Gemeente Utrecht
2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
79 Vraag van mevrouw A. van Rooij.
(ingekomen 2 september 2004)
De gemeente Utrecht was een van de koplopers in het experiment om langdurig verslaafden op medische indicatie heroïne te verstrekken. Uit de evaluatie blijkt dat de mensen, die aan het experiment hebben meegedaan, meer rust en evenwicht in hun leven hebben gevonden, zodat ze weer zinvoller aan de samenleving mee kunnen doen. Al heel lang leeft de wens in Utrecht om het experiment uit te breiden, bijvoorbeeld ook naar drugsverslaafden, die geen vast adres hebben. De positieve gevolgen zullen niet alleen voor de gebruiker voelbaar zijn, maar voor de hele samenleving, als de veiligheid op straat toeneemt.
Het rijk heeft nu eindelijk toestemming gegeven om het experiment met medische verstrekking van heroïne uit te breiden. Uit het budget Grote Stedenbeleid van minister de Graaff wordt weliswaar 1 miljoen euro ter beschikking gesteld, maar zoals wethouder Spekman al in de media heeft aangegeven is dat veel te weinig voor alle steden. D66 vindt dat de gemeente niet nu een jarenlange strijd met het Rijk aan moet gaan over wie de kosten gaat betalen, maar daadkrachtig zelf naar middelen moet zoeken, zonodig in de vorm van voorfinanciering. Zoals we ook met de hostels hebben gedaan. Bovendien gaat het hier om een verstrekking van medicijnen, en zoals de burgemeester van Arnhem terecht opmerkte: de gemeente betaalt ook niet de insuline van de diabetespatiënt. D66 stelt daarom ook voor te overleggen met de ziektekostenverzekeraars.
Op grond van bovenstaande hebben we volgende mondelinge vragen:
1. Is het College bereid het experiment met medische verstrekking van heroïne verder uit te breiden, ook als hier weinig geld van het Rijk voor beschikbaar is?
2. Is het College bereid om te onderzoeken in hoeverre het interessant is om dit te doen in samenwerking met een zorgverzekeraar Agis en zo mogelijk dekking te zoeken in de AWBZ gelden?
3. Wanneer kunnen we een voorstel van het college tegemoet zien?
Antwoorden van Burgemeester en Wethouders
(verzonden 28 september 2004)
1. Utrecht is voorstander van uitbreiding van de verstrekking van heroïne op medisch voorschrift, wegens de gunstige effecten voor opiaatverslaafden en voor de stad als geheel. Dit hebben wij ook kenbaar gemaakt naar het rijk tijdens de Kamerbehandeling van het uitbreidingsvoorstel op 30 juni jl. Nu het rijk echter vooralsnog onvoldoende in de financiering voorziet, zijn op dit moment geen concrete uitspraken te doen over de mogelijkheden tot realisering van een dergelijke uitbreiding. Wij zullen de commissie MO informeren zodra op dit vlak voortgang wordt geboekt.
2. Heroïne is geen geregistreerd medicijn. Daarmee komt het verstrekkingsprogramma niet in aanmerking voor vergoeding door de ziektekostenverzekeraar of de AWBZ. De Minister heeft bovendien in de Kamerbehandeling van 30 juni jl. aangegeven dat hij heroïne op medisch voorschrift niet in aanmerking wil laten komen voor vergoeding via de AWBZ.
3. zie 1.
---- --