Provincie Gelderland

|                                            |Nr.   |2004-416       |
|                                            |Arnhem|27 september   |
|                                            |,     |2004           |
LAST ONDER DWANGSOM VOOR KELLEN BETON IN TIEL

Kellen Beton heeft zonder daarvoor vergunning bij de provincie aan te vragen haar bedrijfsterrein met ongeveer 1,8 ha uitgebreid en daar betonwaren opgeslagen. Na deze geconstateerde overtreding heeft het bedrijf weliswaar een melding ingediend bij de provincie, maar dat was onvoldoende. Het dagelijks bestuur van de provincie heeft Kellen Beton per brief op 24 september nu een last onder dwangsom opgelegd van 10.000 euro. Het bedrijf krijgt vijf maanden de tijd (tot eind februari 2005) om de situatie te beëindigen. Daarna wordt een dwangsom van 10.000 euro per week verbeurd tot een maximum van 100.000 euro.

Aan het opleggen van de last onder dwangsom is een uitwisseling van brieven en standpunten (bezwaarschrift) vooraf gegaan. Gedeputeerde Staten schrijven in de brief aan Kellen Beton dat het bezwaarschrift met betrekking tot het afwijzen van de melding achteraf aan de Commissie voor bezwaar en beroep is doorgestuurd volgens de procedure van de Algemene wet bestuursrecht. Toch is de last onder dwangsom opgelegd omdat in het kader van de Wet milieubeheer de melding achteraf niet door de provincie is geaccepteerd. Daardoor blijft de door het bedrijf uitgevoerde uitbreiding in strijd met die wet.

Kellen Beton kan tegen het opleggen van een last onder dwangsom bezwaar aantekenen en bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een voorlopige voorziening vragen.