Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Verenigde Naties en

Internationale Financiële Instellingen

Afdeling VN-Fondsen en Sociale

Zaken


Datum


- 16 juli 2004

Behandeld


- DVF/FS


Kenmerk


- DVF/FS-170/04

Telefoon


- 070-3484890


Blad


- 1/4

Fax


- 070-3486167


Bijlage(n)


- 1


- ank.willems@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van kamerleden Halsema en Karimi (beiden GroenLinks) voor Buitenlandse Zakenover de Verenigde Staten en de activiteiten van het VN-bevolkingsfonds.


-

Graag - bied iku hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door- - de vaste Commissie voor Buitenlandse Zaken over de Verenigde Staten en de activiteiten van het VN-bevolkingsfonds. Deze vragen werden ingezonden op 2 juli 2004 met als kenmerk 2030417100.


- De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A van Ardenne-van der Hoeven

Antwoorden van mevrouw van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het leden Halsema en Karimi (beide Groen Links) over de Verenigde Staten en de activiteiten van het VN-bevolkingsfonds.

Vraag 1

Heeft u het artikel " VS voeren strijd tegen abortus en de VN op" gelezen?

Antwoord-

Ja.

Vraag 2-

Wat vindt u van de pogingen van de Verenigde Staten de activiteiten van het VN-bevolkingsfonds UNFPA te ondermijnen en dat de Verenigde Staten hierbij ook andere VN organisaties onder druk zetten om hun samenwerking met UNFPA te staken?

Antwoord-

Ik ben bezorgd om genoemde pogingen van de VS. Nederland stimuleert samen met andere donoren, dat VN-fondsen en -programma's hun onderlinge samenwerking verbeteren en hun complementariteit beter benutten. Dit zal de effectiviteit van de geboden hulp verbeteren. De Amerikaanse opstelling ten opzichte van UNFPA zet de gezamenlijke programmering en uitvoering van activiteiten op landenniveau door de verschillende onderdelen van de VN zoals UNICEF, UNFPA en WHO onder druk. Dit kan belemmerend werken in het streven naar verdere effectiviteit en efficiency van de VN op landenniveau.

Vraag 3-

Hoe waardeert u de activiteiten van dit fonds?

Antwoord-

Ik waardeer de activiteiten van dit fonds. UNFPA is een cruciale speler bij het bepleiten en uitvoeren van de ICPD-agenda, hetgeen essentieel is voor armoedebestrijding en het bereiken van de MDG's. UNFPA steunt landen op het gebied van ondermeer bevolking, reproductieve gezondheid en rechten (inclusief familieplanning), seksueel overdraagbare ziektes (waaronder HIV/AIDS). Daarnaast zet UNFPA zich in voor het bevorderen van gendergelijkheid en het bestrijden van het geweld tegen vrouwen. In het bijzonder waardeer ik de rol van UNFPA op het gebied van jongeren en middelen voor seksuele en reproductieve gezondheid.

Vraag 4-

Bent u bereid, als voorzitter van de EU, er bij de Verenigde Staten op aan te dringen hun destructieve lobby op dit gebied te staken? Zo neen, waarom niet?

Antwoord-

Tijdens het Nederlands voorzitterschap van de EU staat het thema reproductieve en seksuele gezondheid en rechten hoog op de agenda.

Het streven is om de 25 lidstaten en de Europese Commissie aan te zetten de internationaal afgesproken agenda in Caïro te bevestigen en adequaat uit te voeren. Nederland zal binnen de mogelijkheden van het voorzitterschap gelegenheden benutten om de opstelling van de VS te bespreken.

Vraag 5-

Bent u tenslotte bereid, in navolging van wat oud-minister Herfkens heeft gedaan, het financiële gat dat eventueel door de acties van de Verenigde Staten in het bevolkingsfonds (en andere fondsen) wordt geslagen te compenseren met Europees en/of Nederlands ontwikkelingsgeld? Zo neen, waarom niet?

Antwoord-

De VS hebben in 2002 besloten geen bijdrage te geven aan UNFPA. Ook in 2003 heeft president Bush een veto uitgesproken, dat naar ieders verwachting in 2004 wederom wordt herhaald.

Nederland, als grootste donor van UNFPA, maar ook andere donoren, hebben hun bijdrage aan UNFPA verhoogd om het besluit van VS deels te compenseren. Ik ben bereid nog intensiever met andere landen op te trekken en te onderzoeken hoe we meer steun kunnen genereren voor VN-organisaties die zich inzetten voor reproductieve en seksuele gezondheid en rechten wereldwijd. Het betreft hier gezien hun respectievelijke mandaten voornamelijk UNFPA, WHO, UNICEF en UNAIDS.

Tevens ben ik bereid me in te spannen om te bezien hoe financiële tekorten, ontstaan door teruggetrokken Amerikaanse financiering met betrekking tot seksuele en reproductieve gezondheid en rechten, mogelijk gecompenseerd zouden kunnen worden. Dit zou kunnen gelden voor dienstverlening voor controversiële issues, waaronder abortus, condoomvoorziening en familieplanning.

===