Universiteit van Utrecht

Persbericht Universiteit Utrecht

Faculteit Rechtsgeleerdheid

21 september 2004

Onbetaald werk verdient grotere rol binnen nieuwe bijstandswet

In de nieuwe Wet Werk en Bijstand (Wwb) staat de reïntegratie via betaalde arbeid van bijstandsgerechtigden centraal. Aan het vooropgezette ideaal van de financiële zelfstandigheid van de burger is daarmee voldaan. Het stimuleren van een solidaire en publiekgerichte burger, die ook door middel van andere vormen van arbeid 'meedoet in de samenleving' (zoals in de meest recente regeerakkoorden wordt bepleit), lijkt daarentegen nog een brug te ver. Tot die conclusie komt Renaat Hoop. Hij hoopt op 22 september te promoveren aan de faculteit Rechtsgeleerdheid.

In de Wwb wordt sterk de nadruk gelegd op 'werk boven inkomen'. Dit heeft tot gevolg dat de Wwb niet langer in de eerste plaats het onvoorwaardelijke recht op een uitkering op minimumniveau waarborgt, maar de onvoorwaardelijke toegang tot een systeem dat voor activering zorgt. Arbeidsparticipatie staat daardoor niet alleen centraal aan de 'plichtenkant' (de sollicitatieplicht) maar ook aan de 'rechtenkant'.

Misleidend

De rechten-en- plichtensystematiek die in de Wwb telkens wordt benadrukt is bovendien misleidend. De dominantie van een liberale burgerschapsvisie binnen de Wwb heeft tot gevolg dat van bijstandsgerechtigden niet verwacht wordt middels maatschappelijk nuttig werk iets aan de gemeenschap terug te geven (arbeidsethos), maar dat ze financieel zelfstandig dienen te worden, zodat zij geen beroep hoeven te doen op de gemeenschap. De bijstand propageert volgens Renaat Hoop op die manier dan ook eerder individualisering dan solidarisering.

Burgerschapsidealen

Aangezien onbetaalde activiteiten (zoals zorg en vrijwilligerswerk) geen financiële zelfstandigheid met zich meebrengen, krijgen zij geen waardering binnen de Wwb. Sterker nog, onbetaalde arbeid wordt steeds meer beschouwd als een belemmering voor arbeidsinschakeling. Onterecht, meent Hoop. Hij ziet een belangrijke rol weggelegd voor deze vormen van arbeid in het realiseren van de andere vooropgezette burgerschapsidealen, zoals solidariteit, empathie en publiek engagement. Hij stelt dan ook voor om ook met deze vormen van arbeid in de bijstand rekening te houden, hetzij via ontheffingen, hetzij via het formuleren van een maatschappelijke participatieplicht.

Sociale (re)ïntegratie
Ook met betrekking tot de rol van de bijstandsgerechtigde blijkt een liberale visie op burgerschap dominant. De bijstandsgerechtigde krijgt de rol van kritisch consument toebedeeld, maar verwerft ondertussen niet meer inspraak bij de samenstelling van zijn reïntegratietraject. Hoop bepleit om, naar het voorbeeld van de WIK (Wet Inkomensvoorziening Kunstenaars), de betrokkene het voordeel van de twijfel te geven en meer te vertrouwen op diens eigen inzicht in de mogelijkheden tot sociale (re)ïntegratie. Op collectief niveau zouden de cliëntenraden eerder een forum voor burgerparticipatie moeten worden dan een instrument voor belangenbehartiging. Hoop bepleit om ook niet-bijstandsgerechtigde burgers in die raden op te nemen en die verplicht te laten consulteren bij het ontwerpen van bijstandsbeleid.

Ruilkringen

Hoop breekt tenslotte een lans voor het integreren van LETS (Local Exchange and Trading Systems) binnen de bijstandsregelgeving. Dergelijke ruilkringen, waarbij mensen uit eenzelfde buurt diensten met elkaar uitwisselen, bieden immers allerlei mogelijkheden om op basis van eigen initiatief opnieuw in de samenleving actief te zijn en tot het herstel van de zelfvoorzienendheid bij te dragen.

Woensdag 22 september 2004 om 16.15 uur

Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht

Promotie 'Arbeidsplicht en burgerschap. Een politiek-filosofische analyse van de reïntegratie-verplichting in de Nederlandse Bijstandswet'

Mr. Renaat Hoop, faculteit Rechtsgeleerdheid

Voorlichter Erzsó Alföldy (030) 253 7497, e.alfoldy@law.uu.nl of Roy Meijer, (030) 253 3705, r.meijer@csc.uu.nl

Het proefschrift wordt uitgegeven bij Wolf Legal Publishers, Nijmegen, (013) 5821 366, wolflaw@hetnet.nl, ISBN 90-5850-083-7