Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

http://www.minszw.nl

MIN SZW: Toespraak minister De Geus

Nr. 2004/121
27 mei 2004

Embargo:
27 mei 2004 tot
12.15 uur

Flexibiliteit in werk- en openingstijden leidt tot forse besparingen

Er valt grote winst te behalen als de openingstijden van collectieve voorzieningen verruimd worden. Volgens minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kan dat op jaarbasis een besparing van enkele honderden miljoenen euro's opleveren.
De bewindsman zei dat op een bijeenkomst in Groningen. Ook flexibilisering van arbeidstijden levert geld op: Werknemers die werk en zorg beter op elkaar kunnen afstemmen, verzuimen minder. Onderzoek wijst op een daling van het ziekteverzuim met 1 procent, wat gelijk staat aan een besparing van anderhalf miljard euro. 'Samen met een goede levensloopregeling vormen flexibiliteit (werktijden en openingstijden) en dagindeling de basis voor een nieuwe sociale infrastructuur. Dat is goed voor de Nederlandse economie en voor mensen die werk en privé op elkaar willen afstemmen', aldus minister De Geus.

Toespraak van minister mr. A.J. de Geus van Sociale Zaken bij het BIG-congres (Rijksuniversiteit Groningen/Bedrijfskunde) 'De Tijd de Baas' op 27 mei 2004 in Groningen.

Kent u dat gevoel van bij tijd en wijle tijd te kort komen? Dat je enerzijds best veel kunt doen in pakweg een uur, maar tegelijkertijd altijd weer tegen de grenzen van je tijd aanloopt. Dat ik, om het simpel te zeggen, door hier te staan nu niet in Den Haag kan zijn en dat daar dus weer werk blijft liggen. Dan is er maar één oplossing: Ik moet mijn tijd indelen.

'Time is on my side', zongen de Stones in mijn jeugd. Ik had in mijn studententijd de slogan: 'Tijd is prioriteit'. De schilder Francis Bacon beschrijft in zijn biografie dat: 'de juiste tijd kiezen, tijd besparen is'. Wat je niet allemaal met tijd kunt doen.

'De tijd de baas', is de titel van dit 25ste BIG Bedrijfskunde congres. U hebt twee dagen tijd vrijgemaakt om met elkaar van gedachten te wisselen over alle aspecten van tijd. De organisatie van deze bijeenkomst heeft mij gevraagd in te willen gaan op de tijdsaspecten waar mijn departement - Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- zich beleidsmatig mee bezighoudt: de aspecten van tijdsbesteding en dagindeling.

Ik wil dat graag doen en wel aan de hand van in mijn ogen vier belangrijke begrippen in mijn beleid die met tijd te maken hebben. Namelijk:

1. dagindeling

2. flexibilisering

3. arbeidstijden

4. levensloop

Ik heb een tijdje gestoeid met de volgorde. De vier begrippen versterken elkaar en kunnen ook niet buiten elkaar. En om het één te realiseren heb je in feite ook de drie andere nodig. De volgorde is dus vrij willekeurig.

Maar laat ik beginnen met dagindeling en wel die van begin jaren tachtig toen alom nog de norm was: mannen werken en vrouwen zorgen. Dat patroon is de afgelopen decennia ingrijpend veranderd. De afgelopen vijfentwintig jaar hebben zich grote maatschappelijke veranderingen voorgedaan. Zoals een grootschalige herverdeling van taken binnen huishoudens. Primair door de sterk gegroeide arbeidsdeelname van vrouwen, secundair door de, zij het wat minder snel, gegroeide inzet van mannen in het huishouden.

Dat betekent dat betaald en huishoudelijk werk steeds vaker gecombineerd worden. Het Sociaal en Cultureel Planbureau, dat deze ontwikkeling nauwgezet heeft onderzocht, spreekt van een 'congestie van de gezinsagenda', in, zo voeg ik eraan toe, vooral het 'spitsuur van het leven'.

In driekwart van de huishoudens heeft momenteel zowel de man als de vrouw een eigen inkomen. Hun dagindeling verandert daardoor. De problemen die ze ondervinden bij het combineren van taken, hebben alles te maken met de manier waarop onze samenleving is ingericht: nog steeds spelen de meeste activiteiten zich af binnen het traditionele 9 tot 5 patroon. Het is dan ook niet verwonderlijk dat onderzoeken en experimenten uitwijzen dat veel mensen de bestaande tijdskaders als te knellend ervaren en meer flexibiliteit willen hebben.

Maar ja, hoe richt je tijdskaders nou naar ieders tevredenheid in? Hoe pas je leef- en tijdsbestedingspatronen zodanig aan dat zorg en arbeid beter gecombineerd kunnen worden en voorkom je alleen maar bezig te zijn met symptoombestrijding?
Kortom: hoe realiseer je een gezamenlijke cultuuromslag?

Om een voorbeeld te noemen: zou mijn collega onderwijsminister Van der Hoeven in haar eentje besluiten een vierdaagse schoolweek in te voeren, dan voorspel ik u dat zo goed als zeker op die dag de economie voor een deel stil zal komen te liggen. Ouders zullen immers voor opvang moeten zorgen. Om u een voorbeeld te geven: de Franse samenleving kwam bij de landelijke invoering van de 35-urige werkweek in grote problemen omdat men vergat de schooltijden aan te passen.

Dat betekent dat we goed naar dwarsverbanden moeten kijken: wat leidt tot wat en met welk gevolg.

In Italië hebben ze het opgelost door gemeenten met meer dan 30.000 inwoners wettelijk te verplichten een 'gebiedsgericht stedelijk tijdsbeleid' te voeren. Wetgeving die ertoe moet leiden dat werk-, openingstijden en tijden in het gezin beter op elkaar worden afgestemd door een betere organisatie van dienstverlening en inrichting van openbare ruimte.

Hoewel ik hetzelfde wil bereiken voel ik er niets voor dit wettelijk op te leggen.

In Nederland zijn we een aantal jaren geleden begonnen met experimenten voor een andere dagindeling om de combinatie werk en privé te vergemakkelijken. In vier jaar tijd zijn 140 experimenten uitgevoerd, waarbij meer dan duizend organisaties waren betrokken. We zijn op lokaal niveau mede op basis van de resultaten van die eerdere experimenten gestart met zogenoemde 'tijdinitiatieven'. Experimenten waarbij de overheid, de middenstand, bedrijven en voorzieningen zoals onder andere postkantoren, bibliotheken en poliklinieken hun openings- en werktijden zoveel mogelijk afstemmen op de wensen en behoeften van de gebruikers.

Ook deze stad Groningen experimenteert met een reeks tijdprojecten. Ik heb net een kort werkbezoek gebracht aan een van de Vensterscholen in deze stad. Een goed samenhangend aanbod van onderwijs, opvang, tussen-de-middag-opvang en vrijetijdsvoorzieningen in schitterende gebouwen. Met ruime openingstijden.
Dat is wat ouders die werk en zorgtaken combineren willen. De Vensterschool heeft een belangrijke rol gespeeld bij de experimenten dagindeling. Het kabinet is van plan om dergelijke samenwerking als hier in Groningen ook elders op lokaal niveau te stimuleren. Om dat proces aan te jagen is op landelijk niveau voor de komende drie jaar 100 miljoen euro aan ESF-geld beschikbaar.

Groningen doet nu een uitgebreid onderzoek naar tijdwensen van de inwoners. Men wil door middel van een lokaal tijdenplatform knelpunten aanpakken, gebaseerd op de wensen van de inwoners. Er loopt momenteel een experiment om de tijden van poliklinieken en de wensen van patiënten beter op elkaar af te stemmen.

Behalve deze lokale 'tijdexperimenten' zijn er ook proeven gestart met aangepaste verlengde schooltijden en flexibele werktijden in bedrijven. Die experimenten zijn gefinancierd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, met geld uit het Europees Sociaal Fonds. Begin dit jaar zijn nog eens 66 experimenten met 'tijd' gestart. Na de zomer komen er nog 25 bij. Op de eerste Nationale Tijdconferentie in het voorjaar van 2005 worden de resultaten van deze projecten gepresenteerd.

Wat we nu al kunnen constateren is dat verruiming van de openingstijden van collectieve voorzieningen winst oplevert. Voorzieningen worden intensiever en efficiënter gebruikt. Zo blijken gezondheidscentra met verlengde openingstijden altijd vol te zitten. Winst dus in allerlei opzichten en voor iedereen. Gebouwen worden intensiever gebruikt, er zijn minder inventariskosten, flexibeler inzet van personeel. Ik heb het door de mensen op mijn departement laten uitrekenen wat dat nou zou kunnen opleveren. Uiteraard met de nodige slagen om de arm kwam men op een bedrag van zo'n 300 miljoen op jaarbasis uit. Dat bedrag is gebaseerd op een betere benutting van alleen al kantoorruimtes. In ieder geval de moeite waard om dit verder te onderzoeken.

Ik noem u nog een voorbeeld uit een van de tijdsexperimenten. In het Utrechts Medisch Centrum werd operatiekamerassistenten en anesthesieassistenten arbeidscontracten aangeboden met werktijden afgestemd op schoolgaande kinderen. Er werd grif gebruik van gemaakt. Zo werden medewerkers behouden, kon een personeelsgebrek worden opgevangen met herintreedsters. Bleven operatiekamers niet langer onbenut en werden wachtlijsten weggewerkt.
Tel uit je winst, zou ik zeggen.

En dat is nog niet alles. Uit ander onderzoek blijkt dat flexibiliteit leidt tot een daling van het ziekteverzuim met 1 procent. Omgerekend in geld betekent dit een kostenbesparing van 1,5 miljard euro.

Ik kom na dagindeling en flexibiliteit bij het derde begrip op mijn lijstje: de arbeidstijden.
Als we het hebben over het doorbreken van het 9 tot 5 patroon, ontkomen we ook niet aan flexibilisering van onze werktijden. Wat het kabinet betreft gaat in de nieuwe Arbeidstijdenwet de huidige gedetailleerde wetgeving volledig op de schop.
Om niet meer regels op te leggen dan strikt noodzakelijk is, wil het kabinet de arbeidstijdenwet bijstellen tot het niveau van de Europese Richtlijnen. Op die manier kan ook de internationale arbeidsmarktpositie van de Nederlandse bedrijven worden versterkt. Wat dan overblijft is een beperkte hoeveelheid basisregels. Die regels bieden meer ruimte voor werkgevers en werknemers om op collectief en individueel niveau afspraken te maken over arbeids- en rusttijden. Een wet die niet meer beperkingen oplegt en regels bevat dan voor de bescherming van de veiligheid, gezondheid en welzijn van de werknemer noodzakelijk zijn. Ik zal mij daar de komende tijd hard voor maken.

Een voordeel van flexibelere werktijden in combinatie met verlengde openingstijden is ook dat het mensen gemakkelijker maakt de arbeidsmarkt te betreden. Om een solide draagvlak onder de verzorgingsstaat te behouden is het sowieso belangrijk dat meer mensen werken dan nu het geval is.

In een vergrijsde en ontgroende samenleving is het niet verantwoord dat veel jongeren uitvallen uit het onderwijs, dat de arbeidsdeelname van vrouwen nog relatief laag is, gedeeltelijk arbeidsgeschikten aan de kant blijven staan en ouderen vervroegd blijven uittreden.

Dat brengt me op de levensloopregeling. Nummer vier op mijn lijstje. De discussies van de afgelopen tijd zullen u niet zijn ontgaan. De levensloopregeling is geen luxe maar noodzaak. En kan en mag in die nodige cultuuromslag niet ontbreken.

Het kabinet komt met een levensloopregeling met het oog op behoud van de verzorgingsstaat en uitgaande van de behoefte van de burgers. Het gaat om een regeling die mensen meer en eigentijdse keuzemogelijkheden moet bieden. Bijvoorbeeld om tijd vrij te kunnen nemen voor de zorg voor kinderen. Voor het verzorgen van een ziek gezinslid, voor stervensbegeleiding. Maar het kan ook opgenomen worden als men toe is aan een periode van bezinning in het leven.

Het gaat bovenal om keuzevrijheid. Dus minder collectief en verplicht, en met meer vrijheid om verlofsparen naar eigen behoefte in te vullen.

De levensloopregeling die ons voor ogen staat is een handreiking aan de jongere werknemers. Zij moeten naar eigen inzicht en naar eigen keuze kunnen sparen voor die vormen van verlof die zij in een bepaalde fase van hun leven nodig vinden. Verlof om werk beter te kunnen combineren met gezinstaken. Verlof om er een tijdje tussenuit te gaan en daarmee burn out te voorkomen. Maar ook verlof om eerder te stoppen met werken.
Samengevat: het gaat om een evenwichtiger verdeling van leren, werken, zorgen en rusten gedurende de hele levensloop.

Dagindeling, flexibilisering, arbeidstijden en levensloop. Zij vormen, mits goed uitgewerkt, de basis voor een nieuwe sociale infrastructuur. En dat is geen luxe, maar voorwaarde voor een goed functioneren van de Nederlandse economie. Daar zet het kabinet zich voor in en ik ga ervan uit dat dat samen met het bedrijfsleven gebeurt. Want als het gaat om de sociale infrastructuur, om flexibiliteit van tijden dan loopt Nederland, zacht gezegd, niet voorop in Europa.

Op naar een samenleving, afgestemd op wensen en behoeften van mensen die werken en zorgen combineren. Met een effectieve en soepele dagindeling, met meer keuzemogelijkheden in het 'spitsuur' van het leven. Om vrij naar de Rolling Stones te kunnen zeggen: 'Time is on our side. Yes it is'.


- LET OP EMBARGO -

27 mei 04 12:15