Raad voor de Journalistiek

UITSPRAKEN

Hieronder volgen vier samenvattingen van uitspraken van de Raad voor de Journalistiek. Voor de volledige uitspraken wordt u verwezen naar de website: www.rvdj.nl waar u bij "De uitspraken" met behulp van het bij de samenvatting vermelde volgnummer de uitspraak kunt opvragen.

Uitspraken vastgesteld d.d. 22 juli 2004
door mr. A. Herstel, waarnemend voorzitter, mw. A.C. Diamand, mw. C.J.E.M. Joosten, mr. drs. M.M.P.M. Kreyns en prof. drs. E. van Thijn, leden, in tegenwoordigheid van mw. mr. D.C. Koene, secretaris.
H.A. Loomans, h.o.d.n. Logra Hoveniers / S.J. Hummelen (Rijn en Gouwe)

Uitspraak: ongegrond
In het artikel "'Natuurlijk beoordelen we subjectief; daar ontkom je niet aan'" is verslag gedaan van de verkiezing van de mooiste voortuin van Boskoop door de keuringscommissie 'Mooi Boskoop'. Ook de privé-voortuin van klager is beoordeeld, waarbij de naam van zijn bedrijf is vermeld.
De journalistieke verantwoordelijkheid brengt mee dat de persoonlijke levenssfeer van personen waarover wordt gepubliceerd niet verder wordt aangetast, dan in het kader van een open berichtgeving redelijkerwijs nodig is, aldus de Raad.
Hij overweegt dat in het artikel wordt vermeld dat het volgens de keuringscommissie niet vanzelfsprekend is dat in het 'groene' Boskoop, waar veel kwekers hun bedrijf uitoefenen, voortuinen goed worden onderhouden. Verder wordt bericht dat de leden van de keuringscommissie en de man van een geïnterviewd echtpaar kweker zijn geweest. Uit het door klager overgelegde uittreksel van het handelsregister blijkt dat hij een eenmanszaak drijft en dat zijn bedrijf is gevestigd op zijn woonadres. Overigens is duidelijk vermeld dat die beoordeling de subjectieve opvatting van de keuringscommissie behelst.
Volgens de Raad was het verkieslijker geweest, indien de vermelding van de naam van klagers bedrijf achterwege zou zijn gelaten. Echter, alle omstandigheden in aanmerking genomen is de privacy van klager door die vermelding niet zodanig aangetast dat verweerder daarmee grenzen heeft overschreden. (vgl. 2004/55 en RvdJ 2003/31) Trefwoorden:

· Privacy: vermelding persoonlijke gegevens Publicatie www.rvdj.nl/uitspraken/2004-66.html

mr. S. Land / De Vierklank
Uitspraak: ongegrond
Klager maakt bezwaar tegen publicatie van een foto waarop een beklad aanplakbord is afgebeeld. De tekst op het bord heeft betrekking op rechtsgedingen die klager namens zijn cliënten heeft gevoerd inzake een aan de familie Van Vulpen verleende bouwvergunning. Op het bord, waarop is opgeroepen tot steun aan de familie Van Vulpen, zijn de naam van klager en de straat waarin hij woont vermeld. Wellicht dat de tekst op het bord een enigszins opruiend karakter heeft, maar dat betekent niet dat door de enkele publicatie van een foto daarvan, eveneens sprake zou zijn van opruiing, aldus de Raad. In het neutrale, beschrijvende onderschrift bij de foto leest de Raad geen ontoelaatbare stellingname van verweerder in het geschil tussen klager en zijn cliënten enerzijds en de familie Van Vulpen anderzijds. Er is geen norm van journalistieke zorgvuldigheid die meebrengt dat verweerder geen verslag mocht doen van het nieuwsfeit dat het aanplakbord is beklad, op de wijze als hij heeft gedaan. Trefwoorden:

· Journalistieke werkwijze: misbruik van positie
· Privacy: foto, vermelding persoonlijke gegevens
· Feitenweergave: tendentieuze berichtgeving Publicatie www.rvdj.nl/uitspraken/2004-67.html

A. Wessemius / P.R. de Vries
Uitspraak: niet-ontvankelijk
In een uitzending van het televisieprogramma 'Peter R. de Vries, misdaadverslaggever' is aandacht besteed aan fout parkeren door ambtenaren van justitie en politie. De uitzending bevat beelden die met een verborgen camera zijn gemaakt. Het 'volledige dossier' van deze kwestie is op de website www.peterrdevries.nl gepubliceerd. Uit de stellingen van klager leidt de Raad af dat klager betoogt een rechtstreeks belang te hebben bij een oordeel van de Raad, omdat hij voormalig ontwikkelaar van elektronica-apparatuur is alsmede omdat hem als burger onrecht wordt aangedaan. Die omstandigheden kunnen echter niet leiden tot het oordeel dat klager rechtstreeks belanghebbende is. Ook overigens is niet gebleken van omstandigheden die kunnen leiden tot het oordeel dat het belang van klager direct betrokken is bij de uitzending of publicatie op de website van verweerder (vgl. RvdJ 2004/28).
Trefwoorden:

· Procedure: ontvankelijkheid
Publicatie www.rvdj.nl/uitspraken/2004-68.html

X en Y / Amersfoortse Courant
Uitspraak: ongegrond
De klacht is gericht tegen een artikel waarin wordt bericht over een strafzaak tegen X wegens stalking van vrouwen door middel van e-mails en telefoontjes.
Ten aanzien van het vermelden van persoonlijke gegevens van verdachten en veroordeelden is terughoudendheid in de berichtgeving geboden. Een journalist dient in beginsel te voorkomen dat een verdachte of veroordeelde kan worden geïdentificeerd. Slechts onder bijzondere omstandigheden mag van deze regel worden afgeweken. (vgl. RvdJ 2003/33 en RvdJ 2000/60) De vermelding van initialen, leeftijd en woonplaats van verdachten en veroordeelden is gebruikelijk en niet onzorgvuldig. In het artikel is verder vermeld dat X sommige vrouwen, die hij later stalkte, had ontmoet bij het verrichten van werkzaamheden. Verder wordt in het artikel duidelijk gemaakt dat X ophield met het benaderen van de vrouwen toen hij in het huwelijk trad en zijn kind werd geboren. Het vermelden van deze persoonlijke gegevens van klagers is in dit geval dan ook relevant voor de berichtgeving. De Raad is voorts van oordeel dat klagers niet door iedere willekeurige lezer in het bericht kunnen worden herkend, maar slechts door personen uit hun directe omgeving.
Overigens acht de Raad het gebruik van de term 'belagen' voor hetgeen X ten laste is gelegd, niet onzorgvuldig. In aanmerking genomen dat de strafzaak tegen X ontegenzeglijk veel invloed op het privé-leven van klagers heeft, had het wellicht de voorkeur verdiend als verweerder wat zakelijker over de kwestie had bericht. Er is echter geen grond voor de conclusie dat verweerder, door dat na te laten, grenzen heeft overschreden.
Trefwoorden:

· Privacy: verdachten/veroordeelden, vermelding persoonlijke gegevens
· Feitenweergave: onjuiste, tendentieuze, grievende berichtgeving Publicatie www.rvdj.nl/uitspraken/2004-69.html

ZITTINGEN

In 2004 zijn nog zittingen gepland op 12 en 26 augustus, 3 en 24 september, 8 en 22 oktober, 5 en 19 november, 3 en 17 december. Nadere informatie over de klachten die tijdens een zitting mondeling worden behandeld, volgt ongeveer een week voor de zitting. Wijzigingen worden voorbehouden.

Wanneer u bij de behandeling van een klacht aanwezig wilt zijn, verzoeken wij u dit van tevoren te melden bij het secretariaat: p/a Joh. Vermeerstraat 22 - 1071 DR AMSTERDAM - Tel: 020-6735727 - Fax: 020-6799065 - E-mail: raad@rvdj.nl - Website: www.rvdj.nl

PERSBERICHTEN

OPMERKELIJKE GROEI KLACHTEN

In het eerste halfjaar van 2004 heeft de Raad voor de Journalistiek 53 klachten ontvangen. Dit is ruim zestig procent meer dan in het eerste halfjaar van 2003, waarin de Raad 33 klachten ontving. Om de klachten vlot te kunnen afhandelen, zijn elf zittingen gehouden, vier meer dan in dezelfde periode van 2003.

De opmerkelijke stijging kan natuurlijk verband houden met een afnemende kwaliteit van de media, maar waarschijnlijker is dat het publiek de weg naar de Raad voor de Journalistiek makkelijker vindt. Daarop wijst ook de sterke toename van het aantal verzoeken om informatie over de Raad.

Amsterdam, 8 juli 2004

Voor nadere informatie: mr. Daphne C. Koene,
secretaris Raad voor de Journalistiek
tel.: 020-6735727 - e-mail: raad@rvdj.nl

GRENZEN IN DE JOURNALISTIEK

Wanneer gaat de privacy van geïnterviewden boven de vrijheid van de journalist? Wanneer is wederhoor een journalistieke verplichting? Wanneer mogen journalisten iemand met een draaiende camera overvallen?

Het zijn enkele vragen waarop Sanne ten Hoove in zijn boek Grenzen in de journalistiek een antwoord geeft aan de hand van recente uitspraken van de Raad voor de Journalistiek. Bij zijn onderzoek van honderden uitspraken van dit orgaan ('de enige laagdrempelige instantie die oordeelt over alle aspecten van journalistiek gedrag') stuitte hij ook op sterke en zwakkere kanten van de Raad. Zo zijn de uitspraken onmiskenbaar beter gedocumenteerd dan vroeger en daardoor consistenter. Maar in eigen kring is de Raad nog steeds niet algemeen geaccepteerd en bij het grote publiek is hij te vaak nog onbekend. Geleidelijk aan is de Raad strenger gaan oordelen over aantasting van de privacy door journalisten. Hoogtepunten in het bestaan van de Raad zijn de 'ambtshalve' uitspraken, die geen betrekking hebben op individuele klachten, maar die algemene richtlijnen geven, bijvoorbeeld voor de omgang met gestolen materiaal. Maak de Raad zichtbaar in de openbare discussie over journalistieke normen, is een van de adviezen van de auteur. Ga beter om met kritiek, doe meer aan eigen onderzoek naar feitelijke onjuistheden en mijd de benoeming van mensen aan wie partijdigheid verweten kan worden, zijn een paar andere tips voor de bijna veertigjarige Raad voor de Journalistiek.
Grenzen in de journalistiek van Sanne ten Hoove verschijnt bij Otto Cramwinckel Uitgever te Amsterdam en is verkrijgbaar in de boekwinkel of bij de uitgever (213 pagina's, 25 euro). De studie is, met financiële steun van het Bedrijfsfonds voor de Pers, gemaakt in opdracht van de Stichting Raad voor de Journalistiek.

Amsterdam, 31 oktober 2003

GROTE MEERDERHEID VAN MEDIA PUBLICEERT UITSPRAKEN

In de jaren 2000, 2001 en 2002 heeft de Raad voor de Journalistiek 190 uitspraken gedaan. In bijna 40% daarvan (73 maal) werd de klacht geheel of gedeeltelijk gegrond verklaard. Voor de Raad en zijn Stichtingsbestuur is vooral publicatie over (deels) gegronde klachten van belang; zij vinden het begrijpelijk dat media berichtgeving over een afgewezen klacht achterwege laten, al was het maar om geen triomfantelijke indruk te maken. Maar als genoegdoening jegens de klager én als bijdrage aan de doorlopende discussie over de grenzen in de journalistiek is publicatie over geheel of gedeeltelijk toegewezen klachten van grote betekenis.
Het secretariaat van de Raad heeft daarom onderzocht hoe vaak 'veroordeelde' media tot publicatie zijn overgegaan. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen media die het convenant met het bestuur van de Stichting Raad voor de Journalistiek wél hebben getekend en de media die dat tot dusver nog niet hebben gedaan (in het convenant zegt een medium onder meer toe dat het uitspraken van de Raad over het medium zal publiceren).
Over de 73 (deels) toegewezen klachten blijkt het betrokken medium in 46 gevallen te hebben bericht. In vier gevallen werd van publicatie afgezien op verzoek van de klagers, zodat per saldo ongeveer dertig procent van de in het gelijk gestelde klagers daarover niets heeft kunnen terugvinden in het gewraakte medium.
Wat de ondertekenaars van het convenant betreft - een grote meerderheid van de gedrukte en een kleine meerderheid van de audiovisuele media - is in de onderzochte drie jaar tweemaal niet op enigerlei wijze bericht over een gegronde klacht. Van zeven voor het medium negatief uitgevallen uitspraken is niet bekend of tot publicatie is overgegaan; deze media - geen van alle ondertekenaar van het convenant - hebben niet gereageerd op verzoeken van de kant van de Raad om aan het onderzoek mee te werken.
Vastgesteld kan dus worden dat ongeveer in tweederde van de gevallen waarin de Raad een klacht geheel of gedeeltelijk gegrond heeft verklaard, daarvan in het betrokken medium melding is gemaakt (of op de eigen teletekstpagina's waar het omroepen betreft). De laagste score betrof 2000, toen slechts in iets meer dan de helft van de gevallen tot publicatie is overgegaan. De stijging sedertdien houdt mogelijk ook verband met de toename van het aantal media dat het convenant heeft ondertekend.

Overzicht publicatie (deels) gegronde uitspraken Jr Aantal (Deels)

Gepubliceerd
Onb.
uitspr. gegrond

wel

niet

'00 71 24 14 (10*) 10 (4*), waarv. 3 op verzoek 2** '01 53 24 16 ( 9*) 4 4 '02 66 25 16 ( 6*) 8 (2*), waarv. 1 op verzoek 1
* = convenant ondertekend

** = totaal gespecifieerde uitspraken is 26, omdat 1 uitspraak 3 media betrof

Amsterdam, 31 oktober 2003

Voor nadere informatie: mevrouw mr. D.C. Koene, secretaris Raad voor de Journalistiek,
telefoon: 020-6735727 - e-mail: raad@rvdj.nl

VERSNELDE BEHANDELING

De Raad voor de Journalistiek kent met ingang van 1 januari 2003 een procedure, waarbij een klacht versneld kan worden behandeld. De uitspraak zal binnen vier weken na de behandeling ter zitting worden gedaan.
In brandende kwesties, bij voorbeeld van politieke aard, werd soms als bezwaar tegen de Raad naar voren gebracht dat het vaak maanden duurt voor klachten zijn behandeld. Met een vrijwel geheel uit druk bezette vrijwilligers bestaande Raad is dat onvermijdelijk. Maar waar haast van wezenlijk belang is, wil de Raad daarmee rekening houden. Het oordeel over het spoedeisende karakter van een klacht is voorbehouden aan de voorzitter van de Raad voor de Journalistiek.

Voor nadere informatie: mevrouw mr. D.C. Koene, secretaris Raad voor de Journalistiek,
telefoon: 020-6735727 - e-mail: raad@rvdj.nl
terug naar boven