Ministerie van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid
VNO-NCW Postbus 90801
2509 LV Den Haag
De heer mr. J.H. Schraven, voorzitter Anna van Hannoverstraat 4
Postbus 93002 Telefoon (070) 333 44 44
Telefax (070) 333 40 33
2509 AA Den Haag
Uw brief Ons kenmerk
14 juli 2004 AV/CAM/04/56598
Onderwerp Datum
wijziging AVV-beleid 12 augustus 2004
Geachte heer Schraven,
Bij brief van 14 juli heeft u de opvattingen van uw organisatie aan mij kenbaar gemaakt
omtrent de voorgenomen wijziging van het beleid betreffende het algemeen verbindend
verklaren (AVV) van CAO-bepalingen die contractloonstijgingen inhouden. U geeft aan dat
uw organisatie tegenstander is van het selectieve toetsing door de overheid van AVV-
verzoeken van CAO-partijen op grond van macro-economische overwegingen zolang niet
duidelijk sprake is van strijd met het algemeen belang.
Ik dank u voor uw reactie. Ik heb uw opvattingen meegewogen bij mijn definitieve Besluit.
Ter toelichting daarop en meer in het bijzonder in antwoord op uw schrijven bericht ik u het
volgende.
De wet AVV regelt dat de beslissing tot het AVV'n van CAO-bepalingen een discretionaire
bevoegdheid van de minister van SZW is. Dit brengt met zich mee dat er geen
onoverkomelijke bezwaren kunnen zijn om de te hanteren criteria af te stemmen op onder
andere de sociale en economische omstandigheden. Dit kan daarentegen juist een wenselijke
invulling van het beleid zijn.
Het kabinet is van mening dat contractloonstijgingen in de marktsector schadelijk zijn voor
het herstel van de economische groei en werkgelegenheid en wijst op de negatieve gevolgen
van een dergelijke contractloonontwikkeling voor de solidariteit tussen enerzijds
marktsector en publieke sector en anderzijds werkenden en werkzoekenden. Het niet meer
gelden van de loonafspraak voor het jaar 2005, zoals was opgenomen in het Najaarsakkoord
2003, brengt een vergroot risico met zich mee dat er contractloonstijgingen worden
overeengekomen. Dit is voor het kabinet dan ook aanleiding geweest om het bestaande
AVV-beleid te herzien, aangezien het kabinet niet via het AVV-instrument wenst mee te
werken aan de totstandkoming van dergelijke contractloonstijgingen. Concreet behelst het
nieuwe beleid dat CAO-loonbepalingen die voor AVV worden voorgelegd in de periode van
2
1 november 2004 tot en met 31 december 2005 en waarbij sprake is van
contractloonstijgingen niet in aanmerking komen voor AVV.
Uw opmerking dat contractloonstijgingen gepaard kunnen gaan met afspraken die een
kostenverlagend effect hebben en er per saldo sprake kan zijn van kostenneutraliteit of
kostenverlaging is juist. Het kabinet wil de beoordeling van AVV-verzoeken echter niet zo
ver uitstrekken dat een weging van alle, niet altijd met elkaar vergelijkbare CAO-afspraken
moet worden gemaakt. Voor zover het gaat om de weging van mutaties van
contractlooncomponenten wordt deze weging uiteraard wel gemaakt. Hoewel effecten van
arbeidsduurverlenging en Âverkorting strikt genomen buiten de definitie van contractloon
vallen, zal het kabinet dergelijke wijzigingen wel verrekenen met wijzigingen in het
contractloon.
De tekst van het Besluit tot wijziging van het Toetsingskader Algemeen Verbindend
Verklaring CAO-bepalingen die ter publicatie is voorgelegd aan de Staatscourant is ter
kennisname toegevoegd.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. A.J. de Geus)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid