De Vlaamse gemeenten ontvangen de komende drie jaar 105
miljoen euro voor het voeren van een duurzaam lokaal
milieubeleid. Dat heeft de Vlaamse regering beslist op
voorstel van Vlaams milieuminister, Jef TAVERNIER.
Gemeenten die met de Vlaamse overheid de samenwerkings-
overeenkomst 'Milieu als opstap naar duurzame
ontwikkeling' 2005-2007 ondertekenen, kunnen genieten van
deze financiële stimulans.
In 2002 ging de samenwerkingsovereenkomst 'Milieu als
opstap naar duurzame ontwikkeling' als opvolger van de
vroegere milieuconvenanten van start. De samenwerkings-
overeenkomst wordt nu met drie jaar verlengd (periode
2005-2007).
Meer centen voor de gemeenten
De samenwerkingsovereenkomst 'Milieu als opstap naar
duurzame ontwikkeling' ging in 2002 van start en loopt
dus al drie jaar. Momenteel hebben al drie op vier
gemeenten een dergelijke overeenkomst afgesloten.
Een voorbeeld: als een gemeente met 20.000 inwoners in
haar eigen gebouwen zuinig met energie omspringt, krijgt
ze een subsidie van 4.400 euro per jaar. Als dezelfde
gemeente een beleid uitwerkt rond afvalpreventie en
milieuvriendelijke producten gebruikt, kan ze rekenen op
maar liefst 18.000 euro jaarlijkse subsidie. "Ook de
lokale bevolking wordt er beter van," aldus de Vlaamse
milieuminister. "Een inwoner die bijvoorbeeld een
regenwaterput bouwt, en zo meehelpt aan een vermindering
van de wateroverlast, krijgt een subsidie van 375 euro.
Wie afvalwater zelf zuivert, kan rekenen op 1.000 euro."
Trendbreuk
Met de samenwerkingsovereenkomst wordt het voeren van een
duurzaam lokaal milieubeleid bevorderd. Dit betekent dat
er niet enkel aandacht gaat naar geveltuintjes of naar
het graven van poelen en tunnels voor kikkers en padden.
Het betekent ook dat milieuproblemen zoals overstromingen
aan de bron worden aangepakt en er gezocht wordt naar
langdurige en structurele oplossingen. Het betekent ook
dat het mobiliteitsbeleid en het energiebeleid van een
gemeente milieuvriendelijke accenten krijgen en dat er
bijvoorbeeld aandacht is voor groene tewerkstellings-
projecten.
Daarnaast is ook het sensibiliseren en betrekken van de
bevolking bij het gemeentelijk beleid belangrijk. Anders
gezegd, de nieuwe samenwerkingsovereenkomst staat voor
een veel meer geïntegreerde aanpak van milieuproblemen
dan vroeger.
Sommige NGO's hebben met steun van de minister hun
werking de voorbije jaren trouwens afgestemd op deze
samenwerkingsovereenkomst. Ook met hen werd een
samenwerkingsovereenkomst afgesloten. Organisaties als de
BBL en Velt voeren de komende maanden en jaren concrete
projecten uit waar gemeenten op kunnen inspelen. "Ook de
Vereniging voor Bos in Vlaanderen speelt in op deze
samenwerkingsovereenkomst," verklaart minister Tavernier.
"De Vereniging zal samen met gemeenten vanaf het najaar
werken aan de realisatie van een aantal Speelbossen in
Vlaanderen."
Minder papierwerk, minder bureaucratie en meer actie.
Zoals gezegd loopt de samenwerkingsovereenkomst al drie
jaar. De voorbije maanden werd er aan deze overeenkomst
gesleuteld. Vereenvoudiging van de procedures, minder
regeltjes en papierwerk en meer duidelijkheid omtrent de
wederzijdse contractuele verplichtingen tussen Vlaamse
overheid en de gemeenten en provincies werden de
uitgangspunten voor de bijsturing.
Ook komen nog meer acties in aanmerking voor subsidie.
Tot slot:
De lijst van alle gemeenten en hun intekenniveau is te
vinden op de website www.samenwerkingsovereenkomst.be.
persinfo : Ron Hermans, woordvoerder van
minister Tavernier - tel. 02 553 27 12
De persconferenties van de Vlaamse regering kunnen worden
beluisterd op: www.vlaanderen.be/persconferenties
---
Vlaamse overheid