Partij van de Arbeid


Den Haag, 26 mei 2004


Vragen van de leden Hamer en Eijsink (beiden PvdA) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap


over het achterwege blijven van een opgave van redenen bij het van school sturen van leerlingen


1. Klopt het dat de onderwijsinspectie van ruim de helft van de 426 leerlingen die in 2003 definitief van school werden gestuurd, de reden van de verwijdering niet kent?


2. Hoe beoordeelt u dat de inspectie het afgelopen jaar geen enkele school formeel heeft herinnerd aan de wettelijke verplichting om redenen op te geven, terwijl opgave van redenen bij een verwijdering vaak achterwege blijft?


3. Interpreteert u de cijfers vooral als een aanwijzing dat de betreffende scholen inderdaad te maken hebben met een zo lastig publiek dat vaak niets anders rest dan de zwaarste straf, of eerder als een aanwijzing dat zij een strikt regime van zero tolerance voeren en zo voor andere leerlingen juist een veiliger klimaat scheppen?


4. Deelt u de mening dat verzwijgen niets oplost en slordig administreren evenmin?


5. Bent u bereid om de onderwijsinspectie op te dragen individuele gevallen van schoolverwijdering beter bij te houden?


6. Bent u van mening dat de verantwoordelijkheid van de inspectie en de leerplichtambtenaar moet worden vergroot als het gaat om het volgen c.q. herplaatsen van verwijderde leerlingen?


Van school gestuurd in Elsevier, 29 mei 2004 en uitzendingen van Editie NL en RTL Nieuws van 25 en 26 mei 2004