Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Sub-Sahara Afrika

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 25 mei 2004

Behandeld

Arjan Schuthof


Kenmerk


- DAF-357a/04

Telefoon


- 070-3486156


Blad


- 1/4

Fax


- 070-3486607


Bijlage(n)


- - Arjan.Schuthof@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van het lid Koendersover de schending van mensenrechten in Soedan.


-

Graag - bieden wiju hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - het lid Koenders over de schending van mensenrechten in Soedan. Deze vragen werden ingezonden op - 29 april 2004met kenmerk - 2030413770.


-

De Minister De Minister
van Buitenlandse Zaken, voor Ontwikkelingssamenwerking,

Dr. B.R. Bot A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, en mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het lid Koenders over de schending van mensenrechten in Soedan.

Vraag 1

Onderschrijft u de kritiek van Human Rights Watch en de Verenigde Staten op de regering van Soedan wegens betrokkenheid bij de ernstige mensenrechtenschendingen in maart 2004 ?

Antwoord-

Wij delen de kritiek op de Soedanese regering wegens haar betrokkenheid bij ernstige mensenrechtenschendingen in Darfur, zoals is bevestigd in het rapport van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten d.d. 7 mei 2004- .

Vraag 2

Bent u bereid in uw contacten met de Soedanese regering te wijzen op de noodzaak te stoppen met de ernstige mensenrechtenschendingen en daarnaast ook druk uit te oefenen op de betrokken milities om hun aanvallen op etnische minderheden te staken ?

Antwoord-

In onze contacten met de regering van Soedan hebben wij reeds diepe bezorgdheid geuit over de schending van de mensenrechten en de humanitaire situatie in Darfur. In dit verband hebben wij de Soedanese regering gewezen op haar verantwoordelijkheid de Janjawid-milities onder controle te brengen en zorg te dragen voor de veiligheid in de regio en adequate bescherming van de burgerbevolking. Gezien deze verantwoordelijkheid van de Soedanese regering achten wij rechtstreekse druk op de Janjawid-milities ongewenst.

Vraag 3

Welke gevolgen ziet u, naar aanleiding van dit patroon van massamoorden waarbij ook de regering betrokken blijkt, voor het Nederlandse regeringsbeleid ten aanzien van Darfur.

Antwoord-

Nederland zet in op het continueren van de politieke druk in samenhang met het ter beschikking stellen van middelen voor humanitaire hulpverlening. In geval besloten wordt tot het inzetten van een waarnemingsmissie in Darfur zal een mogelijke Nederlandse bijdrage overwogen worden.

Vraag 4

Bent u bereid in internationaal verband druk uit te oefenen op de Soedanese regering en op te roepen tot vervolging van de daders en het toelaten van de VN en humanitaire organisaties tot Darfur?

Antwoord

Wij hebben reeds zowel bilateraal als in EU-verband bij de Soedanese regering aangedrongen de Janjawid-milities onder controle te brengen en VN en andere humanitaire organisaties toe te laten tot Darfur. Ook hebben wij opgeroepen tot een vreedzame politieke oplossing te komen. Wij zullen voorts in EU-verband aandacht vragen voor de vervolging van daders, zoals ook wordt aanbevolen in het rapport van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten.

Vraag 5

Wat is uw oordeel over de tegenwerking van Soedan bij het onderzoek van de VN en de onmogelijkheid van de VN-mensenrechtencommissie om dergelijke zware mensenrechtenschendingen (mogelijke oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid) openlijk te veroordelen?

Antwoord

Volgens betrokken organisaties heeft Soedan afdoende medewerking verleend bij het bezoek van het Bureau van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten (OHCHR) en de UN High Level Mission. Gezien de stemverhoudingen in de Mensenrechtencommissie (MRC) is het uiteindelijke resultaat toch te beschouwen als een betekenisvolle stap, zeker omdat de MRC vrijwel unaniem ernstige mensenrechtenschendingen heeft geconstateerd en Soedan tegelijkertijd akkoord is gegaan met de aanstelling van een Onafhankelijk Expert.

Vraag 6

Bernt u bereid in het kader van de VN- mensenrechtencommissie te pleiten voor scherpe veroordeling van dergelijke mensenrechtenschendingen en publicatie van het betreffende VN-rapport ten aanzien van Darfur, Soedan ?

Antwoord

Ja. Het betreffende VN-rapport is niet apart gepubliceerd, maar verwerkt in het eindrapport van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, nadat de OHCHR missie na een bezoek aan Tsjaad, ook in Darfur is geweest. Het eindrapport van de OHCHR missie is openbaar.


- Te vinden op de webpagina van de OHCHR, www.ohchr.org

===