Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag


- Directie Westelijk Halfrond

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 16 september 2004

Behandeld


- J.H. Christiaanse


Kenmerk


- DWH/MC-333/2004

Telefoon


- 00 31 70 3485387


Blad


- 1/1

Fax


- 00 31 70 3485472


Bijlage(n)


- 1


- - JH.Christiaanse@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van de ledenKoenders en Ferrier over Guatemala


-

Graag - bieden wij u hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - de leden- Koenders en Ferrier over Guatemala. Deze vragen werden ingezonden op -

3 september 2004 met kenmerk - 2030420470.


- De Minister De Minister van Buitenlandse Zaken, voor Ontwikkelingssamenwerking,

Dr. B.R. Bot A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven

Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken en mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelings-samenwerking, op vragen van de leden Koenders en Ferrier over Guatemala

Vraag 1

Heeft het Guatemalteekse Constitutionele Hof recentelijk een opinie verstrekt aan de Guatemalteekse regering betreffende de oprichting van de Comisión de Investigación de Cuerpos Ilegales y Aparatos Clandestinos de Seguridad (CICIACS), de commissie die bedoeld is voor het onderzoeken van clandestiene parallelle structuren en het aanklagen van verantwoordelijken, waarin staat dat de hierop betrekking hebbende en door Guatemala ondertekende overeenkomst met de VN in haar huidige vorm ongrondwettelijk is?

Antwoord

Ja. Het Constitutionele Hof is van mening dat de oprichting van CICIACS in strijd is met de grondwet om twee redenen. In de eerste plaats is CICIACS in de ogen van het Constitutionele Hof geen internationaal instrument ter bescherming van de mensenrechten. Ten tweede eigent het zich bevoegdheden toe ten aanzien van strafrechtelijk onderzoek, opsporing, vervolging en het voorbereiden en voeren van processen, die alleen zijn voorbehouden aan nationale instanties zoals politie, het openbaar ministerie en justitie.

Vraag 2

Heeft de EU op deze ontwikkeling gereageerd en, zo ja, hoe? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Ja. De EU heeft contact gezocht met de NGO's en de Procureur voor de Rechten van de Mens (PDH) om te vragen naar hun visie op het oordeel van het Constitutionele Hof (CC). Zij waren van mening dat het in dit stadium contraproductief zou zijn als de internationale gemeenschap zich zou uitlaten over het oordeel van de CC. Zij hoopten dat in een later stadium alsnog de mogelijkheid zou ontstaan om CICIACS tot stand te brengen en waren niet van zins wijzigingen in het voorstel te overwegen. Uit reguliere contacten van de EU met leden van de regering bleek dat deze van plan is het voorstel aan te passen aan het commentaar van het Constitutionele Hof. Het hoofd van het mensenrechtensecretariaat van de regering, Frank La Rue, toonde zich hiervan in een recente bijeenkomst met de Heads of Missions van de EU (HoM's) voorstander. Welke vorm deze aanpassingen krijgen is thans nog niet bekend.

Vraag 3

Verwacht u dat de Guatemalteekse president het voorstel zal herzien? Zo ja, hoe groot acht u het risico dat de essentie van het voorstel, namelijk dat de internationale commissie als een toegevoegde aanklager kan fungeren, zal worden geschrapt? Zo neen, welke stappen resten de president om CICIACS te redden?

Antwoord

Ja, zie het antwoord op vraag 2. Overigens wordt de figuur van toegevoegd aanklager door het Constitutionele Hof niet in strijd met de grondwet geacht.

Vraag 4

Deelt u de mening dat, wanneer uit een herzien voorstel het toegevoegde aanklagerschap wordt geschrapt, CICIACS er toch moet komen? Zo ja, waarom? Zo neen, waarom niet?

Antwoord

Afgewacht moet worden met welke voorstellen de regering komt en hoe direct betrokkenen als het parlement, de NGO's en het PDH hierop reageren.

Vraag 5

Hoe evalueert u de mensenrechtensituatie in Guatemala in de afgelopen maanden? Ziet u een relatie tussen die ontwikkelingen en de discussie rond CICIACS?

Antwoord

De Heads of Mission van de EU in Guatemala bereiden op dit moment een analyse voor van de mensenrechtensituatie, inclusief CICIACS. Deze zal medio oktober worden besproken in Brussel in de Latijns-Amerika werkgroep van de Europese Unie.

Vraag 6 -
Ontvangt u in september 2004 de Guatemalteekse vice-president Stein tijdens zijn bezoek aan Nederland? Zo ja, wat bent u van plan met hem te bespreken betreffende CICIACS?

Antwoord

Vice-President Stein was voornemens in september een bezoek te brengen aan Nederland, Spanje, Duitsland, Zwitserland en Brussel. Het ziet er naar uit dat dit bezoek wordt uitgesteld als gevolg van de AVVN en andere reizen. Niet bekend is wanneer het bezoek wel zal plaatsvinden.

Vraag 7

Welke rol kan de Nederlandse regering als EU-voorzitter spelen om CICIACS te redden, dan wel om de Guatemalteekse regering erop aan te spreken dat zij een geloofwaardig alternatief dient te ontwikkelen?

Antwoord

Veel hangt af van de voorstellen die nu inzake CICIACS worden ontwikkeld. De EU en Nederland dringen er voorts bij de regering en het parlement krachtig op aan om over te gaan tot de instelling van een lokaal kantoor van de Hoge Commissaris van de Mensenrechten. Hiertoe is de regering bereid, maar het parlement moet zich er nog over uitspreken. De stemming in het Congres wordt binnenkort verwacht.

Vraag 8

Heeft het Guatemalteekse parlement toegestemd in het toekennen van een toelage aan de zogenaamde ex-Patrullas de Autodefensa Civil (PAC), de milities die in de jaren '80 en '90 verantwoordelijk waren voor grootschalige mensenrechtenschendingen in Guatemala?

Antwoord

Ja. De president heeft de wet echter formeel nog niet ontvangen van het Congres.

Vraag 9

Waarom blijft naar uw mening een effectieve genoegdoening ('resarcimiento') voor slachtoffers van genocide en andere schendingen van de mensenrechten in Guatemala vooralsnog uit, zoals overeengekomen in de vredesakkoorden.

Antwoord

President Berger heeft in het voorjaar aangekondigd, dat hij over zal gaan tot genoegdoening aan de slachtoffers van genocide. De Nationale Commissie voor genoegdoening (Resarcimiento) onder leiding van Rosalina Tuyui is in juni 2004 formeel ingesteld. Deze is momenteel doende om het voor 2004 toegekende budget van 30 miljoen quetzales (ca. 3 miljoen euro) te besteden. Dit zal nog de nodige moeite kosten omdat de traditionele diepe onderlinge verdeeldheid tussen de diverse slachtofferorganisaties nog niet geheel is overwonnen. Voor de komende tien jaar heeft president Berger een jaarlijks budget van 300 miljoen quetzales toegezegd.

Vraag 10

Is er naar uw mening aanleiding om samen met andere donorlanden in de Grupo Consultivo een scherp afkeurend signaal af te geven met betrekking tot de betalingen aan de ex-PAC, mede omdat effectieve genoegdoening ('resarcimiento') voor de slachtoffers van de genocide, nog altijd op zich laat wachten?

Antwoord

De donorlanden hebben verschillende malen hun bezorgdheid ten aanzien van betalingen aan leden van de ex-PAC uitgesproken.

De betaling aan leden van de ex-PAC is op dit moment nog onderwerp van felle debatten. Deze zaak ligt gevoelig omdat deze groep zich ook als slachtoffer van de burgeroorlog beschouwt. Leden van de ex-PAC stellen dat zij in bijna alle gevallen tegen hun zin waren gedwongen deel te nemen aan deze burgerpatrouilles, omdat zij anders als guerrilla's zouden worden beschouwd. President Berger heeft zich tijdens zijn verkiezingscampagne voor een financiële compensatie uitgesproken, maar heeft op dit moment de door het Congres aangenomen wet nog niet getekend. De Consultatieve Groep is voorzien in de eerste helft van 2005 (zie onder 11). Indien de regering Berger overgaat tot betalingen aan de ex-PAC zonder genoegdoening aan de slachtoffers, zal de donorgemeenschap blijk geven van haar afkeuring.

Vraag 11

Wat is de reden dat de Grupo Consultivo voor Guatemala steeds wordt uitgesteld? Wat is de Nederlandse positie in dezen?

Antwoord

Bij de slotverklaring van de jongste GC hebben de donoren eenzijdig besloten, dat de eerstvolgende GC binnen zes maanden na het aantreden van de nieuwe regering zou moeten worden gehouden. De nieuwe regering is aan een dergelijke beslissing niet gebonden en heeft te kennen gegeven, dat de GC op zijn vroegst in de eerste helft van 2005 zal worden gehouden, hetgeen door Nederland wordt gerespecteerd.

Vraag 12

Kunnen het mogelijk niet-doorgaan van CICIACS en de betalingen aan de ex-PAC voor u aanleiding zijn in multilateraal verband (bijvoorbeeld via de Grupo Consultivo) het gezamenlijke ontwikkelingsprogramma met Guatemala sterker te conditioneren?

Antwoord

De toekomst van CICIACS is nog onbeslist. Over de betalingen aan de slachtoffers van de burgeroorlog is daarentegen inmiddels duidelijkheid. De wet op de betaling aan de ex-PAC is nog niet getekend.