Computer: Makaay tot nu toe effectiefste
Oranje-speler, voor Van der Sar en Robben
Tot en met de kwartfinales is Roy Makaay de meest effectieve speler van Oranje. De spits, die 53 speelminuten heeft gekregen en daarin 27 balcontacten heeft gehad, scoort een gemiddelde effectiviteit van 7.58. Ook Edwin van der Sar en Arjen Robben bevinden zich in de tussentijdse 'Top 3 van Effectiviteit'.
De doelman haalt een 7.19 en de linkervleugelspits een 7.13. Van der Sar heeft dit gepresteerd in 411 speelminuten (inclusief blessuretijd), waarin hij 163 balcontacten heeft gehad. Arjen Robben heeft 269 speelminuten en 157 balcontacten nodig gehad voor zijn hoge gemiddelde.
Een en ander blijkt uit de gemaakte analyses door het computersysteem 'Effectivity in Action' van Team Support Systems (TSS), in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). De 20 spelers, die namens Oranje in actie zijn gekomen in de drie poulewedstrijden en de kwartfinale, behalen een gemiddeld effectiviteitscijfer van 6.40.
Speler
Gemiddelde Effectiviteit
Gemiddeld aantal balcontacten per minuut
Roy Makaay
7,58
2,0
Edwin van der Sar
7,19
2,4
Arjen Robben
7,13
1,7
Wilfred Bouma
7,06
1,6
Jaap Stam
6,81
1,7
Giovanni van Bronckhorst
6,78
1,6
Marc Overmars
6,57
2,0
Frank de Boer
6,52
1,1
Wesley Sneyder
6,36
1,2
Rafael van der Vaart
6,35
3,5
Edgar Davids
6,32
1,6
Ruud van Nistelrooy
6,29
1,3
Philip Cocu
6,27
1,5
Pierre van Hooijdonk
6,20
2,5
Clarence Seedorf
5,99
1,5
Michael Reiziger
5,99
1,4
Johny Heitinga
5,52
1,8
Andy van der Meyde
5,23
2,0
Boudewijn Zenden
4,98
1,6
Paul Bosvelt
2,25
2,2
Nederland heeft tegen Duitsland een 5.87 gehaald, tegen Tsjechie een 6.54, tegen Letland een 6.68 en tegen Zweden een 6.48. In totaal heeft Oranje er dus 411 minuten (inclusief blessuretijd) op zitten. Van de vier spelers die alles hebben gespeeld, heeft keeper Van der Sar de hoogste gemiddelde effectiviteit. De andere drie, Jaap Stam, Giovanni van Bronckhorst en Phillip Cocu, behalen respectievelijk een 6.81, 6.78 en 6.27.
Bosvelt de slechtste
De Oranje-speler met de laagste wetenschappelijke beoordeling is Paul Bosvelt, die in totaal 31 minuten heeft gespeeld (tegen Tsjechie, als veelbesproken vervanger van Arjen Robben). Daarin is zijn effectiviteit op 2.25 blijven steken. Boudewijn Zenden is de op één na slechtste, met een 4.98 (behaald in 46 speelminuten met 29 balcontacten).
Ook Andy van der Meyde heeft een onvoldoende; zijn effectiviteit is gemiddeld een 5.23. De vleugelspits heeft wel veel gespeeld (319 minuten) en ook zijn aantal balcontacten is hoog: 159. Dit betekent dat hij 2 balcontacten per minuut heeft, maar daarbij dus niet effectief genoeg speelt. Zijn concurrent Marc Overmars doet het in verhouding veel beter, met een 6.57 (in 72 speelminuten, met 36 balcontacten).
Tijdens het EK in Portugal wordt het systeem op aanvraag gebruikt voor analyses van de wedstrijden van Oranje en andere landenteams. De volgende uitgebreide analyse is de eerste halve finale van woensdagavond 30 juni tussen Portugal en Nederland. Dan wordt de effectiviteit van alle spelers van beide teams onderzocht en gepubliceerd. Ook kunnen met behulp van de grafieken van TSS onderlinge vergelijkingen gemaakt worden tussen de Portugese en Nederlandse voetballers.
Morgen (dinsdag) berekent TSS met het systeem Coach and Scout Assistant de ideale opstelling voor de halve finalewedstrijd van Oranje tegen Portugal. Deze gegevens zijn voor media en op de internetsite van TSS beschikbaar.
Wilt u als journalist aanstaande woensdag de analyse bijwonen van Oranje tegen Portugal, dan kunt u tijdens kantooruren contact opnemen met
Team Support Systems (050 - 317 66 75)
Voor andere vragen of opmerkingen kunt u bellen met: Gert Jan Wormmeester, directeur TSS (06-54338187)
of met Gert Klooster (PR en media), 06-53881423.
Zie ook: