Kamerstuk, 27-5-2004
Brief Favié over convenant medicijnen
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-CB-U-2479325
27 mei 2004
In uw brief van 26 april jl. vraagt u mij om een reactie op de brief
van de heer M. Favié van de KNMP inzake het AO Convenant d.d. 18 maart
2004. In deze brief reageert de heer Favié op een artikel in de
Volkskrant van 17 maart 2004, waarin wordt gesteld dat apothekers zich
verzetten tegen de bezuinigingen op medicijnen zoals afgesproken in
het convenant tussen VWS, Zorgverzekeraars Nederland, de KNMP en de
Bogin.
Met het convenant is een financiële taakstelling gemoeid van EUR 622
miljoen in 2004. Om dit bedrag te realiseren is afgesproken dat de
apotheekinkoopprijzen van generieke geneesmiddelen met gemiddeld 40%
(incl. clawback) zullen dalen t.o.v. de omzetwaarde van
1 januari 2004. Daarnaast is afgesproken dat verzekeraars en
apotheekhoudenden in de medewerkersovereenkomsten afspraken opnemen
over het tenminste handhaven van het huidige substitutieniveau en het
afleveren en declareren van geneesmiddelen met de laagste
apotheekinkoopprijzen. Ten aanzien van dat laatste kan in individuele
gevallen een zogenaamde `bandbreedte' worden overeengekomen.
Het is gebruikelijk dat verzekeraars en zorgaanbieders onderhandelen
over medewerkersovereenkomsten, dat is in de huidige situatie met het
convenant niet anders. In de overeenkomsten worden immers ook
afspraken gemaakt die buiten de werkingssfeer van het convenant
vallen. Ik heb er dan ook begrip voor dat partijen zich in het kader
van deze onderhandeling bedienen van bepaalde
onderhandelingstactieken, mits deze niet in strijd zijn met de
afspraken in het convenant en de contractonderhandelingen niet onnodig
vertragen.
Naar mijn mening is daar in het onderhavige geval geen sprake van.
Volgens informatie van Zorgverzekeraars Nederland (ZN) heeft het
merendeel van de zorgverzekeraars in de medewerkersovereenkomsten voor
2004 afspraken opgenomen over het handhaven van het huidige
substitutieniveau, het afleveren en declareren van het geneesmiddel
met de laagste prijs (veelal met bandbreedte) én het
niet-terugvorderen van de opbrengst van de maatregel `De Geus' over de
laatste vier maanden van 2003. Gesprekken tussen zorgverzekeraars en
zorgaanbieders over deze onderwerpen zijn volop gaande.
De KNMP en ZN hebben gezamenlijk twee circulaires uitgebracht met een
toelichting op een aantal afspraken uit het convenant, waaronder over
hoe om te gaan met de bovengenoemde bandbreedte.
Verder zullen de KNMP en ZN aan contractpartijen gezamenlijk uitleg
over het convenant geven.
Wat betreft de besparing die met het convenant gerealiseerd moet
worden kan ik het volgende opmerken. De prijzen van generieke
geneesmiddelen zijn sinds het sluiten van het convenant aanzienlijk
gedaald, de gemiddelde prijsverlaging binnen de generieke markt
(inclusief clawback) bedraagt op dit moment ca. 37%. De totale
prijsverlaging in het eerste kwartaal van 2004 komt uit op ruim 13%
(ook de prijzen van merkgeneesmiddelen en parallelgeïmporteerde
geneesmiddelen zijn gedaald). Voor het bepalen van de totale opbrengst
moet echter ook rekening worden gehouden met de volumeontwikkelingen
en mogelijke verschuivingen in de afzet naar duurdere geneesmiddelen.
Om de convenantsafspraak een daling ten opzichte van de gemiddelde
omzetwaarde januari 2004 met 40% geheel te realiseren, heb ik met ZN,
KNMP en Bogin afgesproken het verloop van de opbrengst nauwkeurig te
monitoren zodat partijen zonodig aanvullende maatregelen kunnen nemen.
Ik ga er vooralsnog vanuit dat de beoogde taakstelling wordt
gerealiseerd.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
H. Hoogervorst
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport