Gemeente Den Haag

september 2004
B en W willen meer aandacht voor voetgangers (7 september)

Vandaag heeft het college van B&W de zebranota vastgesteld. Centraal in de nota staat de aanleg van meer zebrapaden. De nota is opgesteld door de werkgroep Verkeersveiligheid Den Haag die bestaat uit de gemeente, Politie en HTM. De nota is ook besproken met 3VO.

De nota legt het tot nu toe ongeschreven beleid over zebrapaden vast en wordt gebruikt om nieuwe plannen voor voetgangers en verzoeken voor de aanleg van zebra's te toetsen. Verantwoordelijk verkeerswethouder Bruno Bruins vindt het "belangrijk dat de aanleg en verbetering van oversteekvoorzieningen voor deze kwetsbare groep verkeersdeelnemers nu meer prioriteit krijgt. Gelukkig kent Den Haag de laatste jaren steeds minder verkeersslachtoffers, maar ieder verkeersslachtoffer is er een teveel."

Schijnveiligheid
De gemeente legt alleen zebra's aan waar ze geen 'schijnveiligheid' opleveren.
Met schijnveiligheid wordt bedoeld dat de indruk wordt gewekt dat het zebrapad een veilige oversteekplek is terwijl dat niet zo is omdat automobilisten niet kunnen of willen stoppen. Onderzoek waarbij een vergelijking is gemaakt tussen Haagse straten met en zonder zebra's en een vergelijking met Rotterdam waar veel zebra's liggen, geeft echter aanleiding minder terughoudend te zijn in de aanleg zebra's. Dit mede vanuit de gedachte dat meer zebra's tot een rijgedrag leiden waarbij meer met zebra's rekening wordt gehouden.

Ander straatbeeld
Uit de nota blijkt ook dat de oversteekpunten die zijn gemarkeerd door onderbroken streeplijnen uit het straatbeeld verdwijnen. Deze streeplijnen liggen nu nog op plekken waar voetgangers vaak oversteken, maar zullen vooral bij verkeerslichten vervangen worden door zebra's. Daarnaast is te verwachten dat er ook in 30 km-gebieden een aantal zebrapaden komen omdat de landelijke regel die zebra's uitsluit in 30 km-gebieden is opgeheven.

Ongewenste zebra's
In de nota wordt ook duidelijk aangegeven waar zebrapaden ongewenst zijn. Dit zijn plekken vlak achter een bocht, binnen 75 meter van een andere zebra op een kruising, in een wegvak over de tramrails en op een wegvak over meer rijstroken per richting zonder verkeerslichten.