STICHTING LOONWIJZER

De Geus in debat over loonverschil met verpleegkundigen

Vandaag om half 1 ontmoet minister van sociale zaken Aart Jan de Geus verplegend personeel in het Bronovo-ziekenhuis in Den Haag. De minister spreekt en debatteert over ongelijke beloning tussen mannen en vrouwen.

Het loonwijzerteam zocht op verzoek van de minister uit waarom de loonkloof maar niet dicht wil.In het kader van de Week van de Loonwijzer spreken op 5 achtereenvolgende dagen prominenten uit sociaaleconomisch Nederland met werknemers tijdens lunchbijeenkomsten op hun bedrijf.

De loonkloof tussen mannen en vrouwen in Nederland is een hardnekkig verschijnsel. In absolute zin bleef die de laatste zeven jaar even groot. Werken in deeltijd, wat veel vrouwen doen, heeft daar niets mee te maken. Voor de hoogte van het uurloon maakt dat nauwelijks verschil, tenzij het een baantje is van minder dan 12 uur. Dan is het uurloon vaak wél een stuk lager.

Het ligt ook niet aan bewuste discriminatie. Want als mannen en vrouwen in hetzelfde beroep werken met dezelfde ervaring en kwalificaties krijgen ze evenveel betaald. Dit blijvende loonverschil ligt er vooral aan dat vrouwen in andere beroepen en andere sectoren werken dan mannen.

Vrouwen zijn vooral te vinden in de gezondheidszorg, zorg, detailhandel, in het (basis)onderwijs, recreatie en horeca, bij banken en verzekeraars. In deze beroepen en sectoren ligt het beloningsniveau lager (met uitzondering van de zakelijke dienstverlening, waar veel hoogopgeleide vrouwen werken).

Ook in de CAO s voor vrouwensectoren liggen de loonniveaus relatief laag. De trend om onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden tot een zaak te maken van individuele werkgevers en werknemers, dreigt deze loonkloof nog te vergroten. Verder geven mannen vaker dan vrouwen leiding. En als vrouwen al een leidinggevende positie hebben, dan hebben zij daar financieel veel minder profijt van dan mannen. Voor vrouwen loont het letterlijk niet om leiding te geven. Ook de loopbaanonderbreking vanwege kinderen pakt voor vrouwen die dit doen financieel negatief uit.

De Stichting Loonwijzer, die deze analyse baseert op de Loonwijzer-dataset (70.000 gegevens), is van mening dat alleen een gerichte inspanning de hardnekkige loonkloof in Nederland kan verkleinen. Opwaardering van de beroepen waarin vrouwen werken is primair een taak van de vakbonden en werkgevers aan de cao-tafel.

De bedrijven zelf kunnen beleid maken gericht op taakverrijking, functiedifferentiatie en grotere kansen op doorstroming van vrouwen uit laagbetaalde beroepen. Om de nadelige effecten van loopbaanonderbreking tegen te gaan, zouden tegelijkertijd individuele vrouwen kunnen worden getraind in onderhandelen en geholpen bewustere keuzes te maken met zicht op de consequenties daarvan op de lange termijn.

Alleen als de inspanningen van vakbonden, bedrijven en individuele vrouwen elkaar op deze manier aanvullen, is er kans op verkleining van de loonkloof. De overheid kan deze gewenste ontwikkeling stimuleren en faciliteren.

Meer over Week van de Loonwijzer? Zie www.loonwijzer.nl Loonwijzer-onderzoek wordt gedaan op basis van via loonwijzer.nl verzamelde arbeids-markt- en loongegevens van werknemers. Loonwijzer (kwart miljoen bezoekers per maand) is van Universiteit van Amsterdam/Aias, FNV en Monsterboard.nl.
Meer informatie Paulien Osse, directeur Stichting Loonwijzer. Tel. 06- 53977695

16 jun 04 09:15