Ingezonden persbericht
Stichting Nijmeegse Orgelkring
Wedesteinbroek 11 40
6546 RG Nijmegen
Nijmegen 5 september 2004
PERSBERICHT
Dialoog orgel en schola
Slotconcert: Mariavespers van Marcel Dupré
NIJMEGEN - Op dinsdag 14 september is het slotconcert van de zomerconcertserie in de Sint Stevenskerk. De Mariavespers van Marcel Dupré, welke zelden te horen zijn, wordt integraal uitgevoerd door Marcuc Bergink en de Schola Cantorum Karolus Magnus o.l.v. Stan Hollaardt. Het concert begint om 20.30 uur. De entree bedraagt ¤ 5,- of ¤ 4,- met korting.
Eigenlijk zijn Les Vêspres de la Vierge, Opus 18, puur bij toeval ontstaan. De Parijse organist Marcel Dupré improviseerde in 1919 tijdens een mis in de Nôtre Dame op gregoriaanse thema's. Onder de indruk van Dupre's spel, vroeg Claude Goodman Johnson, directeur van Rolls Royce, aan Dupré waar de bladmuziek te koop was. Omdat alles geïmproviseerd was, was er natuurlijk helemaal geen bladmuziek. Johnson verzocht Dupré de improvisaties te reconstrueren. Een jaar later was de 'première' in Rouen en Johnson regelde vervolgens een concert in de Royal Albert Hall in Londen.
Marcel Dupré was een orgelvirtuoos van wereldformaat en een begenadigd improvisator. Hij trad in de voetsporen van Vierne en Widor. Hij zette de Franse 'symfonische' orgeltraditie voort, maar bewaarde daarbij ook de klassieke vormen. Tegelijk traditionalist als vernieuwer, schreef hij tonale muziek met veel gebruik van chromatiek. Hij putte daarbij veel inspiratie uit gregoriaanse thema's.
De Mariavespers vormen een gevarieerde afwisseling van koor en orgel. De opbouw ervan is gelijk aan de opbouw van de gangbare vespers. Het koor zingt onder meer vijf psalmen met een antifoon eraan voorafgaand. Op het orgel klinkt tussen antifoon en psalm een parafrase van de antifoon. Bij de hymne, Ave maris stella, worden strofen afgewisseld met orgelspel, het zelfde gebeurt bij het Magnificat, het hoogtepunt van de vespers.
Voorafgaand aan de Mariavespers speelt Marcus Bergink als introïtus een van de vroegere orgelwerken van Dupré, de Prélude et Fugue, opus 7 nr. 2. Dit werk wordt gekenmerkt door een beweging van louter staccatonoten begeleid door melodische lijnen. De registratie met allerlei combinaties van 8-grondstemmen geeft de compositie een melancholisch karakter.
Marcus Bergink studeerde orgel aan de conservatoria van Twente, Arnhem en het Sweelinck Conservatorium. Hij concerteert solistisch of als begeleider in binnen- en buitenland, is regelmatig te horen in de Sint Martinus in Arnhem en in de grensstreek Arnhem-Emmerich-Kleve.
De Schola Cantorum Karolus Magnus Nijmegen staat onder leiding van Stan Hollaardt. De schola wil het authentieke Gregoriaans als kostbaar cultureel en liturgisch erfgoed bewaren en propageren. Ze baseert zich in haar uitvoeringen op studies die de monniken van Solesnes (Frankrijk) vorige eeuw verrichten. Daarin is ritmiek erg belangrijk gebleken. De schola beperkt zich niet tot medewerking aan liturgische vieringen, maar treedt ook op in concertzalen en schouwburgen, maakt radio- en cd-opnamen en neemt deel aan nationale en internationale festivals.
---
Noot voor de pers: Voor meer informatie kunt u terecht bij Jenneke van de Streek, 030-6383912/ 024-3788696 of bij Joost Langeveld: 024- 3226360