Ministerie van Buitenlandse Zaken

over het Europees wapenembargo tegen China

Beantwoording kamervragen over het Europees wapenembargo tegen China

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag

Directie Azië en Oceanië

Afdeling Oost-Azië

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag

Datum

31 augustus 2004

Behandeld

Gerrie Willems

Kenmerk

DAO-0571/04

Telefoon

070-3486561

Blad


1/6

Fax

070-3485323

Bijlage(n)

gerrie.willems@minbuza.nl

Betreft

Beantwoording vragen van het lidVan Bommel (SP) over het Europees wapenembargo tegen China

Graag bied ik u hierbij, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel (SP) over het Europees wapenembargo tegen China. Deze vragen werden ingezonden op 26 juli 2004 met kenmerk 2030418600.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens mevrouw Van Gennip, staatssecretaris van Economische Zaken, op de vragen van het lid Van Bommel (SP) over het Europees wapenembargo tegen China.

Vraag 1
Kent u het artikel `Trans-Atlantic dispute over arming China'? 1)

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Indien het Verenigd Koninkrijk bezwaren maakt tegen beëindiging van het Europese wapenembargo tegen China bent u dan bereid zich hierbij aan te sluiten? Indien neen, waarom niet?

Antwoord
De Europese Raad heeft in december 2003 het EU-wapenembargo tegen China op de Europese agenda gezet. Belangrijke uitgangspunten in deze discussie zijn dat een eventuele opheffing niet mag leiden tot een toename van wapenexport en dat de verdere ontwikkeling van de EU-China relatie ten goede moet komen aan de naleving van mensenrechten door China. Het Voorzitterschap van de EU heeft bij de discussie over complexe dossiers als deze de taak, met inachtneming van de diverse meningen binnen de Unie, het proces van besluitvorming te laten uitmonden in een resultaat dat door alle betrokkenen in de Unie kan worden gedragen en bijdraagt tot een effectief en verantwoord internationaal optreden van de EU. Vooruitlopen op posities van lidstaten of van de Nederlandse regering zou niet bijdragen aan vervulling van deze taak.

Vraag 3
Bent u bekend met wettelijke maatregelen die in het Amerikaanse congres in voorbereiding zouden zijn teneinde minder Amerikaanse militaire technologie aan Europese landen te verkopen in geval van een eventuele beëindiging van het EU-wapenembargo tegen China? Zo ja, welke maatregelen zijn het en wat is uw oordeel over deze maatregelen?

Antwoord
In het kader van de besluitvorming over de Amerikaanse Defensiebegroting voor 2005 - `Defence Authorization Act 2005' - is door het Huis van Afgevaardigden voorgesteld om beperkingen te stellen aan de uitvoer van strategische goederen uit de Verenigde Staten naar landen die soortgelijke goederen aan China leveren. In de Senaatsvoorstellen over de Defensiebegroting is een dergelijke bepaling niet opgenomen. De relevante passage vormt onderdeel van de beraadslagingen tussen het Huis van Afgevaardigden en de Senaat over genoemde `Act' die vanaf september a.s. zullen plaatsvinden. De Nederlandse regering zal de ontwikkelingen in de VS terzake nauwlettend volgen.

Vraag 4
Is naar uw oordeel de mensenrechtensituatie in China goed of recentelijk wezenlijk verbeterd? Kunt u dat toelichten?

Antwoord
Zoals aan uw Kamer bericht in mijn brief van 30/1/04 (TK 21501-02, nr. 520), is de mensenrechtensituatie in China over de afgelopen decennia op een aantal terreinen duidelijk verbeterd. Er is een zichtbare vooruitgang op het gebied van opbouw van de rechtsstaat, professionalisering van de rechterlijke macht, vrijheden voor de gewone burger, democratisering op lokaal niveau en een grotere openheid van de Chinese autoriteiten om over mensenrechtenkwesties het gesprek aan te gaan met de internationale gemeenschap. Daarnaast heeft in maart jl. het National People's Congress ingestemd met het opnemen in de Chinese grondwet van twee nieuwe bepalingen: één die bepaalt dat de staat de mensenrechten eerbiedigt en waarborgt, en één die bepaalt dat het wettige particuliere bezit van burgers onschendbaar is.

Hoewel op mensenrechtenterrein zorgen blijven bestaan en verdergaande verbeteringen noodzakelijk blijven, is er naar mijn oordeel sprake van een voorzichtig positieve tendens die ondersteuning verdient. Daartoe wordt zowel bilateraal, als in EU- en VN-kader met China een dialoog gevoerd, gericht op het bereiken van concrete resultaten.

Vraag 5
Wat is de stand van zaken met betrekking tot aanscherping van de Europese gedragscode op wapenexporten?

Antwoord
Onder het Ierse Voorzitterschap is een groot aantal voorstellen van de lidstaten besproken met betrekking tot de herziening van de EU Gedragscode betreffende Wapenuitvoer. Tijdens het Nederlandse EU-Voorzitterschap zullen deze voorstellen waar nodig verder moeten worden uitgewerkt en zullen eventuele nieuwe voorstellen worden besproken. Voorts bestaat het voornemen in het najaar een bijeenkomst over de herziening met (internationale) NGO's te beleggen.

Het streven is het herzieningsproces nog tijdens het Nederlandse voorzitterschap af te ronden.

Vraag 6
Kent u berichten over de grote marineoefening Operatie Summer Pulse 04, waarbij de Amerikaanse marine in de zomer van 2004 een grootschalige oefening in de wateren tussen Taiwan en China houdt? Deelt u de mening dat deze oefening de spanningen tussen China en de VS kan doen oplopen? Zo ja, bent u bereid uw bezwaren kenbaar te maken bij de Amerikaanse autoriteiten? Indien neen, waarom niet? 2)

Antwoord
Het artikel waarnaar wordt verwezen gaat in op een omvangrijke oefening van de Amerikaanse marine, zonder overigens gewag te maken van activiteiten in de wateren tussen Taiwan en China. Met deze reguliere oefening, die wordt gehouden in de periode juni tot en met augustus 2004 en waarbij wereldwijd in totaal zeven vliegdekschip-taakgroepen zijn betrokken, wordt voor de eerste maal een nieuw operationeel concept beproefd, het `Fleet Response Plan' (FRP). Het gaat daarbij om nieuwe manieren van opereren, trainen, bemannen en onderhouden van de vloot, hetgeen moet leiden tot een verhoogde gereedheid en verbeterde slagkracht van de taakgroepen met het oog op het wereldwijd beschermen van de Amerikaanse belangen tegen welke dreiging dan ook.

Volgens woordvoering van Amerikaanse marine heeft bij de "Operation Summer Pulse 04" geen grootschalige oefening in de wateren tussen China en Taiwan plaatsgevonden.

Mede in het licht van deze informatie en aangezien het hier een reguliere (wereldwijde) marine-oefening betreft, zie ik geen aanleiding hierover contact op te nemen met mijn Amerikaanse collega.

Overigens heeft ook een Nederlands fregat als onderdeel van de NAVO-taakgroep op de Atlantische Oceaan aan deze oefening deelgenomen.


-----


1) International Herald Tribune, 15 juli jl.


2) Punch. 4 juni 04 Defence & Arms, Operation Summer Pulse '04, door Emeka Madunagu. Zie:
www.ocnus.net/cgi-bin/exec/view.cgi?archive=47&num=12279&printer=1