Gemeente 's-Hertogenbosch

24-05-2004

Steden hebben weinig vertrouwen in Wet maatschappelijke ondersteuning

De 26 steden, die samenwerken in het Grotestedenbeleid, hebben in een brief aan de Tweede Kamer hun zorg uitgesproken over de uitvoerbaarheid van de kabinetsvoornemens voor de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO), waarin een deel van de AWBZ-zorg wordt opgenomen.
De steden vinden dat er nu al te weinig mogelijkheden en middelen zijn om alle gevolgen op te vangen van de "vermaatschappelijking van de zorg". Omdat ouderen, gehandicapten en mensen met psychiatrische problemen veel minder in instellingen worden opgevangen en dus meer dan vroeger zelfstandig blijven wonen, moeten de steden veel extra voorzieningen realiseren. Het gaat niet alleen om ouderenhuisvesting, maar ook om bijvoorbeeld welzijnsactiviteiten, maatschappelijk werk, diensten als maaltijdvoorziening en alarmering en de opvang van een sterk groeiende groep dak- en thuislozen. Het realiseren van al die voorzieningen vergt tijd en geld en daar houdt het kabinet veel te weinig rekening mee. De steden aanvaarden hun rol in de ondersteuning van mensen die dat nodig hebben, maar zij willen niet fungeren als "vangnet" voor de bezuinigingen die het Rijk in de AWBZ wil doorvoeren. De steden bepleiten in hun brief, dat de WMO-voornemens gefaseerd worden uitgewerkt. Dan kan het uitvoeringsproces beheersbaar blijven en kan er zicht worden gehouden op de kosten en de effecten van het beleid.