Provincie Flevoland




Flevoland krijgt als eerste provincie klimaatsubsidie

Voor haar provinciale Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid heeft Flevoland als eerste provincie klimaatsubsidie ontvangen. Het ministerie van VROM stelt de komende vier jaar 300.000 beschikbaar voor de intensivering van het klimaatbeleid van de provincie.

Internationaal zijn afspraken gemaakt om de uitstoot van
broeikasgassen, waarvan kooldioxide (CO2) de belangrijkste is, terug te dringen. Voor een succesvolle aanpak van het klimaatprobleem is samenwerking van alle overheden noodzaak. Rijk, provincies en gemeenten hebben daarvoor in 2002 het Klimaatconvenant BANS (Bestuursaanpak Nieuwe Stijl) getekend. De provincie Flevoland heeft daarop een Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid opgesteld met concrete activiteiten voor Flevoland om bij te dragen aan het oplossen van het klimaatprobleem. De inzet van de provincie is het bereiken van een vermindering van de uitstoot van 460.000 ton CO2 in 2010. Dit is in overeenstemming met de doelstelling van het Omgevingsplan Flevoland. Hierin staat dat de emissies van broeikasgassen moeten verminderen en dat in 2010 minimaal 25% van de Flevolands energiebehoefte duurzaam wordt opgewekt.

Uit een recent gehouden onderzoek bleek dat de provincie Flevoland al op een aantal gebieden een voorloper is. Op het gebied van duurzame energie, waaronder windenergie, gooit de provincie al hoge ogen. De provincie draagt ook actief bij aan energiebesparing en duurzaam energiegebruik bij de (woning)bouw en in haar provinciale gebouwen. Op het gebied van duurzame energie vinden in de provincie innovatieve ontwikkelingen plaats. Met het Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid Flevoland wordt het Flevolandse klimaatbeleid verder geĂŻntensiveerd. In het kader van de subsidieregeling BANS Klimaatconvenant stelt het Ministerie van VROM nu voor een periode van vier jaar (2004 2007) 300.000 beschikbaar als cofinanciering. De speerpunten voor Flevoland zijn duurzame energie, energie in de bouw, energie in verkeer en vervoer, energie en duurzaam ondernemen en energie in het landelijke gebied.