AFM wijst op risico's van lenen
19-5-2004
De markt van consumptieve kredietverlening in Nederland is de laatste
jaren veranderd. Er wordt meer geleend, consumenten staan vaker en
dieper 'rood' op de betaalrekening en het aanbod van
consumentenkredieten is sterk gegroeid. Gelet op de veranderde
leencultuur in Nederland, de bijzondere risico's van consumptieve
kredietverlening en de vele vormen waarin kredieten worden aangeboden,
publiceert de Autoriteit Financiële Markten (AFM) het rapport
'Consumptieve Kredietverlening'. In dit rapport schetst de AFM de
verschillende vormen van kredietverlening met de specifieke kenmerken
en risico's. Op basis van het rapport heeft de AFM ook de
publieksfolder 'Gaat u lenen?' gepubliceerd. Zowel het rapport als de
publieksfolder zijn vanaf deze website te downloaden. Ook zijn beide
publicaties aan te vragen bij de Toezichtslijn van de AFM via 0900 -
5400 540.
Uit het onderzoek van de AFM blijkt dat huishoudens in Nederland op
dit moment gemiddeld genomen niet in de problemen raken door het
afsluiten van consumptieve leningen. Er is dus geen sprake van een
groot risico op overkreditering voor grote groepen huishoudens. De
omvang van het nieuw verstrekt krediet neemt beperkt toe. In 2003 werd
er 10.7 miljard aan nieuw consumptief krediet verstrekt, een stijging
van 3% ten opzichte van 2002. Dit is een minder sterke stijging dan in
voorgaande jaren en hierdoor stijgt de totale schuld op consumptieve
leningen oftewel het uitstaand debiteurensaldo dan ook minder snel dan
in voorgaande jaren. Het uitstaand debiteurensaldo bedroeg in 2003
17.1 miljard. Het debiteurensaldo en de rente- en aflossingskosten
blijven evenredig stijgen met het besteedbaar inkomen.
Toch is er ondanks deze redelijk stabiele situatie ook een aantal
opmerkelijke veranderingen waar te nemen met betrekking tot het
leengedrag. De gemiddelde schuld op consumptief krediet en de
gemiddelde roodstand op betaalrekeningen zijn namelijk in vijf jaar
tijd met meer dan 30% toegenomen. Verder maakt men steeds meer gebruik
van creditcardkrediet. Het marktaandeel van deze kredietsoort is in
vijf jaar tijd gestegen van 13% naar 25%. Dit is een belangrijk
gegeven omdat vooral consumenten met lagere inkomens de mogelijkheid
tot roodstaan op de creditcard waarderen. Daarnaast lijkt men steeds
meer gebruik te maken van klantenkaarten, private label cards en
winkelpassen: kredietvormen met een relatief hoge rente. Bovendien is
er nog sprake van een renterisico. De geldmarktrente in Nederland is
laag waardoor de gemiddelde rente op consumptief krediet de laatste
jaren ook laag is geweest. Een stijging van de geldmarktrente zal
echter een stijging van de rente op consumptief krediet met zich
meebrengen waardoor het risico op schuldproblemen onder bepaalde
groepen wordt vergroot.
Overwaarde verzilveren met een lening
Door een stijging van de gemiddelde overwaarde is het hypothecair
financieren van bestedingen toegenomen. Na een forse daling in 2000
van het aantal tweede hypotheken en oversluitingen, is dit cijfer
momenteel weer stijgende. De overwaardeverzilvering wordt door
huishoudens voornamelijk gebruikt voor het verbeteren van de eigen
woning. Daarnaast wordt de overwaarde onder meer gebruikt om te
beleggen. Dit maakt huishoudens gevoelig voor respectievelijk
waardeschommelingen van het onderpand en het sentiment op de beurs.
Huishoudens met lagere inkomens verzilveren overigens relatief het
meest. Indien deze groep naast een tweede hypotheek of oversluiting
ook (meer) andere leningen aangaat of reeds heeft afgesloten, wordt
het risico op overkreditering vergroot. Hoewel er geen exacte cijfers
zijn over het aantal personen dat door het te veel lenen in de
problemen raakt, zijn er wel aanwijzingen dat dit aantal sterk
toeneemt. Opvallend is dat het hier personen betreft uit verschillende
groepen in de samenleving: mensen met lage inkomens, maar ook mensen
met hogere inkomens die door een combinatie van verschillende soorten
leningen risico op overkreditering lopen. Daarnaast vormen jongeren
een kwetsbare groep.
Oorzaken voor de (mogelijk) toenemende schuldenproblematiek kunnen
worden gezocht in de economische neergang, maar ook in een gewijzigde
'leencultuur'. Mensen en vooral jongeren lenen vaker en makkelijker en
zijn zich minder bewust van de gevolgen. Kredietverstrekkers spelen in
sommige gevallen op de veranderende leencultuur in door met wervende
campagnes reclame te maken voor hun producten. Op het ogenblik kan de
AFM niet genoeg ondernemen tegen deze manier van reclame maken en ook
kan zij eventuele achterliggende ongeoorloofde praktijken nauwelijks
achterhalen, omdat zij op grond van de Wet op het consumentenkrediet
(Wck) hiervoor de bevoegdheden mist. Met de komst van de Wet
financiële dienstverlening (Wfd) zal dit naar verwachting veranderen.
In ieder geval is er ook een belangrijke rol weggelegd voor de
consument zelf. Het is daarom zinvol voor de AFM om de consument door
middel van een folder over lenen met daarin tips en waarschuwingen te
wijzen op de risico's van lenen.
print
print -
tekstgrootte
zie ook
- Rapport Consumptieve kredietverlening
- Publieksfolder: Gaat u lenen?
____________________ Zoek
Autoriteit Financiële Markten