Gemeente Amsterdam

Zeegezichten van Manet en Impressionisten in het Van Gogh Museum

Veel topstukken uit internationale collecties voor het eerst in Nederland geëxposeerd

14 juni 2004 - Van Gogh Museum

Het Van Gogh Museum opent 18 juni een bijzondere tentoonstelling gewijd aan de zeegezichten van Edouard Manet (1832-1883). Het is de eerste keer dat Manet als marineschilder wordt belicht. Van de circa 40 zeegezichten die hij maakte (zo'n 10 % van zijn totale oeuvre aan schilderijen), worden ongeveer 30 werken bij elkaar gebracht.

Manet
Manets artistieke ontwikkeling in dit genre wordt geïllustreerd in een brede context van voorlopers; Gustave Courbet, James McNeill Whistler, Johan Barthold Jongkind, Berthe Morisot en Pierre Auguste Renoir. Speciale aandacht zal worden besteed aan de vruchtbare dialoog tussen Manet en Claude Monet als schilders van zeegezichten. Voor de gelegenheid worden topstukken uit diverse Amerikaanse en Europese openbare en particuliere collecties bijeengebracht. De meeste werken zijn nooit eerder in Nederland geëxposeerd.

Vader van de Impressionisten

Edouard Manet werd al tijdens zijn leven gezien als de vader van de Impressionisten. Toch had hij een grote afkeer van het platteland. Landschappen - die zo in trek waren bij de Impressionisten
- schilderde hij dan ook nauwelijks. De verrassende manier waarop hij het moderne stadsleven in Parijs afbeeldde en zijn radicale, directe manier van schilderen, zorgden indertijd voor een grote sensatie. Voor een echt stadsmens was zijn kennis van en liefde voor de zee echter groot.

Eerste zeezicht

Manets eerste zeegezicht kwam tot stand in 1864 en ontstond naar aanleiding van een historische gebeurtenis uit de Amerikaanse Burgeroorlog die zich voor de noordwestkust van Normandië, nabij Cherbourg, voltrok. De slag tussen de U.S.S. Kearsarge en de C.S.S. Alabama laat zien hoe de Kearsarge, een schip van de Unie (het verbond van Noordelijke staten), de beruchte kaper van de Confederatie (de Zuidelijke staten) tot zinken brengt. Hoewel Manet zelf geen ooggetuige was, wist hij het tafereel op basis van krantenartikelen treffend vast te leggen in zijn atelier.

In de loop van zijn verdere leven zou Manet regelmatig vakanties doorbrengen aan de Franse kust, van Boulogne en Berck in het noorden tot Bordeaux en Arcachon in het zuidwesten. Tijdens deze verblijven maakte hij schetsen en studies die hij vervolgens uitwerkte in zijn Parijse atelier. Havens, badplaatsen en de bijbehorende commerciële en sociale activiteiten vormden de grootste inspiratiebron voor zijn maritieme schilderkunst.

Manet en Monet

Manet

Een belangrijk onderdeel van de tentoonstelling is gericht op de artistieke uitwisseling tussen Manet en de jongere Monet. De relatie tussen deze twee kunstenaars zou cruciaal worden voor de geschiedenis van het Impressionisme. Zo dienden Manets technische vernieuwingen en revolutionaire aanpak tot voorbeeld en stimulans van Monet.

In antwoord hierop moedigde het werk van de jongere Monet zijn bijna naamgenoot aan tot het verder experimenteren met nieuwe technieken en tot het buiten schilderen.

Laatste zeegezichten

In zijn laatste zeegezichten gaat Manet wederom aan de slag met een eigentijds incident: de ontsnapping van de radicale journalist Henri Rochefort uit de Franse strafkolonie op Nieuw-Caledonië in de Stille Zuidzee. Manet maakte twee werken over dit onderwerp. In beide schilderijen vindt de actie 's nachts plaats. De krachtige aanpak nodigt uit tot vergelijkingen met zeegezichten van Monet of Renoir, maar de karakteristieke, expressieve stijl van Manet blijft ook hier onovertroffen.

© Gemeente Amsterdam