Veilig Amsterdam
Gemeente Amsterdam - Meer cameratoezicht op metrostations en -haltes
22/09/2004 - Amsterdam werkt aan het verbeteren van sociale veiligheid
in het openbaar vervoer
Het college van B&W wil het cameratoezicht op de Amsterdamse
metrostations en haltes uitbreiden. Vanaf begin 2005 wordt het aantal
cameras uitgebreid van 290 naar circa 650. Op het nieuwe hoofdkantoor
van het GVB aan de Arlandaweg (vanaf januari 2005) komt een centrale
camera-observatieruimte waar de beelden van de cameras worden
uitgelezen. De kosten voor het project cameratoezicht bedragen circa
3,2 miljoen euro.
Wethouder van der Horst (Verkeer, Vervoer en Infrastructuur):
Cameratoezicht zorgt ervoor dat snel kan worden ingegrepen bij
onveilige situaties en is dus een belangrijk middel om de sociale
veiligheid te vergroten. Maar cameratoezicht is meer dan alleen het
plaatsen van cameras. Het is een manier van werken waarbij de cameras
signaleren, waarna de toezichthouders en het controlepersoneel snel
ter plaatse zijn en actie ondernemen. Het dus en (cameras) en
(toezichthouders).
Sociale veiligheid openbaar vervoer
Het project cameratoezicht is één van de vele maatregelen die de
gemeente Amsterdam neemt om de veiligheid in het openbaar vervoer te
verbeteren. De gemeente werkt hierbij samen met diverse partijen,
waaronder de politie, het GVB, de NS en het Openbaar Ministerie. Per
taakgebied zijn er onder meer de volgende maatregelen en projecten:
-infrastructuur: Renovatie Oostlijn, plaatsing toegangspoortjes,
project Schoon en Heel
-kaartcontrole: conducteurs op alle trams, trainingen agressie en
geweld, invoering chipcard
-toezicht: project cameratoezicht, veiligheidsconvenanten met diverse
partijen, zakkenrollersproject.
Doelstellingen en metingen
In het Veiligheidsplan Amsterdam staat als doelstelling dat het
percentage Amsterdammers dat zich onveilig voelt in en rond het
openbaar vervoer op 1 januari 2006 4% lager moet zijn dan het niveau
van 1 januari 2004. Op verzoek van het Ministerie van Verkeer en
Waterstaat stelt het college tevens jaarlijks specifiekere
streefcijfers vast in een Meerjarenplan. Het behalen van de
doelstelling wordt gemeten in de monitor Leefbaarheid en Veiligheid
Amsterdam. Uit de analyse van de monitor van 2003 blijkt dat
onveiligheidsgevoelens en ervaren overlast het grootst zijn in en om
de metro en dat vermijdingsgedrag voorkomt bij een derde van de
(potentiële) reizigers. Opvallend aan de cijfers is o.a. dat
onveiligheidsgevoelens groter zijn op de halte dan in het voertuig,
maar dat incidenten vaker voorkomen in voertuigen dan op haltes.
Toegangspoortjes
Het project cameratoezicht heeft een duidelijke relatie met de komst
van toegangspoortjes (tourniquets). Ook voor de poortjes zijn cameras
nodig om deze te bewaken, zowel voor het mogelijk optreden van
vandalisme als voor hulp ter plekke kunnen bieden aan reizigers die
moeite hebben met het gebruik van de poortjes of de OV-chipkaart. In
Amsterdam komen de eerste poortjes op de metrostations in mei 2005. Ze
gaan in werking per 1 januari 2006.
Observatie en privacy
In de camera-observatieruimte worden alle camerabeelden continu
bekeken. Het personeel leert de observatietechniek in een speciaal
hiervoor ontwikkelde training. Cameratoezicht is onderworpen aan de
wettelijke regelgeving betreffende privacybescherming. Het GVB maakt
gebruik van een vastgesteld privacy-reglement dat door het landelijke
College Bescherming Persoonsgegevens is getoetst en goedgekeurd.
Beelden worden na 48 uur gewist, behalve in die situaties waarbij door
middel van beelden nader onderzoek is vereist. Ook in deze laatste
situatie gelden vastgestelde procedures volgens welke gewerkt moet
worden. Alleen bij strafrechterlijk onderzoek worden beelden aan de
politie ter beschikking gesteld. Alleen geautoriseerde medewerkers
kunnen bij de opgeslagen beelden.
Behandeling in de raadscommissie is op 6 oktober 2004.
Bewakingscamera
forum Doe mee met de discussie over:
Algemeen forum
Terug naar de vorige pagina