.3VO

3VO: Handhaving bromfietsleeftijd kost mensenlevens

3VO vindt het onbegrijpelijk dat minister drs. Karla Peijs van Verkeer en Waterstaat plotseling afziet van een hogere brommerleeftijd van 17 jaar. Haar noodzakelijke maatregelen voor deze zeer kwets-bare weggebruikers blijven daardoor helaas beperkt tot een (praktisch) brommerrijbewijs, een punten-stelsel en een kentekenplaat voor brom- en snorfietsen tegen het opvoeren.
Door het schrappen van een hogere leeftijdsgrens voor jonge brom- en snorfietsers wordt de helft minder dodelijke slachtoffers bespaard: geen 28 doden maar 13 doden per jaar. Voor het aantal ern-stig gewonden geldt hetzelfde: 750 ernstig gewonden extra nu de leeftijdsgrens 16 jaar blijft.
Met het intrekken van haar voorstel heeft de minister de kans op een aanmerkelijke verbetering van de verkeersveiligheid gemist. Die reden deed 3VO zelfs kiezen voor een brommerleeftijd van 18 jaar omdat dan de winst met 50 doden en 1.800 ernstig gewonden per jaar het grootst is.
3VO betreurt het dat de minister het niet op een debat in de Tweede Kamer wilde laten aankomen en nu al is gezwicht voor tegenargumenten van Tweede-Kamerfracties en het bedrijfsleven. Ze heeft haar Plan 17 niet voor niets anderhalf jaar met verve verdedigd en het zelfs opgenomen in haar agenda voor het Nederlands Voorzitterschap van de Europese Unie dat deze maand is ingegaan.
Dat er voor een hogere leeftijdgrens van brom- en snorfietsers geen draagvlak zou zijn wordt door 3VO krachtig bestreden. Niet alleen 3VO, maar ook organisaties als de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV en de Fietsersbond willen een hogere leeftijdsgrens. Bovendien blijkt uit een recente representatieve steekproef van V&W onder de Nederlandse bevolking dat 62% voorstander is van een brommerleeftijd van 17 jaar.

Toelichting: De effectraming voor Plan 17 is gemaakt door de Adviesdienst Verkeer en Vervoer (AVV) van Rijkswaterstaat op basis van onder meer effectschattingen van de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV. Ze is vervolgens beoordeeld door de Stichting Economisch Onderzoek (SEO) van de Universiteit van Amsterdam.


---


----

Noot voor de redactie/