Uitspraken strafzaken Effatha

Bron: Rechtbank 's-Gravenhage

Datum actualiteit: 16-09-2004

De meervoudige kamer voor jeugdstrafzaken van de Haagse rechtbank heeft vandaag uitspraak gedaan in de zaken tegen negen dove jongens in de leeftijd van 14 tot 16 jaar, die terechtstonden op verdenking van herhaalde groepsverkrachting van een eveneens doof meisje van 14 jaar. Zowel de jongens als het meisje zaten op de school van het doveninstituut Effatha te Zoetermeer. De rechtbank heeft acht jongens hiervoor veroordeeld tot voorwaardelijke jeugddetentie, variërend van één tot vier maanden. Eén jongen werd vrijgesproken. De veroordeelde jongens moeten ook een leerstraf van 80 uur volgen, die erop gericht is hen beter te doen omgaan met seksualiteit; deze leerstraf is speciaal ontwikkeld voor dove kinderen en wordt verzorgd door de Rutger-Niso groep.

De rechtbank heeft ten aanzien van alle jongens overwogen dat er naast doofheid sprake is van zwakbegaafdheid en dat de strafbare feiten hen in verminderde mate kunnen worden toegerekend. Alle jongens worden bovendien als detentieongeschikt aangemerkt.

De rechtbank spreekt in de vonnissen ook uit dat het doveninstituut Effatha ernstig is te kort geschoten in het houden van toezicht op deze kwetsbare groep dove kinderen, die voor wat betreft hun verstandelijke vermogens beperkt zijn en vanwege hun doofheid moeilijk kunnen communiceren. Medewerkers van Effatha hebben bovendien niet adequaat gereageerd op signalen met betrekking tot seksueel afwijkend gedrag. Deze signalen kwamen van zowel de jongens als het meisje alsmede van sommige ouders. Vroegtijdig en preventief ingrijpen had grensoverschrijdend seksueel gedrag van de jongens kunnen voorkomen althans beperken. Gebleken is dat leerkrachten veelvuldig en lange tijd het klaslokaal verlieten waardoor het seksueel afwijkend gedrag deels zelfs tijdens de les en in het klaslokaal heeft kunnen plaatsvinden.
Naar het oordeel van de rechtbank hebben de leiding en de docenten van Effatha onvoldoende acht geslagen op de problemen die dove kinderen veelal hebben met intimiteit en seksualiteit en de verhoogde kwetsbaarheid van deze jongeren voor seksueel misbruik. Dit valt hen te verwijten.