Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Vraag 1
Herinnert u zich uw toezegging tijdens de behandeling van de begroting 2003 van SZW, dat u met de Sociale Verzekeringsbank (SVB) zou afspreken dat gegevens over ouderen met een onvolledig opgebouwde AOW aan gemeenten zouden worden verstrekt?

Antwoord 1
Ja. Ik heb na deze toezegging de gegevensuitwisseling tussen SVB en gemeenten besproken met de Raad van bestuur SVB en met vertegenwoordigers van VNG. Ik heb beide partijen aangesproken op hun verantwoordelijkheid zorg te dragen voor de uitwisseling van gegevens ten einde te bereiken dat het inkomen van 65-plussers met een onvolledige AOW kan worden aangevuld tot aan het sociaal minimum. Ik heb daarbij SVB en VNG toegezegd de totstandkoming van afspraken hieromtrent te zullen faciliteren. Alle inspanningen in dit verband hebben geleid tot een aantal afspraken. In de eerste plaats is afgesproken dat met ingang van 1 januari 2004 de SVB op verzoek van gemeenten, deze gemeenten een CD-rom levert met daarop de gegevens van de AOW-gerechtigden met een onvolledig AOW- pensioen. Deze afspraak betreft een tijdelijke voorziening. De afspraak is voor advies voorgelegd aan het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP). Het CBP heeft op 30 maart 2004 advies uitgebracht. Het advies is verwerkt en gebruik bij de concretisering van de afspraken over de gegevensuitwisseling. De afspraak is bij gemeenten onder de aandacht gebracht middels een circulaire (Intercom/2004/31183), die ook op het gemeenteloket is geplaatst.
In de tweede plaats is afgesproken dat gemeenten en SVB werken aan een structurele voorziening voor gegevensuitwisseling, waarbij het streven is dat deze voorziening op 1 januari 2005 operationeel is. De voorziening dient de uitwisseling van alle benodigde gegevens tussen gemeenten en SVB te bewerkstelligen. BKWI heeft in dit traject een voortrekkersrol. Naast BKWI zijn ook het Inlichtingenbureau (IB) en het Coördinatiepunt ICT gemeenten bij dit traject betrokken.

Vraag 2
Is het u bekend dat het verstrekken van deze gegevens nog lang niet aan alle gemeenten gebeurt?

Vraag 3
Wat is daarvan de reden?

Antwoord 2 en 3
Het is in principe aan de individuele burger om, indien deze een onvolledige AOW- pensioenopbouw kent en daarnaast geen of onvoldoende aanvullende inkomsten heeft, zich bij de gemeente te melden voor een aanvullende WWB-uitkering. Gebleken is dat in veel gevallen betrokkene burgers zich niet melden bij de gemeente. Voor gemeenten is dit aanleiding geweest om in het kader van het gemeentelijk armoedebeleid deze burgers actief te benaderen. Gemeenten hebben daarvoor gegevens van de SVB nodig. Op basis van de onder antwoord 1 geschetste afspraak is gegevensuitwisseling op grote schaal mogelijk gemaakt. Gemeenten leggen een verzoek om gegevens bij de SVB neer. Vervolgens stelt de SVB deze gegevens beschikbaar. Het CBP acht deze gegevensverstrekking onder omstandigheden noodzakelijk voor de goede vervulling van de publiekrechtelijke taak van gemeenten. Daarbij heeft het College nadrukkelijk gewezen op het beginsel subsidiariteit (het doel waarvoor de gegevens worden verwerkt dient in redelijkheid niet op een andere, voor betrokkene minder

nadelige wijze kunnen worden verwezenlijkt) en het beginsel van proportionaliteit (de inbreuk op de belangen van de betrokkene mag niet onevenredig zijn in verhouding tot het met de verwerking te dienen doel). Op grond hiervan is het niet wenselijk dat de SVB standaard gegevens van alle AOW-gerechtigden met onvolledige pensioenopbouw naar alle gemeenten toestuurt. Een individuele gemeente dient de afweging te maken of de problematiek in de gemeente speelt en of het wenselijk is een verzoek tot uitwisseling van gegevens bij de SVB in te dienen. De SVB meldt dat tot op heden 81 gemeenten een verzoek om gegevens hebben ingediend. Al deze gemeenten hebben een CD-ROM met gegevens ontvangen.

Vraag 4
Is het u bekend dat mede als gevolg hiervan veel ouderen, met name alleenstaanden en allochtone ouderen, onder de armoedegrens leven?

Vraag 5
Wat is uw reactie daarop?

Vraag 6
Deelt u de opvatting dat de SVB als standaard zou moeten hanteren dat per jaar naar elke gemeente een bericht wordt gezonden waarin wordt aangegeven hoeveel mensen met een onvolledige AOW-opbouw in dat jaar 65 worden? Bent u bereid hierover op de meest korte termijn sluitende afspraken te maken met zowel de SVB als de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)?

Vraag 7
Kan een reguliere melding door de SVB aan gemeenten niet tevens een belangrijke rol spelen bij het uitvoeren door de desbetreffende gemeenten, van de maatregelen ten aanzien van het bestrijden van armoede onder ouderen, zoals vervat in het decemberpakket (2003) voor inkomensreparatie ter waarde van 111 miljoen? Zo ja, zult u dan de afspraken maken met terugwerkende kracht tot ten minste 1 januari 2004?

Antwoord 4, 5, 6 en 7
Wanneer een oudere met een onvolledig AOW-pensioen geen gebruik maakt van het recht op aanvulling uit de WWB, heeft dit tot gevolg dat betrokkene een inkomen heeft dat onder het sociaal minimum ligt. Niet-gebruik van sociale zekerheidsuitkeringen, terwijl daar wel recht op bestaat, is een probleem dat nog altijd voorkomt. In het verleden is gebleken dat met voorlichting de doelgroep onvoldoende wordt bereikt. Dit is juist de reden waarom het tot de eerder genoemde afspraak tussen gemeenten en SVB is gekomen. Ik zal in bestuurlijk overleg met VNG het belang en de waarde van actief beleid van gemeenten op dit punt nogmaals te onderstrepen. Ik zal de VNG verzoeken de problematiek en de mogelijkheden die de afspraak tussen SVB en gemeenten biedt, bij gemeenten onder de aandacht te brengen. Een reguliere melding van AOW-ers met onvolledige AOW van de SVB aan gemeenten is om eerder genoemde redenen van proportionaliteit en subsidiariteit niet aan de orde. In aanvulling op mijn actie richting VNG, zal ik SVB vragen AOW-gerechtigden voor te lichten over de mogelijkheid een onvolledig AOW-pensioen aan te vullen middels een WWB- uitkering.