RAAD V D TRANSPORTVEILIGHEID
Treinongeval Amsterdam CS
PERSBERICHT 27 mei 2004
Treinongeval Amsterdam CS
Het ernstige treinongeval van 21 mei 2004 bij het Amsterdamse Centraal
Station is niet veroorzaakt door technische onregelmatigheden aan één
van beide treinen of aan de spoorconstructie. De door de Raad voor de
Transportveiligheid, onder voorzitterschap van mr Pieter van
Vollenhoven, geconstateerde feiten tonen aan dat de bij het ongeval
betrokken dubbeldekstrein door het stoptonende (rode) sein 278 is
gereden.
De Raad zal zijn onderzoek naar dit ongeval nog dit jaar afronden. In
het onderzoek zal de Raad nogmaals aandacht besteden aan het huidige
Automatische Trein Beinvloedings systeem (ATB). De vroegere
Spoorwegongevallenraad (naar aanleiding van een ongeval op het
emplacement in Eindhoven, in 1992) en de Raad zelf, naar aanleiding
van een ongeval in Dordrecht in 1999) hebben al aangegeven dat het
huidige ATB-systeem moet worden beschouwd als verouderd. Beide
ongevallen werden eveneens veroorzaakt door roodlicht passages. In
2003 vond een dergelijke roodlicht passage 281 maal plaats.
De Raad heef tot deze mededeling besloten gelet op de discussies die
het ongeval in Amsterdam heeft teweeggebracht.
Raad voor de Transportveiligheid