Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Kamerstuk, 11-8-2004

Fysiotherapie

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

CZ/EZ 2506513

11 augustus 2004

Met deze brief informeer ik u over de stand van zaken inzake vrije tariefsvorming binnen de fysiotherapie, zoals voorgesteld bij de motie van het lid Schippers c.s. (29 200 XVI nr. 139). Ik heb toegezegd om een experiment te starten met vrije tarieven voor de fysiotherapie. Het experiment geschiedt op basis van de Wtg ExPres ("experimenteerartikel").

In de afgelopen periode is met zorgverzekeraars en beroepsvereniging gewerkt aan een opzet voor een hanteerbaar en betekenisvol experiment. Tijdens dit traject is aandacht besteed aan de reikwijdte van de proef. Gedacht is aan geografische inperking (proefregio's) en limitering van productassortiment. Tevens is stil gestaan bij het wel of niet betrekken van het ziekenfondsdeel van de aanspraak ("tweede compartiment"). Overheersend was uiteindelijk de zienswijze dat alleen een brede aanpak betrouwbare gegevens over de effecten van vrije prijsvorming zou kunnen opleveren.

Vanuit dat licht heb ik gekozen voor een experimentele opzet, waarbij per 1 januari 2005 met de inwerkingtreding van de Wtg Expres, de vigerende maximumtarieven voor de fysiotherapie worden losgelaten. Vooruitlopend hierop zal het College tarieven gezondheidszorg (Ctg)/Zorgautoriteit samen met zorgverzekeraars en fysiotherapeuten prestatie-omschrijvingen ontwikkelen voor het product "fysiotherapie". Een heldere prestatiebeschrijving is essentieel om de effecten van vrije tariefsvorming te kunnen monitoren. De huidige prestatie, "de zitting", is daarvoor te algemeen en doet bovendien geen recht aan de noodzakelijke transparantie om bewust te kunnen inkopen.

Zorgverzekeraars zijn ingenomen met het voornemen om meer marktwerking binnen de sector te bewerkstelligen. Zij ondersteunen de opzet, maar waarschuwen voor overhaaste invoering, vanwege een noodzakelijk "omdenk"-traject. Zorgverzekeraars gaan in korte tijd van een relatief eenvoudig en uniform systeem op zittingenbasis naar vrij onderhandelbare prijzen met gevarieerde prestatiebeschrijvingen. Om die reden, en om de voortgang van het invoeringstraject niet te vertragen, heb ik besloten om gedurende het jaar 2005 de mogelijkheid te handhaven om op basis van zittingen in te kopen. De zitting fungeert dan als rekeneenheid. Voor het doel van het experiment, worden de ingekochte "zittingen" vertaald naar de in Ctg-verband ontwikkelde prestatie-omschrijvingen.

Net als de zorgverzekeraars staan de fysiotherapeuten positief tegenover meer liberalisering in de sector. Zij zien het als een erkenning van de professionalisering die de beroepsgroep de afgelopen decennia heeft doorgemaakt. Niettemin besef ik dat het ook voor hen inspanning zal kosten om het transformatietraject door te maken. Het spreekt voor zich dat medewerking van zorgverzekeraars en fysiotherapeuten bepalend is voor het welslagen van het experiment.

Door middel van een experimentele aanpak wil ik zicht krijgen op de gevolgen van vrije tariefsvorming op doelmatigheid, kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de fysiotherapeutische zorg. Elementen die daarbij aan de orde komen zijn de manier waarop zorgverzekeraars hun regierol invullen, het eventuele kosteneffect en de omvang daarvan, de kwaliteit van geleverde zorg, de mate waarin de patiënt geïnformeerd is over behandelaanbod en diens tevredenheid. Het spreekt voor zich dat een adequate begeleiding en monitoring van het experiment een noodzakelijke voorwaarde is. Ik voorzie daarin een belangrijke rol voor de Zorgautoriteit, die hiermee voor een eerste vuurproef komt.

Het experiment loopt per 31 december 2006 af. Uiterlijk 2007 zal ik u over de resultaten informeren. Binnen deze termijn kan voldoende ervaring worden opgedaan met de nieuwe aanpak om met gezag uitspraken te doen. Op basis van de dan ter beschikking staande resultaten, besluit ik over de definitieve invoering van vrije prijsvorming binnen de fysiotherapie en de reikwijdte daarvan. Mochten er redenen zijn om vanwege niet verantwoorde maatschappelijke effecten het experiment eerder te beëindigen, zal ik u daarover tijdig informeren.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

H. Hoogervorst