Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie

Rotterdam, 12 augustus 2004

God zegene de greep!

Weerstand en willekeur bij vestiging islamitische en hindoestaanse gebedshuizen

Het is moeilijk aan te geven wat de ideale strategie is om te voorkomen dat er problemen ontstaan bij de vestiging van een islamitische of hindoestaanse gebedsruimte. Bij de vestiging van hindoestaanse gebedsruimten (mandirs) moet bijna in dezelfde mate rekening worden gehouden met weerstand als bij de vestiging van moskeeën. Dit blijkt uit onderzoek dat in opdracht van het Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie is verricht.

In het onderzoek is bekeken welke factoren kunnen bijdragen tot een succesvolle vestiging van moskeeën en mandirs. Onderzocht zijn de vestiging, in Den Haag en Rotterdam, van twee hindoestaanse mandirs en van twee islamitische moskeeën. De mate van weerstand tijdens het vestigingsproces hing vooral samen met de grootte van de gebedsruimte en de gevoerde strategie. Negatieve beeldvorming over de islam speelde ook een rol, maar ook hindoestanen ondervinden weerstand door het 'anders zijn' van hun religie.

Een strategie van minimale zichtbaarheid (niet opvallen, opgaan in omgeving) is in eerste instantie succesvoller dan de strategie van het openlijk opeisen van het recht tot manifeste religieuze institutionalisering. Deze laatste strategie leidt sneller tot weerstand bij tegenstanders van vestiging.

Het is echter de maar de vraag of een succesvolle vestiging dankzij de minimale zichtbaarheid van het gebedshuis ook door de gelovigen zelf als succesvol zal worden aangemerkt. Kunnen zij de vestiging van een gebedsruimte op de lange termijn als succesvol ervaren, wanneer zij hun geloof niet openlijk kunnen uitdragen door te laten zien dat het gebedshuis een wezenlijk bestanddeel vormt van hun religieuze bestaan?

Omdat de islamitische bevolking in Nederland veel groter is dan de hindoestaanse, zijn moskeeën ook vaak groter en duidelijker in de publiek ruimte aanwezig dan mandirs. De initiatiefnemers van de vestiging van de moskeeën moeten alleen al om die reden meer moeite doen om hun wensen ten aanzien van hun aanwezigheid in de publieke ruimte vervuld te krijgen. Daardoor ondervonden zij enerzijds meer weerstand, maar anderzijds waren zij succesvoller in het openlijk uitdragen van hun geloof.

Volgens het onderzoek is er per saldo "geen recept beschikbaar om een succesvolle vestiging te realiseren". Het maatschappelijk klimaat zorgt voor een steeds veranderend krachtenveld. Politici en ambtenaren hebben een marge waarbinnen zij de bevoegdheid hebben om zelf beslissingen te nemen. Daardoor ontstaan er verschillen in bejegening, acceptatie en de procesgang. "Negatief geformuleerd is er sprake van enige mate van willekeur". Oftewel: de processen rondom een vestiging zijn niet te voorspellen.

Initiatiefnemers van de vestiging van moskeeën en mandirs moeten zich ervan bewust zijn dat naarmate de vestiging manifester is, zij een strijdbaarder houding moeten aannemen en meer moeite moeten doen om draagvlak te creëren voor de door hen gewenste voorziening. Praktische bezwaren laten zich vaak nog wel oplossen, maar met ideologische weerstand omgaan is zeer moeilijk. De overheid en het maatschappelijk middenveld in Nederland moeten daarom op dit punt hun verantwoordelijkheid nemen om de godsdienstvrijheid in Nederland te beschermen.

Het onderzoek is uitgevoerd door Birol Akku_ van het Rotterdamse bureau Hollandse Hoogten BV, samen met en onder supervisie van Prof. Dr. Ruben Gowricharn, hoogleraar multiculturele samenlevingsvraagstukken aan de Universiteit van Tilburg.

B. Akku_ - God zegene de greep. Onderzoek naar criteria voor een succesvolle vestiging van mandirs en moskeeën. 50 pagina's. Kosten: ¬ 5,-- (exclusief portokosten).

Meer informatie:

Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie (LBR): Igor Boog. Tel: 010-2010201 / 06-12780922. E-mail: info@lbr.nl.

Bestellen:

LBR

Schaatsbaan 51

3013 AR Rotterdam

Tel: 010-20102101

E-mail: info@lbr.nl Website: www.lbr.nl


---

LBR

Schaatsbaan 51

3013 AR Rotterdam

Tel: 010-2010201

Fax: 010-2010222

Internet: www.lbr.nl