Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Toespraak minister van Verkeer en Waterstaat, Karla Peijs, ter gelegenheid van het 70-jarig jubileum van GeoDelft in Delft

(Alleen de uitgesproken tekst geldt)

Dames en heren,

GeoDelft 70 jaar! Een eerbiedwaardige leeftijd voor een nationaal en internationaal gerenommeerd instituut. Laat ik beginnen om u, medewerkers en directie van GeoDelft, te feliciteren met dit 70-jarig jubileum. Ik vind het een grote eer u op deze feestelijke dag te mogen toespreken.

De indirecte aanleiding tot de oprichting van uw instituut in 1934 was evenwel niet zo feestelijk. Dat was de treinramp van 1918, net voor de brug over het Merwedekanaal bij Weesp. Veel slachtoffers waren toentertijd te betreuren. De ramp werd veroorzaakt door het wegzakken van de dijk als gevolg van hevige regenval. Als gevolg hiervan ontstond voor het eerst een dringende behoefte dergelijke civieltechnische problemen te onderzoeken en te verklaren.

Toepassing van theoretische inzichten uit de natuurkunde, scheikunde en geologie zorgde voor veel betrouwbare kennis van bodemlagen en funderingstechnieken.

Desalniettemin bleek de grondmechanische kennis ook nog vaak tekort te schieten. Zo vertoonde de nieuwe rijksweg Den Haag-Rotterdam al kort na de opening in 1933 golven en ribbels ten gevolge van de werking van de bodem.

Langzamerhand groeide het inzicht dat er een apart kennisinstituut voor de ontwikkeling van grondmechanische kennis moest komen. Op voorstel van de Delftse hoogleraren Keverling Buisman en Van Mourik Broekman werd in 1934 in Delft het Laboratorium voor Grondmechanica opgericht.

Nu, 70 jaar later, bent u nog steeds op ontdekkingsreis door de ondergrond van de moerasdelta die Nederland heet. Een delta die anno 2004 nog vele geheimen kent en voor problemen zorgt.

Een belangrijk deel van ons land ligt onder de zeespiegel. De bodem daalt, de zeespiegel stijgt. Leven en bouwen in onze moerasdelta is dus een kunst. Het lukt ons, met vallen en opstaan. En het lukt alleen doordat we goed om kunnen gaan met zogenaamde slappe grond.

Maar de uitdagingen voor de toekomst zijn groot. De noodzakelijke kennis hiervoor is breed en divers. Veel kennis is nodig; over het droog houden van polderland, over het bouwen én behouden van dijken in ons moeras. Maar ook kennis over aanleg en beheer en onderhoud van wegen en spoorlijnen, van huizen en bedrijven. Uw kennisinstituut heeft die noodzakelijke kennis in huis en ontwikkelt ook steeds weer nieuwe kennis.

Geotechniek is heden ten dage veel meer geworden dan sec grondmechanica. De relatie met de fysica, met de scheikunde is gelegd.

Elektronica en informatica hebben een volwaardige plaats gekregen en nu staat gebruik van biotechnologie en nanotechnologie voor de deur. GeoDelft is een innoverend instituut met specialisten van wereldfaam.

In de jaren `80 werd het instituut verzelfstandigd. U ging de markt op. Het Laboratorium bleef een onderzoeksinstelling op het gebied van geotechniek, maar richtte zich ook op contractonderzoek voor opdrachtgevers, van de overheid en het bedrijfsleven. Net als andere GTI's maakte het Laboratorium een cultuuromslag door naar een klantgerichte en meer zakelijk werkende organisatie. De naam werd veranderd in GeoDelft. Een ingrijpende herpositionering werd vanaf 2000 ingezet. Met het recente advies van de Commissie Wijffels en de reactie hierop van het kabinet, waarop ik zo dadelijk nog terugkom, gaat deze ontwikkeling verder.

Dames en heren,

Weten we zo langzamerhand niet genoeg? Kennen we het kunstje nou niet? Nee, zolang grofweg de helft van de vertragingen en kostenoverschrijdingen bij infrastructuurwerken voortkomt uit problemen met de ondergrond, weten we dus blijkbaar nog niet genoeg. Denk behalve aan de schade ook aan de discussies en rechtszaken tussen opdrachtgevers en bouwers over de verantwoordelijkheid voor al die tegenvallers. Dat moet verminderen.

Een andere vraag die regelmatig opduikt is of Nederland intussen niet af is? Nee, Nederland is nooit af. De bevolking van Nederland groeit.

Onze maatschappij verandert en daarmee ook de gebouwde omgeving inclusief de infrastructuur. Dat kan niet anders betekenen dan dat we steeds intensiever gebruik gaan maken van de beperkte ruimte in ons kleine polderlandje. En dat stelt steeds hogere eisen aan de techniek, want verzakkingen en dergelijke krijgen steeds grotere gevolgen voor de maatschappij.

Kortom, wees gerust, uw taak als ontwikkelaar van de geotechniek is nog niet af, sterker nog, is nooit af. Dat u deze taak breed aanpakt blijkt wel uit het thema van vandaag: de Deltametropool. Daarin gaat het om de inzet en integratie van alle mogelijke disciplines die maar kunnen helpen om onze moerasdelta verder te ontwikkelen.

Ik juich die brede taakopvatting zeer toe. Onze ervaring en een verdere innovatie op dat terrein is een aantrekkelijk exportartikel. En geeft ook weer nieuwe impulsen geven aan de concurrentiekracht van Nederland in het algemeen en onze ingenieursbureaus in het bijzonder.

Dames en heren,

En terug naar de toekomst. De GWW-sector staat voor enorme uitdagingen, waarbij economische groei en duurzame ontwikkeling hand in hand moeten gaan, op een zo effectieve en innovatief mogelijke manier. Het Nederlandse bedrijfsleven heeft een vooraanstaande positie in de GWW-sector. Maar stilstand is achteruitgang. Het handhaven en verbeteren van die vooraanstaande positie vereist dat we duurzaam investeren in kennis en innovatie.

Ik kom hiermee op het recente advies van de commissie Wijffels, getiteld `De kracht van directe verbindingen'. Centraal motto in het advies is dat de `innovatieparadox' - dat wil zeggen de kloof tussen excellent onderzoek en de achterblijvende innovatiekracht van Nederland - moet worden overbrugd door een directe verbinding tussen vraag en aanbod van kennis. De vraag is daarbij sturend. Op dit moment is daar nog onvoldoende sprake van.

Het is op deze plaats dunkt mij niet nodig om het advies uitgebreid te bespreken. U kent het waarschijnlijk door en door.

Voor GeoDelft en het Waterloopkundig Laboratorium zag de Commissie een gezamenlijk toekomstperspectief. Beide GTI's richten zich met hun technologie op verschillende, maar nauw samenhangende aspecten van het leven en werken op een natte bodem omgeven door veel water. De Commissie adviseerde aan te sturen op het formeren van een `Delta Instituut', waarvan GeoDelft en WL/Delft Hydraulics de kern vormen. Tevens dienen volgens de Commissie de daarvoor in aanmerking komende taken van de Specialistische diensten van V&W en van TNO betrokken te worden.

Het Kabinet heeft deze aanbeveling tot vorming van een Delta-instituut overgenomen. Met als ambitie een vraaggestuurd kennis- en innovatie centrum van `delta-kennis', op internationaal topniveau.

Ik zal u nog eens kort toelichten, waarom het kabinet dit Delta-instituut zo belangrijk vindt voor Nederland:


· de kennis blijft op peil.
Mede als gevolg van de klimaatverandering en doorgaande bodemdaling niet onbelangrijk;


· het instituut voldoet straks beter aan de integrale wensen van klanten, bijvoorbeeld door het bieden van een totaal kennispakket voor wat betreft veiligheid tegen overstromingen;


· met een Delta-instituut creëer je een scherpere rolverdeling en taakafbakening met aanpalende instellingen.
Zo wordt ook versnippering van kennis tegengegaan; en tot slot


· het Delta-instituut is ook een kans om structureel de GWW-sector als vraagsturende én medefinancierende partij aan boord te trekken.

Het ontwikkelen van strategische kennis en een innovatieve duurzame inrichting van onze dichtbevolkte deltagebieden vraagt veel inzet.

Naast de inzet van publieke middelen is ook een financiële inzet van het bedrijfsleven essentieel. Gezien het belang dat ik daaraan hecht, wil ik dat nogmaals benadrukken. Ik denk in het bijzonder aan de advies- en ingenieursbureaus, aannemers en nutsbedrijven. Ik wil deze gelegenheid aangrijpen deze marktpartijen op te roepen hun verantwoordelijkheid te nemen. En ik hoop en verwacht eigenlijk dat deze oproep niet in slappe grond zal wegzakken, maar actief wordt opgepakt.

Dames en heren,

Tot slot. Om het Delta-instituut te realiseren moeten nog belangrijke stappen gezet worden. We zijn op de goede weg. De grond is bouwrijp, de fundamenten liggen er. De bouw kan beginnen. Een hoge ambitie, maar wel realistisch. Ik heb er in ieder geval veel vertrouwen in.

Medewerkers en directie van Geodelft, u gaat verder met uw ontdekkingsreis in onze moerasdelta. Een spannende en interessante reis, want de delta heeft nog vele geheimen in petto. Het onthullen van die geheimen en het reduceren van die onzekerheden is dé grote verdienste van uw instituut de afgelopen 70 jaar. U heeft daarmee in belangrijke mate bijgedragen aan een beter, duurzamer en veiliger wonen, werken en recreëren in onze delta. En wat mij betreft kunt u best nog wel een tijdje voort met uw werk.

Ik wens u veel succes met uw verdere werk in de delta.

En nogmaals mijn felicitaties met uw 70-jarig jubileum.

Ik dank u voor uw aandacht.