Nederlandse Politiebond


Tekst actie-aanzegging politiebonden

Gepubliceerd: dinsdag 07 september 2004.

Op donderdag 26 augustus 2004 hebben de vier landelijke politiebonden de werkgevers in de politiesector een gezamenlijke actie-aanzegging gestuurd. Hieronder de letterlijke tekst.

Aan de beheerders van de politiekorpsen en overige werkgevers in de sector politie

Zoetermeer, 26 augustus 2004

Geachte mevrouw/mijnheer,

Door het mislukken van het 'voorjaarsoverleg' van het kabinet met de Stichting van de Arbeid over onder meer prepensioen en levensloop is de grondslag ontvallen aan de in de Verklaring van de STAR inzake het arbeidsvoorwaardenoverleg 2004-2005 van 18 november 2003 vervatte (immers voorwaardelijke) aanbeveling om voor 2005 een tot nul naderende contractloonstijging overeen te komen.

De politievakorganisaties stellen voorts, overeenkomstig FNV, CNV en MHP in lijn met de visie van de Stichting van de Arbeid - vast dat het kabinet op wezenlijke punten geen uitvoering wenst te geven aan het SER-advies d.d. 22 maart 2002 over beperking van het ziekteverzuim en de instroom in de WAO en het SER-advies d.d. 20 februari 2004 betreffende verdere uitwerking WAO-beleid. Daarmee is ook de grondslag ontvallen aan het in de Verklaring van de Stichting van de Arbeid van 22 maart 2002 onder meer opgenomen voornemen CAO-partijen aan te bevelen geen bovenwettelijke loondoorbetalingen in het tweede ziektejaar overeen te komen.

Het kabinet heeft in vervolg op het mislukken van het voorjaarsoverleg en in reactie op de zojuist vermelde consequenties daarvan diverse maatregelen op sociaal-economisch gebied aangekondigd resp. al in werking gesteld. De belangrijkste onder die maatregelen behelzen dat:


* De fiscale faciliteiten voor VUT-regelingen en het sparen voor prepensioen zullen worden afgeschaft; bestaande aanvullende pensioenregelingen dreigen op de helling te komen doordat ze als fiscaal bovenmatig worden aangemerkt;


* Deelneming aan prepensioenregelingen niet meer verplicht zal worden gesteld; daartoe wordt de Wet verplichtstelling bedrijfstakpensioenfondsen gewijzigd;


* CAO-bepalingen die voorzien in een contractloonstijging (per saldo meer dan 0 procent) niet meer algemeen verbindend worden verklaard;


* De levensloopregeling zeer smal wordt ingevuld als een puur individuele voorziening, die bovendien alleen openstaat voor degenen die niet deelnemen aan een spaarloonregeling;


* Een ander arbeidsongeschiktheidsbegrip, tegen het unanieme advies van de SER in, dat zeer veel mensen zal uitsluiten van een uitkering. Het wordt een strenger en meer medisch getint begrip. De keus hiervoor is op valse gronden gebaseerd, want het kabinet weigert de goed onderbouwde berekeningen van de SER te accepteren.


* Ondanks alle bezwaren die daartegen ingebracht zijn worden de bestaande WAO'ers voor een groot deel toch herbeoordeeld, met veel strengere medische en arbeidskundige criteria. Het ministerie van Sociale Zaken erkent dat dit meer dan 100.000 mensen (een deel van) hun uitkering gaat kosten, zonder dat er verder iets in hun situatie verandert.


* Gedeeltelijk arbeidsongeschikten worden straks ook voor hun uitkering sterk afhankelijk van wat hun werkgever hen wil betalen. Verdienen ze minder dan ze theoretisch zouden kunnen volgens de beoordeling, dan worden ze dubbel gepakt. Én minder salaris, en ook nog eens een minimumuitkering in plaats van één op basis van het loon.


* De contractuele aanspraak op bovenwettelijke loondoorbetaling na de aanvang van het tweede ziektejaar zal leiden tot verlenging van de wachttijd voor de WAO én tot dienovereenkomstige verlenging van de wettelijke loondoorbetalingplicht van de werkgever (ook na het tweede ziektejaar), totdat 52 weken zijn verstreken gedurende welke de werknemer geen recht op meer dan 70% van het loon heeft gehad; een en ander tenzij tegenover de bovenwettelijke loondoorbetaling 'voldoende arbeid' (arbeid gedurende 13 weken voor een kwart van de normale arbeidstijd) heeft gestaan;


* De WAO-uitkering van de werknemer die in het tweede ziektejaar aanspraak heeft gehad op bovenwettelijke loondoorbetaling terwijl daartegenover niet 'voldoende arbeid' heeft gestaan (ook al was de werknemer in dat jaar volledig arbeidsongeschikt), niet zal worden afgeleid van het verdiende loon (de 70 procent loongerelateerde uitkering) maar van het minimumloon met leeftijdafhankelijke aanvulling (vervolguitkering);


* CAO-bepalingen die voorzien in aanvullingen gedurende het tweede ziektejaar niet algemeen verbindend worden verklaard;


* Ontslagvergoedingen voorzover zij een bepaald niveau te boven gaan, zullen worden verdisconteerd met de WW-uitkering, waardoor eerder getroffen contractuele voorzieningen dienaangaande worden uitgehold, het afspreken van vergoedingen boven dat niveau nog slechts zin heeft voor het geval geen beroep op de WW hoeft te worden gedaan en het de rechter onmogelijk wordt gemaakt de omvang van de ontslag-vergoeding adequaat toe te snijden op de in verband met het ontslag aan de werkgever te maken verwijten;


* Grote verdergaande bezuinigingen op de WW en ook op de IAOW worden doorgevoerd. De kortdurende WW-uitkering komt te vervallen en de referte-eisen worden verzwaard. In de IAOW wordt de ingangsleeftijd verhoogd van 50 naar 55 jaar;


* Voor werknemers in de collectieve sector voor 2005 een arbeidsvoorwaardenruimte beschikbaar is die fors achterblijft en ontoereikend is; de onderhandelingen met de bonden in de collectieve sector (overheid, zorg etc.) worden bij voorbaat door een dictaat aan banden gelegd.


* Minimumloon en sociale uitkeringen worden niet langer aangepast conform de gemiddelde loonontwikkeling, maar volgen de ambtenarensalarissen.


* De spaarloonregeling wordt sterk ingeperkt en de fiscale faciliëring van PC-privé-regelingen wordt afgeschaft.

De minister van Binnenlandse Zaken, tevens lid van dit kabinet, heeft aangegeven niet op het verzoek in te willen gaan gegevens te verstrekken over de gevolgen voor het politiepersoneel verdeeld over verschillende leeftijdscohorten inzake de kabinetsvoornemens rondom het prepensioen en evenmin over de gevolgen met de politiebonden te willen spreken. Wel wil hij aangeven dat de gevolgen 'fors' zullen zijn.

De politiebonden en de overige bij de vakcentrales aangesloten bonden hebben grote bezwaren tegen deze voorgenomen respectievelijk al getroffen maatregelen. Die slaan grote gaten in het (wettelijke) stelsel van sociale zekerheid en pensioenen en tasten daarmee de kern van de solidariteit in deze regelingen aan. Verscheidene vormen een inbreuk op verdragsverplichtingen inzake de fundamentele vrijheid van collectief onderhandelen over arbeidsvoorwaarden. Sommige zullen leiden tot ongeoorloofd leeftijdonderscheid, discriminatie van gehandicapten en willekeur. Ze zullen ernstige repercussies in de sfeer van de CAO-onderhandelingen tot gevolg hebben, en last but not least, ze zullen voor individuele personen verstrekkende consequenties hebben, ook al hebben deze mensen al jarenlang bijgedragen aan de financiering van het sociale zekerheidstelsel.

De vakcentrales hebben het kabinet en de Tweede Kamer in een brief laten weten dat de aangesloten bonden zullen overgaan tot protestacties die zich mede kunnen keren tegen werkgevers.

Natuurlijk zullen de vakcentrales regering en parlement met kracht van argumenten pogen te overtuigen dat met realisering van de kabinetsplannen een heilloze weg zou worden ingeslagen. Mocht daar evenwel geen bevredigende respons op komen, dan zullen de komende CAO-onderhandelingen onder hoge spanning komen te staan. Wij zullen dan niet aarzelen het dichten van de door regering en parlement geslagen gaten in het sociale stelsel tot voorwerp van die onderhandelingen en zo nodig tot inzet van collectieve acties tegen werkgevers te maken.

Intussen kunnen wij niet stilzitten en de besluitvorming van regering en parlement weerloos ondergaan. De politievakorganisaties hebben, in lijn met de vakcentrales, besloten tot opvoering van de acties die ten doel hebben de politieke besluitvorming over de kabinetsvoornemens dusdanig te beïnvloeden dat zij geen doorgang vinden.

In de komende weken zullen wij onze leden binnen ons werkgebied betrekken in acties van een gevarieerd karakter, die ten doel hebben hen te informeren en hen te mobiliseren in protest tegen de kabinetsplannen. Zij zullen kunnen bestaan uit protestuitingen waaronder het dragen van een button op de (werk)kleding, protestbijeenkomsten binnen en buiten bedrijven, werkonderbrekingen en (kortdurende) stakingen.

De thans voorgenomen acties zijn dat moge na het voorafgaande duidelijk zijn primair gericht tegen de kabinetsplannen, niet specifiek tegen een of meer werkgevers, hoewel de minister van Binnenlandse Zaken in zijn rol als primaire politiewerkgever zich door de acties aangesproken mag voelen. Dat geldt temeer nu hij heeft geweigerd met ons over een belangrijk voornemen van dit kabinet van gedachten te wisselen en relevante informatie te verschaffen.

Wij menen tot het voeren van acties als zojuist bedoeld, gerechtigd te zijn ook al kunnen de overige werkgevers daardoor in hun belangen worden getroffen nu de kabinetsplannen ingrijpen in belangen van werknemers en ex-werknemers die voorwerp van collectieve onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden zijn en deels de vrijheid van onderhandelen over arbeidsvoorwaarden zelf rechtstreeks aantasten.

Wij voelen ons vrij u bij deze aan te kondigen dat wij onze leden op zullen roepen om vanaf 13 september aanstaande voor de duur die wij noodzakelijk achten de actiebutton zichtbaar tijdens het werk te dragen als uiting van collectieve actie.

Wij roepen de korpsbeheerders op, ook als zij de aangekondigde acties niet zouden wensen te ondersteunen, deze tenminste te gedogen. 22 september 2004 zullen wij beschouwen de eerste actiedag voor de politiesector en op 2 oktober zullen ook onze leden deelnemen aan de grootste protestmanifestatie op het Museumplein in Amsterdam.

Voordat wij ertoe overgaan de werknemers in de afzonderlijke organisaties tot (overige) acties op te roepen zullen wij, uitgezonderd het dragen van de protestbutton, het voornemen daartoe aan de respectieve werkgevers kenbaar maken. De respectieve bestuurders van onze organisatie staan open voor overleg over veiligheidsmaatregelen, maatregelen in het kader van de openbare orde en veiligheid en maatregelen ter beperking van de schade.

Hoogachtend,

Hans van Duijn, NPB
Gerrit van de Kamp, ACP
Ron Tournier, ANPV
Michiel Holtackers, VMHP

Overname van deze informatie is toegestaan mits met bronvermelding. © 07 09 2004 NPB