Provincie Noord-Holland


Nationaal Landschap Laag Holland opgericht

Vandaag zijn de bestuurders van verschillende organisaties gestart met de oprichting van een stichting voor het Nationaal Landschap Noord-Hollands Midden. Dit gebied, tussen Amsterdam/Uitgeest en Hoorn/Alkmaar, heeft deze titel van het Rijk gekregen in de onlangs gepresenteerde Nota Ruimte. De definitieve naam van de stichting in oprichting is Nationaal Landschap Laag Holland. Het beheer van de veenweiden in het gebied Laag Holland is een groot probleem. Agrariërs beheren op dit moment een groot gedeelte van het veenweidelandschap. Door ongunstige verkaveling, hoge waterpeilen en de stedelijke druk sluiten steeds meer boeren hun bedrijven. Hierdoor dreigt het unieke agrarische landschap te verdwijnen. Een landschap dat internationaal hoog wordt gewaardeerd, mede dankzij de weidevogels, zoals de grutto. Twee jaar geleden heeft de provincie Noord-Holland het initiatief genomen om tot een gezamenlijke aanpak van de veenweideproblematiek te komen. Samen met de vertegenwoordigers van het waterschap, de natuurbeheerders, Westelijke Land- en Tuinbouworganisatie (WLTO) en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) werden oplossingen gezocht voor dit gebied. Dit heeft geleid tot het rapport Toekomst Veenweidegebied Noord-Hollands Midden, waarin voorstellen worden gedaan voor gebruiksfuncties van deelgebieden en waarin concrete acties zijn opgenomen. Daarnaast spraken de partijen uit om tot een stichting te komen met als doel gelden te genereren voor het beheer van de veenweiden.
Vandaag hebben alle bij het gebied betrokken organisaties de naam van dit Nationaal Landschap gepresenteerd : Nationaal Landschap Laag Holland. Daarmee hebben de provincie Noord-Holland, de betrokken gemeenten, de WLTO, Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, Landschap Noord-Holland, de Agrarisch Natuurbeheer Verenigingen Waterland en IJ en Dijken en Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier een officiële start gemaakt met de oprichting van een stichting.
De samenwerking tussen de partijen is uniek. Men verenigt kennis en ervaring om het gezamenlijk doel, behoud van de veenweiden, te bereiken. Deze samenwerking leidt tot concrete uitvoering van taken. Zo passen de waterschappen de waterhuishouding aan, conform de gebruiksfuncties uit het rapport Toekomst Veenweidegebied Noord-Hollands Midden. De natuurorganisaties hebben aan de agrariërs een goede partner om het beheer op een duurzame wijze te organiseren. Daarentegen kunnen de agrariërs aanhaken bij de recreatieve voorzieningen voor wandelen, fietsen en varen van de natuurorganisaties, wat kans biedt op neveninkomsten. De provincie en gemeenten zetten zich in om eigen financiële middelen vrij te maken en Rijksgeld te genereren. Dit is bijvoorbeeld mogelijk door de Europese subsidieregeling voor boeren onder natuurlijke handicaps te verruimen.
Voor het duurzaam behoud van dit typisch Hollandse landschap, ons cultureel erfgoed, is veel geld nodig. Boeren en natuurorganisaties moeten meer inkomsten kunnen genereren voor het beheer en actief ontwikkelen van natuur, landschap en water. Minister Veerman van LNV heeft kenbaar gemaakt verheugd te zijn de huidige samenwerking. Hij acht het noodzakelijk tot een maatregelenpakket te komen dat aantrekkelijk en adequaat is voor het complexe beheer van veenweidegrasland. Dit mede ten behoeve van de bescherming van de voor het landschap zo karakteristieke weidevogels.
Begin 2005 moet de Stichting Landschap Laag Holland daadwerkelijk opgericht zijn. De komende maanden worden gebruikt om de werkorganisatie verder op te bouwen en uitvoeringsprogrammas per deelgebied uit te werken. Projecten die bijdragen aan het behoud van het gebied worden door de werkorganisaties ondersteund. Daarnaast zetten de samenwerkende partijen zich in om de eerste financiering voor duurzaam beheer rond te krijgen. Hierbij wordt veel verwacht van het Rijk.

Inlichtingen voor de pers :
Bedrijfsbureau Nationaal Landschap i.o.
Mariska van der Leij : 023-5143401, E-mail : leijm@noord-holland.nl

Elly Klut 27 mei 2004