Provincie Noord-Brabant

Persbericht                                       
                                                  

Onderzoek MTI leidt tot aanscherping concessiebeheer in Brabant

De provincie moet concretere afspraken maken in concessieverleningen voor het openbaar vervoer. Daarnaast is een duidelijke scheiding van rollen tussen vervoerskundige- en bankiersfuncties nodig. Om de interne beheersing te verbeteren moet gewerkt gaan worden met controle- en rapportageprotocollen. Zo kunnen toekomstige concessies in het openbaar vervoer minder risicovol beheerst worden. Dat zijn de belangrijkste conclusies uit het onderzoeksrapport "Concessie Personenvervoer MTI/Oss".

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant nemen de aanbevelingen van het onderzoeksrapport Personenvervoer MTI/Oss in haar geheel over. Het onderzoeksrapport, waartoe op 19 mei jl opdracht is gegeven aan Deloitte en Touche Accountants, geeft concrete aanbevelingen over opdrachtverlening, beheersing en monitoring van concessies in het openbaar vervoer. Aanleiding was het beëindigen van de concessie MTI en daarmee het stadsvervoer in Oss eind april 2004. GS en de Statencommissie Economie, Mobiliteit en Grotestedenbeleid (EMG) zagen hierin een aanleiding om het proces van concessieverlening en -beheer van het stadsvervoer in Oss te laten analyseren door een accountant. De scope van het onderzoek is beperkt tot de interne beheersing binnen de provincie.
Op vrijdag 9 juli 2004 bespreekt de Statencommissie EMG het onderzoeksrapport en het standpunt van Gedeputeerde Staten.

Twee rollen
De context waarbinnen de concessie MTI Oss tot stand is gekomen, is sterk bepalend geweest voor de invulling ervan. In de periode 1998-2001 stond het beleid rond openbaar vervoer in het teken van vernieuwing, klantgerichtheid en experimenteren met de eerste concessieverlening. De concessie MTI speelde in op de behoefte naar nieuwe vervoersconcepten en klantvriendelijke vormen van openbaar vervoer. In deze experimentele concessie is de provincie, bijna ongemerkt, twee rollen gaan vervullen: opdrachtgever en financier. Vervoerskundig is het experiment in Oss gedeeltelijk geslaagd. De financiersfunctie, waarvoor de expertise en het instrumentarium ontoereikend was, was niet bewust gekozen.

Inmiddels heeft de provincie Noord-Brabant een aantal aanbevelingen uitgevoerd. Zo is er onlangs een controle- en rappotrtageprotocol voor openbaar vervoerssystemen ontwikkeld. Ook in de voorbereidingen van de nieuwe concessies wordt nadrukkelijk ingespeeld op concrete doelstellingen en afspraken en wordt bijvoorbeeld gedacht aan een bonus-malus regeling.
Voor het geheel aan aanbevelingen heeft het college van Gedeputeerde Staten de opdracht gegeven aan de provinciale organisatie om deze uit te werken in een plan van aanpak wat dit najaar voorligt ter besluitvorming. Waar mogelijk worden de verbeterpunten ten aanzien van risicobeheersing ook benut voor andere organisatie-onderdelen.