Den Haag, 19 mei 2004
Aanhoudingen in Leiden na handel in drugs
Politie Hollands Midden heeft in de maanden april en mei in totaal
negen personen aangehouden op verdenking van handel in verdovende
middelen. In vijf woningen werden doorzoekingen verricht en verdovende
middelen aangetroffen.
Naar aanleiding van binnengekomen informatie heeft de politie een
onderzoek ingesteld naar de handel in verdovende middelen door
bewoners van woningen in de Leidse wijk De Kooi en in Leiden-Zuid. Het
onderzoek leidde begin april tot doorzoekingen in de woningen. De
politie trof een hoeveelheid cocaïne, XTC-pillen en een hennepkwekerij
aan. De hoofdbewoners, een 36-jarige vrouw en een 36-jarige man, zijn
aangehouden. De politie nam behalve de drugs ook een personenauto en
5.000 euro in beslag.
Naar aanleiding van deze aanhoudingen is er een vervolgonderzoek
ingesteld naar de omvang van de handel. Uit dit onderzoek is gebleken
dat de verdachten verdovende middelen, voornamelijk cocaïne,
verkochten aan zowel eindverbruikers als aan lokale dealers. Op drie
andere locaties in De Kooi en Leiden-Zuid werden doorzoekingen
verricht waarbij zeven personen werden aangehouden. In alle woningen
werd cocaïne aangetroffen. De verdachten, vier vrouwen en drie mannen,
in de leeftijd van tussen de 17 en 49 jaar, worden eveneens verdacht
van handel in verdovende middelen.
Van deze negen aangehouden personen zitten er zes in voorlopige
hechtenis. De rechter-commissaris heeft op maandag 17 mei 2004 de
voorlopige hechtenis van twee meisjes van 17 jaar geschorst. Eerder al
had de Raadkamer van de Haagse rechtbank de gevangenhouding van de
36-jarige vrouw geschorst.
Openbaar Ministerie