Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Persbericht ministerraad
19 mei 2004

MEER VRIJHEID PRIMAIR ONDERWIJS OM SCHOOLTIJD ZELF IN TE VULLEN.

Scholen in het primair onderwijs krijgen in samenspraak met ouders meer vrijheid om de schooltijd zelf in te vullen. De huidige urenverdeling onder- en bovenbouw (3.520 uur voor groep 1 t/m 4 en 4.000 uur voor groep 5 t/m 8) wordt aangepast. De maximale onderwijstijd per dag van 5,5 uur wordt afgeschaft. Dit staat in een wetsvoorstel waarmee de ministerraad op voorstel van minister Van der Hoeven van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft ingestemd.

In de discussie over schooltijden moet de kwaliteit van het onderwijs en het belang van de leerlingen voorop staan. Leerlingen moeten voldoende lesuren krijgen om te leren wat er geleerd moet worden en niet zwaarder belast worden dan zij aankunnen. Met dit voorstel beoogt het kabinet enerzijds een goed evenwicht tussen de kwaliteit van het onderwijs en de belangen van de leerling en anderzijds meer autonomie voor scholen. De invloed van ouders moet glashelder in de wet worden vastgelegd.

De voorkeuren van ouders zijn niet altijd even duidelijk. Waar de ene ouder via de rechter een verbod op een vrije vrijdag wilde afdwingen, eiste een ander in een kort geding het omgekeerde. De invloed van ouders op de schooltijden moet daarom in de wet vastliggen. Scholen kunnen de lestijden niet wijzigen zonder instemming van de ouders en het personeel in de medezeggenschapsraad. Hiervoor wordt de wet op de medezeggenschap aangepast.

Scholen mogen het totaal aantal uren in de bovenbouw terugbrengen naar minimaal 3.760 uur. Als zij daarvoor kiezen, dan geldt voor de onderbouw ook 3.760 uur om de minimale onderwijstijd van 7.520 uur te halen. Dat betekent gemiddeld 940 uur in een schooljaar en een schoolweek van 24 uur. Iedere andere urenverdeling tussen de huidige norm (3.520 onderbouw, 4.000 bovenbouw) en de voorgestelde minimale ondergrens (3.520 onderbouw, 3.760 bovenbouw) is toegestaan zolang scholen zich aan de totale minimum onderwijstijd (7.520) houden.

Om problemen met het inroosteren van arbeidstijdverkorting op te vangen of ruimte in te plannen voor nascholing en professionalisering, is het bijvoorbeeld mogelijk om voor alle groepen naast de woensdagmiddag een tweede vrije middag in te voeren of de verplichte lesuren in vier dagen per week te verzorgen. Een school kan ook kiezen voor een zesdaagse lesweek. Ook kunnen scholen een extra vakantieweek inplannen of het totale aantal lesdagen terugbrengen naar 180 in plaats van de huidige 200. Wat voor keuze de school ook maakt, de ouders moeten altijd via de medezeggenschapsraad instemmen met de schooltijden.

De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies aan de Raad van State zal worden gezonden. De tekst van het wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.

RVD, 19.05.2004