereenvoudigde procedure kan binnen één, maximaal twee weken worden afgehandeld.

De land- en tuinbouwsector komt tot nu toe niet voor een versnelde vergunningverlening in aanmerking. Het CWI verwacht dat er onder andere door de per 1 januari 2004 in werking getreden Wet werk en bijstand meer aanbod van werknemers uit Nederland komt. In de wet staat bijvoorbeeld dat bijstandsgerechtigden niet alleen bij hun opleiding en ervaring passend werk, maar ook algemeen geaccepteerd werk moeten aannemen. Ook hebben gemeenten een groter financieel belang om bijstandsgerechtigden aan werk te helpen. Desalniettemin constateert ook het CWI dat het extra aanbod van bijstandsgerechtigden waarschijnlijk niet zal kunnen voorkomen dat er dit seizoen tekorten aan arbeidskrachten zijn.

Met deze afspraken kan volgens het kabinet het tekort aan seizoenskrachten met een minimum aan bureaucratische maatregelen worden teruggedrongen. Bovendien wordt verdringing van Nederlandse werknemers zoveel mogelijk voorkomen.

RVD, 15.05.2004