Ministerie van Buitenlandse Zaken


-

Ministerie van Buitenlandse Zaken
Postbus 20061
2500 EB 's-Gravenhage
Telefoon 070-3486486

Ministerie van Defensie
Postbus 20701
2500 ES 's-Gravenhage
Telefoon 070-3188188

Aan:de Voorzitter van de

Tweede Kamer der

Staten-Generaal

Binnenhof 4

's-Gravenhage

Uw brief Uw kenmerk Ons nummer Datum

2030415280 DVB/CV-204/04 28 juni 2004

Hierbij bieden wij u de antwoorden aan op de vragen van het lid Wilders over de mogelijkheid van een Nederlandse bijdrage aan een PRT in Afghanistan (nr. 203415280).

De minister van Buitenlandse Zaken De minister van Defensie

Dr B.R. Bot H.G.J. Kamp

Vragen van het lid Wilders (VVD) aan de ministers van Defensie en van Buitenlandse Zaken over de mogelijkheid van een Nederlandse bijdrage aan een PRT in Afghanistan. (Ingezonden 3 juni 2004)

Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel 'Nederland niet welkom in Afghaanse provincie'? 1)

Antwoord
Ja.

Vraag 2-
Is het waar dat het hoofd van CIMIC in Kunduz, de Duitse luitenant-kolonel Spross, heeft aangegeven zich af te vragen waarom de Nederlanders naar Baghlan komen waar volgens hem al het werk al is gedaan en waar geen enkele rol meer voor de Nederlanders is weggelegd? Wat is uw oordeel hierover? Is het tevens waar dat de gouverneur van Baghlan, Faqir Mohd, heeft aangegeven liever met de Duitsers samen te werken? Wat is uw oordeel hierover?

Antwoord-
Voor zover valt na te gaan heeft de Duitse overste Spross dergelijke uitlatingen inderdaad gedaan. Naar het oordeel van zowel de Nederlandse als de Duitse regering zijn deze uitspraken geheel op persoonlijke titel gedaan en komen zij voor eigen rekening van betrokkene. Zie tevens het antwoord op vraag 3.

Vertegenwoordigers van de Duitse bondsregering hebben zich helder uitgesproken voor samenwerking met Nederland voor het opzetten van een Provincial Reconstruction Team (PRT) in het ISAF-operatiegebied in noorden van Afghanistan. Voorts beschouwen de Afghaanse regering, de Speciale Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties in Afghanistan en hoofd van de United Nations Assistance Mission in Afghanistan (UNAMA), de heer Arnault, alsmede de commandant van ISAF, de provincie Baghlan als een van de prioriteiten bij het opzetten van een nieuw PRT.

De gouverneur van Baghlan, de heer Faqir Mohammed Mamozai, heeft in een brief aan de Afghaanse overgangsregering zijn grote tevredenheid uitgesproken over de aanwezigheid van het Duitse PRT in de provincie Kunduz. Vanwege de vertrouwdheid van de Duitse militairen met de Afghaanse cultuur, en de goede reputatie van Duitsland onder de Afghaanse bevolking, stelt de gouverneur voor om ook in de provincie Baghlan Duitse militairen in te zetten.

De brief dient volgens de gouverneur van Baghlan en het centrale Afghaanse gezag in Kabul te worden gelezen als een blijk van tevredenheid met de Duitse aanwezigheid in Afghanistan. De gouverneur heeft niet beoogd zich uit te spreken tegen de mogelijke aanwezigheid van militairen uit andere landen in de provincie Baghlan.

Vraag 3-
Hoe verhouden de uitspraken van Spross zich tot de afstemming die u eerder heeft gehad met uw Duitse ambtgenoot over de overname door Nederland van de PRT in Baghlan? 2)

Antwoord-
Tussen Duitsland en Nederland zijn tot op politiek niveau afspraken gemaakt over de samenwerking bij het opzetten van een PRT in het ISAF-operatiegebied in het noorden van Afghanistan. De persoonlijke mening van de Duitse overste Spross valt hiermee naar de mening van zowel de Duitse als de Nederlandse regering niet te rijmen. De Duitse regering heeft dan ook uitdrukkelijk afstand genomen van deze uitspraken.

Uw Kamer is op 5 maart jl. (27 925, nr. 119) schriftelijk op de hoogte gesteld van het onderzoek naar de wenselijkheid en de mogelijkheid van Nederlandse deelneming aan een PRT. Heden bent u per brief geïnformeerd over de uitkomsten van dit onderzoek en over het regeringsbesluit de leiding te nemen van een PRT in de provincie Baghlan.

Vraag 4-
Moet verder worden vastgesteld dat de internationale gemeenschap resp. de NAVO nog niet beschikken over een uitgewerkte strategie m.b.t. de aanpak van het buitengewoon omvangrijke en urgente probleem van de opiumteelt en drugshandel in Afghanistan? Bent ook u van mening dat daarop niet langer kan worden gewacht zoals door diverse sprekers is verklaard tijdens de heden afgesloten bijeenkomst van de Parlementaire Assemblée van de NAVO in Bratislava? Bent u bereid daartoe initiatieven te ontplooien?

Antwoord-
Op 9 februari jl. is tijdens een grote internationale drugsconferentie in Kabul de Afghaanse Nationale Drugsstrategie gepresenteerd. Deze is opgesteld door de Afghaanse autoriteiten in samenwerking met UNODC (United Nations Office on Drugs and Crime) en het Verenigd Koninkrijk, de 'lead nation' inzake drugsbestrijding. De NAVO heeft overeenstemming bereikt over het aandeel van het bondgenootschap in deze strategie. In de brief van 16 april jl. (27 925, nr. 127) bent u geïnformeerd over de ondersteunende rol van ISAF bij de door de Afghaanse overgangsregering geleide anti-drugs operaties.

Voor een welvarend en stabiel Afghanistan dient het drugsprobleem voortvarend en structureel te worden aangepakt. Nederland heeft ervoor gekozen niet direct actief te zijn op dit dossier en is niet voornemens in dit kader initiatieven ontplooien. Onze inspanningen zijn en blijven geconcentreerd op de noodzakelijke voorwaarden voor een effectieve aanpak van het drugsprobleem: bevordering van de stabiliteit en opbouw van de rechtsstaat. De middelen die daartoe op geïntegreerde wijze worden ingezet, omvatten onder meer de militaire deelname aan operatie Enduring Freedom en ISAF, de ondersteuning van activiteiten via het Stabiliteitsfonds en bijdragen aan het Afghanistan Reconstruction Trust Fund.

===