Uitspraken van de Belastingkamers (week 34)
Bron: Gerechtshof Amsterdam
Datum actualiteit: 18-08-2004
1. Hof Amsterdam 12 december 2003, 03/01711, EK 16. Belanghebbende
heeft zijn aangiftebiljet niet bij de bevoegde eenheid van de
Belastingdienst ingeleverd waardoor het daar te laat binnenkwam.
Hiervoor is een verzuimboete opgelegd. Het Hof oordeelt dat in casu
sprake is van afwezigheid van alle schuld en vernietigt de boete.
Volgens het Hof kan in het midden blijven of slechts sprake is van een
tijdig gedane aangifte als het is ingediend bij het op dat moment
bevoegde hoofd van een eenheid.
Tekst uitspraak: 'AP2369'
2. Hof Amsterdam 27 mei 2004, 03/01918, MK 5. Een bedrijfsruimte is
alleen dan zelfstandig in de heffing van verontreinigingsheffing te
betrekken als er, bij gebruik overeenkomstig op de aard en de
inrichting, sprake is van niet meer dan bijkomstig gebruik van buiten
de ruimte gelegen voorzieningen.
Tekst uitspraak: 'AQ6732'
3. Hof Amsterdam 6 juni 2004, 02/07053, MK 1. Aanslag
inkomstenbelasting. Correctie op de omzet van de eetcaféhouder door de
inspecteur aannemelijk gemaakt. Beroep ongegrond.
Tekst uitspraak: 'AQ6907'
4. Hof Amsterdam 29 juni 2004, 02/06709, MK 1. Navorderingaanslag
inkomstenbelasting. Nieuw feit aanwezig. Gebrekkige administratie van
een snackbarhouder. Omkering bewijslast. Beroep ongegrond.
Tekst uitspraak: 'AQ6909'
5. Hof Amsterdam 19 december 2003, 01/00592, MK 4. Door
varkenshandelaar behaalde resultaat uit termijnhandel in varkens is in
casu niet aan te merken als winst uit onderneming dan wel inkomsten
uit andere arbeid. Beroep op bij boekenonderzoek gewekt vertrouwen en
gelijkheidsbeginsel faalt. Belanghebbende heeft zijn stelling dat de
aanslag is vastgesteld en de uitspraak is gedaan door een en dezelfde
persoon niet aannemelijk gemaakt.
Tekst uitspraak: 'AQ6979'
6. Hof Amsterdam 16 maart 2004, 02/01566, MK 1. Maatschapsovereenkomst
tussen BV en haar (middellijke) directeur-grootaandeelhouder, waarbij
BV haar gehele onderneming inbrengt en de dga kennis, arbeid en vlijt.
Inspecteur maakt door hem gestelde winstuitdeling niet aannemelijk; BV
heeft zich het recht op de ten tijde van de inbreng aan de onderneming
toe te rekenen goodwill voorbehouden. Hierop is de goedkeuring van de
resolutie van 31 mei 1955, nr. 2, van toepassing.
Tekst uitspraak: 'AQ6980'
7. Hof Amsterdam 23 maart 2004, 02/03976, MK 1. Omvang rechtsstrijd.
Pas ter zitting door gemachtigde ingenomen stelling tardief verklaard.
Omvang rechtsstrijd blijft echter onverminderd bepaald door conclusies
partijen omtrent vast te stellen bedrag van de aanslag. Beide partijen
hebben ter zitting standpunt zodanig gewijzigd, dat daardoor de
inspecteur uiteindelijk tot lager bedrag aan verschuldigde belasting
concludeert dan belanghebbende. Hof: daardoor bestaat tussen partijen
geen geschil meer.
Tekst uitspraak: 'AQ6985'
8. Hof Amsterdam 16 maart 2004, 02/04602, MK 1. Het Hof verwerpt
belanghebbendes opvatting dat in de in art. 31 Wet LB 1964 genoemde
gevallen slechts eindheffing mogelijk is en dat belastingplicht in de
IB niet meer aan de orde komt. De inspecteur kan, zolang nog geen
eindheffing, op de werknemer verhaalbare naheffingsaanslag LB dan wel
aanslag IB is opgelegd, zijn keuze in redelijkheid vrijelijk bepalen.
Beroep op vertrouwensbeginsel verworpen.
(Belanghebbende in cassatie.)
Tekst uitspraak: 'AQ7008'
9. Hof Amsterdam 13 augustus 2004, 03/03398, MK 4. Belanghebbende laat
op haar grond een bioscoop bouwen. In april 2000 vindt de oplevering
door de aannemer plaats. Belanghebbende is op 1 januari 2000 als
gebruiker aan te merken.
Gemeente hoefde haar beleidswijziging om projecten in aanbouw met
ingang van 2000 in de gebruikersbelasting te betrekken, niet aan
belanghebbende afzonderlijk bekend te maken.
Tekst uitspraak: 'AQ7014'