Antwoorden op Kamervragen van de Kamerleden Vietsch en Buijs over Bouwfraude in de
zorg (2030410100).
1
Bent u van mening dat er, gezien het bekend worden van de schaduwboekhouding van
Boele & van Eesteren, bouwfraude in de zorg heeft plaatsgevonden, ondanks het toezicht
van het College bouw ziekenhuisvoorzieningen (CBZ) op eventuele fraude bij aanbesteding?
1
Het College bouw ziekenhuisvoorzieningen (College bouw) beoordeelt de aanbestedingen bij
vergunningsplichtige bouw op twee aspecten: komt de aanbesteding overeen met hetgeen
waarvoor de vergunning is afgegeven en valt de prijs van de aanbesteding binnen het
bedrag dat op de vergunning is opgenomen. Bij meldingen en budgettair bouwen vindt geen
beoordeling van de aanbesteding plaats door het College bouw. Tijdens de Parlementaire
Enquête Bouwnijverheid is aan de orde gekomen dat er in de bouwsector kartelafspraken
zijn gemaakt. Ook daarna is uit verschillende onderzoeken van de NMa en uit de recente
berichtgeving van de NMa, naar aanleiding van de oproep om voor 1 mei "schoon schip te
maken", gebleken dat er in de bouwsector op grote schaal verboden afspraken zijn gemaakt
tussen bouwbedrijven. Het is dus voorshands mogelijk dat ook bij bouwprojecten in de
zorgsector de praktijk van het maken van verboden prijsafspraken is voorgekomen. Ik noch
het College bouw beschikken over een lijst van projecten waarvan bekend is dat
prijsafspraken hebben plaatsgevonden. Bouwbedrijven waren tot 1 mei 2004 in de
gelegenheid om eventuele schaduwboekhoudingen in te leveren bij de NMa. Het College
bouw heeft op mijn verzoek de NMa om een overzicht gevraagd. De NMa kan echter op
basis van het verstrekkingsregime van de Mededingingswet geen overzicht verstrekken van
ondernemingen die een verzoek om clementie hebben ingediend bij de NMa.
2
Hoe groot schat u de bouwfraude in de zorg in? Wat betekent dit voor de premiehoogte in
de zorg?
2
Aangezien ik noch het College bouw kennis hebben van projecten waarbij eventueel
verboden kartelafspraken hebben plaatsgevonden, kunnen wij niet inschatten wat de
omvang van de bouwfraude in de zorg zal zijn. Dit betekent dat ook niet duidelijk is of, en
zo ja, wat de invloed hiervan is voor de direct benadeelden, de zorginstellingen en de
indirect benadeelden, de verzekerden.
3
Hebben ziekenhuizen, verpleeghuizen, instellingen voor gehandicapten belang bij het
terughalen van de extra kosten ten gevolge van bouwfraude?
4
Verwacht u dat zorginstellingen zullen trachten de schade van de bouwfraude te verhalen
op de bouwbedrijven, aangezien zij de bouwinvesteringen mogen doordeclareren in de
tarieven en de zorgverzekeraars dit weer doordeclareren in de premies?
3 en 4
Het CTG bepaalt op basis van de WTG welk tarief de instelling mag rekenen. Voor
vergunningsplichtige bouw krijgen instellingen de kosten van goedgekeurde aanbestedingen
nagecalculeerd in hun budget. Vanuit dat oogpunt bezien zouden instellingen er geen belang
bij hebben extra kosten ten gevolge van fraude terug te vorderen.
Bij budgettair bouwen kunnen instellingen een positief resultaat ten opzichte van het
vergunningbedrag behouden en komt een eventueel negatief resultaat voor eigen rekening.
Indien bij budgettair bouwen fraude is opgetreden hebben de instellingen derhalve een
belang bij terugvorderen.
Dit geldt ook voor fraude bij meldingen. Bouw via de meldingsregeling wordt grotendeels
gefinancierd met door de instelling opgebouwde trekkingsrechten. Als fraude heeft
plaatsgevonden kan met de opgebouwde trekkingsrechten minder worden gedaan.
Bij niet vergunningsplichtige bouw worden de kapitaallasten door het CTG in de tarieven
verwerkt op basis van een norm. Ook hier ondervinden instellingen dus zelf financieel nadeel
van hogere aanbestedingen.
De verhaalsmogelijkheden zullen vooral via de civielrechtelijke weg afgedwongen dienen te
worden. De vraag of een dergelijke actie daadwerkelijk wordt ingesteld ligt ter
beantwoording voor aan de mogelijk benadeelde opdrachtgevers, in dit geval de individuele
instellingen.
Een beperking bij het verhalen van de extra kosten ten gevolge van prijsafspraken tussen
aannemers is dat dit gepaard kan gaan met aanzienlijke kosten. Daarbij heeft de
enquêtecommissie in haar rapport al aangegeven, dat het wel mogelijk is om vast te stellen
dat er sprake is van concurrentiebeperking en prijsopdrijving, maar dat de exact geleden
schade moeilijk te bepalen is.
5
Welke acties bent u van plan te ondernemen om de gelden die gemoeid waren met
bouwfraude in de zorg terug te krijgen voor de zorg?
5
Aangezien zorginstellingen opdrachtgever zijn, is het aan de instellingen om de schade te
verhalen op de bouwbedrijven. Zoals aangegeven bij vraag vier is een beperking bij het
verhalen van de extra kosten ten gevolge van prijsafspraken tussen aannemers, dat dit
gepaard kan gaan met aanzienlijke kosten. Daarbij heeft de enquêtecommissie in haar
rapport al aangegeven, dat het wel mogelijk is om vast te stellen dat er sprake is van
concurrentiebeperking en prijsopdrijving, maar dat de exact geleden schade moeilijk te
bepalen is.
Het College bouw is geen partij in de contractuele relatie tussen instelling en aannemers,
maar heeft aangegeven, dat het bereid is die ondersteuning te bieden, die instellingen nodig
denken te hebben bij het verhalen van de kosten. Het College bouw zal dit in het
eerstvolgende nummer van Kort Bestek (nieuwsuitgave van het College bouw) expliciet
onder de aandacht van instellingen brengen. Ik ondersteun dit.
---- --
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport