GS willen looptijd van spreidingsplan ambulancezorg met 2 jaar
verlengen
De standplaatsen voor ambulances en de noodzakelijke wijzigingen in
standplaatsen zijn opgenomen in het provinciale spreidingsplan
ambulancezorg. Het plan bestrijkt de periode van 2001 tot en met 2004.
Gedeputeerde staten willen de looptijd met 2 jaar verlengen tot eind
2006. Voordat zij een definitieve beslissing nemen, is er vóór 11
oktober 2004 gelegenheid om op dit voornemen van gedeputeerde staten
te reageren.
Gedeputeerde staten zijn tot dit voornemen gekomen op grond van de
volgende overwegingen:
1. De uitgangspunten die bij de opstelling van het spreidingsplan in
2000 zijn gehanteerd, zijn nog immer actueel. Dit geldt voor zowel
de norm, dat een ambulance zo spoedig mogelijk, maar in ieder
geval binnen 15 minuten na melding van een incident ter plaatse
moet kunnen zijn als voor het modelmatige uitgangspunt dat een
meldkamer gemiddeld 2 minuten over de verwerking van een melding
doet.
2. De komende 2 kalenderjaren zullen zich naar verwachting geen grote
knelpunten voordoen in het bereik vanaf een standplaats. GS gaan
er vanuit dat de huidige procedure voor een tussentijdse
herziening van het spreidingsplan voor de deelregios Amstelland/de
Meerlanden en Amsterdam vóór 2005 leidt tot een afronding en
daarmee tot een oplossing van de bestaande problematiek in deze
subregios.
3. Wanneer in de komende 2 kalenderjaren blijkt dat het wenselijk of
noodzakelijk is om op korte termijn wijziging te brengen in de
locatie van één of meer standplaatsen in een (deel)regio, dan
biedt de procedure voor een tussentijdse en partiële herziening
van het spreidingsplan daartoe uitkomst. Tot geringe aanpassingen
van het minimum en maximum aantal ambulances kunnen GS besluiten
zonder de procedure voor herziening van het spreidingsplan te
volgen. Dit is geregeld in § 2.18 van de Nota Ambulancezorg in
Noord-Holland 2001-2004.
4. Het landelijke referentiekader voor de spreiding en
beschikbaarheid van ambulancezorg geeft geen aanleiding het
spreidingsplan aan te passen. Enerzijds geeft de Minister van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport zelf aan, dat van het
referentiekader mag worden afgeweken, wanneer daardoor betere
resultaten mogelijk zijn. Anderzijds heeft de provincie in januari
2003 onderzoek laten verrichten waaruit bleek dat het provinciale
spreidingsplan een groter bereik met zich meebrengt dan de
voorstellen die ten grondslag hebben gelegen aan het
referentiekader.
In de notitie Ambulancezorg, tussenstand 2004, die GS op 17 augustus
2004 hebben vastgesteld, gaan zij eveneens in op de verlenging van de
looptijd van het vigerende spreidingsplan met 2 jaar.
Het Spreidingsplan Ambulancezorg in Noord-Holland 2001-2004 maakt
onderdeel uit van de Nota Ambulancezorg in Noord-Holland 2001-2004.
Beide notas kunt u onderaan deze pagina downloaden.
Iedere belanghebbende kan tot 11 oktober 2004 reageren op het
voornemen van GS om de looptijd van het spreidingsplan te verlengen
tot 1 januari 2007. De reactie moet vóór 11 oktober schriftelijk
worden gestuurd aan:
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland
Postbus 3007
2001 DA Haarlem
Voor vragen kunt u terecht bij de heer L. Christensen, telefoon (023)
514 34 67 of e-mail: ChristensenL@Noord-Holland.nl.
tussenstand ambulancezorg
nota ambulancezorg 2001 - 2004
L. Christensen 9 september 2004
Provincie Noord-Holland