Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

CENTRAAL BUREAU VOOR DE RIJN- EN BINNENVAART

KONINKLIJKE SCHUTTEVAER

Rijn- en Binnenvaarthuis
Vasteland 12 e, 3011 BL ROTTERDAM

Rotterdam, 24 mei 2004

Onderzoek toont aan:
Binnenvaart in staat haar milieuvoorsprong als transportwijze te behouden.

Binnenvaart biedt kansen voor noodzakelijke emissiereductie in het kader van de Kyoto-verplichtingen

Vervoer over water zal nu en in de toekomst per ton vervoerde lading per kilometer aan de scherpste emissie-eisen kunnen blijven voldoen, waarmee de voorsprong als relatief schone transportwijze behouden zal blijven. Het onafhankelijk onderzoek is in opdracht van binnenvaartorganisaties uitgevoerd door Royal Haskoning. Daarnaast is het de bedoeling dat dit najaar een subsidieregeling van kracht zal worden waarmee van overheidszijde wordt bijgedragen aan een forse reductie van emissies van scheepsmotoren op schepen.

Morgen, 25 mei zal dit rapport officieel gelijktijdig worden aangeboden aan: In Den Haag- de Nederlandse staatssecretaris van Milieu en toekomstig voorzitter van de Europese Raad van Milieuministers, de heer Pieter Geel. Europees Parlement: toekomstig E.P.en vervoersdeskundige, mevrouw Corien Wortmann (Nieuwspoort vanaf 12.30 uur, Wandelganger 3)
door de voorzitters van het CBRB en Koninklijke Schuttevaer de heren Hubert Jan van der Wyck en Jan Terlouw. In Brussel- De heer Gonzalez Finat, directeur nieuwe energie van het directoraat- generaal vervoer en Energie van de Europese Commissie Door de algemeen secretaris van de Europese Binnenvaart Unie, mevrouw Resi Hacksteiner

In het onderzoek (Environmental Performance of Inland Shipping) zijn de emissies op het gebied van CO2, SO2, NOx en fijnstof van scheeps- en truckmotoren, met elkaar vergeleken. Voor de meeste cases, waarin gebruik gemaakt wordt van binnenvaart en weg ten opzichte van alleen weg, kan worden geconcludeerd dat benutting van het vervoer over water bijdraagt aan een verbetering van de milieuperformance van de gehele transportketen. Indien de afgelegde transportafstand gelijk is en er geen voor- of natransport over de weg nodig is, zal de milieuperformance van de binnenvaart nu en in de toekomst altijd beter zijn dan het wegtransport. Omdat een schip gebruik kan maken van water als transportweg is per ton/km veel minder energie nodig om de lading te verplaatsen. Uit dit rapport blijkt dan ook dat de CO2-uitstoot van de binnenvaart zeer significant (50-600%) per ton/km lager blijft dan die van het wegvervoer. Het rapport geeft een overzicht van de emissies van zeven verschillende scheepstypen en twee soorten trucks in de periode vanaf nu tot en met 2020 . Het rapport is bedoeld als verfijning van eerder onderzoek van het RIVM "To shift or not to shift" De uitkomsten wijken voor de binnenvaart in positieve zin af van dit onderzoek omdat daarin geen nadere emissiereductie- maatregelen in de binnenvaart zijn doorgerekend. Daarnaast waren de effecten slechts tot 2010 berekend terwijl voor eenjuist vergelijk van de effecten voor de binnenvaart over een langere periode moet worden vergeleken. Door de duurzaamheid van de schepen t.o.v vrachtwagens en de lange levensduur van de motoren zal namelijk de sterkste daling voor de binnenvaart juist na 2010 significant doorzetten, ten voordele van deze vervoerwijze.

Feiten en cijfers

Vervoer over water staat van oudsher bekend als een relatief milieuvriendelijke en veilige vorm van transport, tegen lage maatschappelijke kosten. Een belangrijke reden hiervan is het feit dat met een schip in een keer een lading van meerdere honderden tot duizenden tonnen kan worden vervoerd, tot zelfs16.000 ton met een duwstel). Voor hetzelfde transport over de weg of per spoor zijn honderden vrachtwagens nodig. (ter vergelijking: een vrachtwagen van 30 ton heeft een motor van 200 pk; een schip van 1000 ton heeft een motor van 800 pk).

Scheeps-, trein- en truckmotoren komen uit dezelfde fabrieken. In de toekomst zullen alle motoren van alle vervoerdragers dus even schoon zijn. Voorts dient te worden bedacht dat de motorenemissies worden berekend bij een laboratoriumopstelling in de fabriek, terwijl emissies mede worden bepaald door de dagelijkse belasting van de motor. In die zin heeft een scheepsmotor het voordeel dat deze tijdens bedrijfsgebruik vrijwel altijd met hetzelfde toerental wordt belast, omdat er niets steeds behoeft te worden gestopt en opgetrokken. Dit bevordert een schone verbranding en dus navenant lagere emissies.

Bij de emissies speelt ook het aandeel zwavel in de brandstof een belangrijke rol. Het wegvervoer gebruikt dieselolie met 0.035 % zwavel, de binnenvaart gebruikt gasolie met 0,17 % zwavel met een wettelijke norm van 0,20 %. Waarbij de norm voor de binnenvaartbrandstof zondermeer kan worden teruggebracht tot 0,05%. De binnenvaart is er klaar voor.
Nb. De zeevaart (in de media vaak genoemd als de "scheepvaart" gebruikt nu nog stookolie met 2,7% zwavel.Voor de Noordzee gaat deze norm terug naar 1.5% Door het gebruik van schonere brandstoffen in de binnenvaart zijn op het gebied van (fijn stof/ SO2)) emissies dus makkelijk grote voordelen te behalen.

In de huidige situatie komt de helft van de CO2 uitstoot in Nederland voor rekening van het personenvervoer, 40% is afkomstig van het vrachtverkeer over de weg en 2% van de binnenvaart (8% is overig). Bij de NOx emissie is anno 2000 25% afkomstig van personenverkeer, 35% is afkomstig van het vrachtverkeer over de weg en 15% wordt geleverd door binnenvaart (rest is overig)

Nog sneller nog schoner

In het wegvervoer kent men al reeds meerdere jaren stimuleringsmaatregelen om de emissies versneld te verlagen. Hoewel dit ook aan de binnenvaart is toegezegd, zijn deze regelingen nog niet ingevoerd. De binnenvaartsector rekent op spoedige stappen van de overheid (VROM en V&W)om deze regelingen -en dan in het bijzonder voor de toepassing van retrofit (oa. Katalysatoren en/of roetfilters)- te activeren. Door het gebruik van (zwavel) schonere brandstoffen zijn op het gebied van emissies grote voordelen te behalen. De vaststelling van deze strengere normen ligt echter bij de overheid.

Noot voor redactie (

Ingezonden persbericht