Ingezonden persbericht

The Dutch welfare state within Europe

24-09-2004, 20040914 -- Dreigt het poldermodel uiteen te vallen? Wordt de Nederlandse sociale zekerheid uitgekleed? Is het einde van de verzorgingsstaat nabij? Temidden van alle sombere geluiden blijkt het oordeel van vijf toonaangevende buitenlandse experts op het gebied van de verzorgingsstaat verrassend positief.


Zij keken vergelijkenderwijs naar de ontwikkelingen in ons land. En dan munt Nederland vergeleken met de buurlanden nog steeds uit door bijvoorbeeld het streven naar consensus tussen werkgevers, vakbonden, overheid en politiek en een goed ontwikkelde en efficiënte gezondheidszorg. De impact van de Europese regelgeving op verzorgingsarrangementen van de lidstaten dient echter serieus genomen te worden. Meer aandacht voor een Sociaal Europa is noodzakelijk.

Deze visie op de Nederlandse verzorgingsstaat wordt gepresenteerd in het boek "Dutch Welfare Reform in an Expanding Europe: The Neighbours' View", dat op 24 september 2004 tijdens de conferentie over de Nederlandse verzorgingsstaat in de context van de Europese integratie, aan de voorzitter van de SER, Herman Wijffels wordt gepresenteerd. Doel van deze conferentie is tijdens het Nederlandse EU voorzitterschap een bijdrage te leveren aan het debat over de toekomst van de Nederlandse verzorgingsstaat.

De conferentie is het sluitstuk van een project dat onder leiding van Abram de Swaan (universiteitshoogleraar Sociale Wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam) en Erik de Gier (directeur van SISWO/ Social Policy Research en hoogleraar sociaal beleid aan de Universiteit van Amsterdam) met financiële steun van de Stichting Instituut GAK werd uitgevoerd. De Française Dominique Schnapper (werkzaam voor de "Conseil Constitutionnel" in Parijs), de Britse Catherine Jones Finer (Social Policy Worldwide), de Amerikaanse gezondheidsexpert Theodore Marmor van de "Yale School of Management", de Belgische Bea Cantillon (Directeur van het Centrum voor Sociaal Beleid te Antwerpen) en de Duitser Stephan Leibfried (Universiteit Bremen), namen aan dit project deel.




Ingezonden persbericht