Algemene Rekenkamer
-19 mei 2004-
Financieel jaarverslag van het Rijk 2003 goedgekeurd
In de begroting en jaarverslag nog te weinig aandacht voor de effecten van beleid
De Algemene Rekenkamer keurt het Financieel Jaarverslag 2003 van het Rijk
goed. De bedrijfsvoering is weer op koers, het financieel beheer bij de
ministeries is ten opzichte van 2002 verbeterd. Bij acht van dertien
ministeries is er sprake van vooruitgang ten opzichte van voorgaand jaar.
Het totaal aantal onvolkomenheden is gedaald naar 83 in 2003. Het aantal
ernstige onvolkomenheden daarbinnen is in 2003 licht toegenomen (van zeven
in 2002 naar acht in 2003). Dit komt met name door vier nieuwe ernstige
onvolkomenheden bij Defensie. Aan de oplossing wordt door de minister van
Defensie veel aandacht besteed. Opvallend is dat de nadruk in de begrotingen
2003 nog veel lag op de financiële kant van het beleid en minder op de
beoogde effecten van het beleid. Dit accent op de financiële kant komt terug
in de Verantwoording 2003. Als de begroting goede informatie bevat over de
beoogde effecten van beleid, wordt daar in het jaarverslag goed over
verantwoord. Globaal geldt dit voor eenderde van de verantwoordingen.
Financieel jaarverslag van het Rijk 2004 goedgekeurd
In 2003 waren de inkomsten van het rijk EUR 169,4 miljard en de uitgaven EUR
168,7 miljard. De Algemene Rekenkamer keurt het Financieel jaarverslag en de
saldibalans van het Rijk 2003 goed. Zij is van oordeel dat 22 van 24
jaarverslagen aan de daaraan te stellen eisen voldoen. Alleen de
jaarverslagen van het Ministerie van VenW en LNV bieden nog geen volledig
inzicht in de juistheid van de gepresenteerde cijfers. Bij VenW is er
onzekerheid over de volledigheid van de ontvangsten bij de Inspectie VenW.
Bij LNV is er onzekerheid over de juistheid en volledigheid van in de
saldibalans opgenomen intracomptabele (met derden te verrekenen) vorderingen
en schulden. Beide onderzekerheden zijn gering ten opzichte van de totale
rijksrekening en staan de goedkeuring van het Financieel Jaarverslag niet in
de weg. Er is goede hoop dat in 2004 de problemen worden opgelost.
Bedrijfsvoering 2003 weer op koers
Een goede bedrijfsvoering is voor een ministerie een basisvoorwaarde voor
het realiseren van de beleidsdoelen. De Algemene Rekenkamer constateert een
toegenomen aandacht bij de ministeries voor de interne bedrijfsvoering en de
controle daarop. In 2003 is sprake van verbetering in het financieel beheer
van de ministeries ten opzichte van 2002.
Het totale aantal onvolkomenheden (waaronder de ernstige) is gedaald van 85
(2001) via 105 (2002) tot 83 (2003). Het aantal nieuwe onvolkomenheden in
2003 is ten opzichte van 2002 bijna gehalveerd (van 42 naar 25). Daarnaast
lossen ministeries de onvolkomenheden sneller op: 26% in 2002 tegenover 45%
in 2003.
Het aantal ernstige onvolkomenheden is in 2003 met één toegenomen tot acht.
Er zijn vier nieuwe ernstige onvolkomenheden in het materieelbeheer bij het
Ministerie van Defensie, zo zijn er onder andere knelpunten in het wapen- en
munitiebeheer. Aan de oplossing wordt door de minister van Defensie veel
aandacht besteed. Daarnaast heeft de Algemene Rekenkamer nieuwe ernstige
onvolkomenheden geconstateerd in het financieel beheer van de Inspectie VenW
en in het voorschottenbeheer bij LNV. De overige twee ernstige, al langer
bestaande, onvolkomenheden doen zich voor bij het agentschap ITO van BZK en
het subsidiebeheer bij VWS.
Beleidseffecten komen in beeld, maar financiële informatie overheerst nog.
Goede beleidsinformatie is onmisbaar om inzicht te krijgen in wat elk
ministerie met zijn beleid heeft bereikt, wat het daarvoor heeft gedaan en
wat dat heeft gekost. In het rapport Groeiparagraaf 2002-2003: Naar een
volwaardige VBTB-begroting concludeerde de Algemene Rekenkamer dat in de
begrotingen 2003 ligt de nadruk nog steeds op de financiële kant van het
beleid en niet op de beoogde effecten van het beleid. Ministeries
beantwoorden de financiële vraag het beste (74%). Terwijl voor slechts 38%
bekend is welk effect ze met het beleid beogen.
Uit het onderzoek van de Algemene Rekenkamer blijkt dat een goede (VBTB)
begroting van belang is voor een goed jaarverslag. Als de begrotingen goede
informatie bevatten over de beoogde effecten van beleid, dan wordt daar in
de jaarverslagen ook goed over verantw0ord. Daarom hoopt de Algemene
Rekenkamer dat de inzet van de ministeries gericht blijft op het inzicht
geven op de beoogde effecten en prestaties, zodat het kantelpunt naar het
denken vanuit de beleidseffecten binnen enkele jaren gepasseerd wordt.
Beeld Algemene Rekenkamer komt overeen met minister Financiën
In een reactie op de Rekenkamerraporten zegt de coördinerend minister van
Financiën dat hij het beeld -verbetering in de bedrijfsvoering- herkent.
De Rijksoverheid is met de invoering van VBTB een grote uitdaging aangegaan.
Een vergelijking met de 'Operatie Comptabel Bestel' kan worden gemaakt. Het
heeft vijftien jaar gekost om de rechtmatige inning en besteding van de
rijksgelden en de verantwoording daarover op het huidige niveau te krijgen.
Dat is niet zonder slag of stoot gegaan, maar het is de moeite waard
geweest. De Algemene Rekenkamer hoopt dat ook het proces Van
Beleidsbegroting tot Beleidsverantwoording (VBTB) tot een dergelijk duurzaam
resultaat zal leiden. Het beleidsmatig verantwoorden in VBTB-termen stelt
hoge eisen aan de kwaliteit van de beleidsinformatie. Daarom pleit de
Algemene Rekenkamer voor een wettelijke verplichting tot het geven van een
totaaloordeel door de auditdiensten over zowel de financiële als de
niet-financiële informatie, omdat dit een goede waarborg is voor de
kwaliteit van het jaarverslag en daarmee de informatievoorziening aan de
Tweede Kamer.
Op 19 mei 2004 brengt de Algemene Rekenkamer ook het rapport Staat van de
beleidsinformatie 2004 uit. In dit onderzoek staat onder andere de
evaluatiefunctie centraal. Om de resultaten van het overheidsbeleid te
kunnen beoordelen is goede beleidsinformatie onmisbaar. Dit zijn
prestatiegegevens die de ministeries verzamelen en informatie die komt uit
beleidsevaluaties.
Algemene Rekenkamer