Kamerstuk, 28-5-2004
Tabakspreventie
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DBO-CB-U-2486301
28 mei 2004
De schriftelijke vragen van de vaste commissie voor Volksgezondheid,
Welzijn en Sport over de inhoud van mijn schrijven van 18 mei jl.
wacht ik met belangstelling af. Ondertussen gaat VWS verder met het
overleg met de horecasector.
Bij brief van 28 januari 2004 (POG/GB 2439852) heb ik u het advies van
de Raad van State, het naar aanleiding daarvan aangepaste Besluit
tabaksautomaten en het daarbij behorende nader rapport gezonden.
Hiermee heb ik gevolg gegeven aan de toezegging van de
Staatssecretaris van VWS op 12 februari 2003 dat het advies van de
Raad van State aan de Tweede Kamer zou worden gestuurd. Adviezen van
de Raad van State kunnen pas openbaar worden nadat ze zijn voorzien
van een standpunt van de regering.
De onderhavige algemene maatregel van bestuur treedt op 1 juni a.s. in
werking. Het wettelijke verbod op tabaksverkoop aan jongeren beneden
16 jaar is op 1 januari 2003 van kracht geworden; daarom is het zaak
dat er duidelijkheid voor de tabaksautomatenmarkt komt. Overigens is
dit geen onomkeerbare beslissing.
Eén marktpartij heeft in deze bij de rechter schadevergoeding van de
Staat gevorderd. Daarin zie ik voor de vaste commissie geen beletsel
om vragen te stellen over het Besluit tabaksautomaten. Het is mijn
overtuiging dat deze, ingevolge het advies van de Raad van State,
gedereguleerde maatregel zich verdraagt met het EU-recht, tegemoet
komt aan de wens van de Tweede Kamer - zoals naar voren gebracht in
het algemeen overleg op 12 februari 2003 - en voor de betrokken
marktpartijen geen onnodige lasten met zich brengt en wel heldere
normen bevat. Laten we niet vergeten waarvoor deze maatregel bedoeld
is: voorkómen dat aan jongeren onder de 16 jaar tabak wordt verkocht.
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
H. Hoogervorst
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport