Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Postbus 90801 2509 LV Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer Anna van Hannoverstraat 4 der Staten-Generaal Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 Binnenhof 1A
2513 AA 's-GRAVENHAGE

Uw brief Ons kenmerk
- UB/A/2004/64447

Onderwerp Datum Tweede kwartaalverslagen 2004 SUWI- 29 september 2004 organisaties, achtste voortgangsrapportage
SUWI en Onderzoek non-afdoening
werkgeversfraude 2003

Inleiding
Hierbij doen wij u toekomen:
A. tweede kwartaalverslagen 2004 SUWI-organisaties UWV, CWI, SVB, BKWI en IB; B. de achtste voortgangsrapportage SUWI;
C. de UWV-rapportage "Onderzoek non-afdoening werkgeversfraude 2003".

A. Verslagen over het tweede kwartaal 2004
In aansluiting op onze brief van 7 juli 2004 over de eerste kwartaalverslagen 20041, volgt hieronder onze reactie op de tweede kwartaalverslagen 2004. De opzet van de reactie is analoog aan eerdere correspondentie met uw Kamer2 over de uitvoering door de SUWI- organisaties, dit om de voortgang inzichtelijk te maken. In dit verband zien wij uit naar overleg met uw vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de wijze waarop rapportage over SUWI kan worden geoptimaliseerd.3 Wellicht ten overvloede vermelden wij dat ons oordeel over het uitvoeringsjaar 2004, gerelateerd aan de realisatie van de SUWI-doelen, na het verschijnen van de jaarverslagen van de SUWI-organisaties en IWI in mei 2005 wordt gepresenteerd.

In de verslagen over het tweede kwartaal van 2004 wordt een beeld gegenereerd van de uitvoering door de SUWI-organisaties in de eerste helft van 2004. Evenals bij genoemde brief over de eerste kwartaalverslagen zijn de scores op de prestatie-indicatoren door UWV, CWI en SVB bijgevoegd. De scores op de prestatie-indicatoren in het tweede kwartaal tonen veelal een licht opgaande lijn ten opzichte van het eerste kwartaal van 2004. Hoewel dit positief is te noemen, constateren wij desondanks een aantal punten van zorg. Hieronder wordt, langs de lijn van de SUWI-doelen, ingegaan op de ontwikkelingen in de uitvoering.


1 Kamerstukken II, 2003-2004, 26 448, nr. 145.

2 Brief van 19 mei 2004, Kamerstukken II, 2003-2004, 26 448, nr. 141 en brief van 7 juli 2004.
3 Uw brief van 4 juli 2004 met kenmerk 96-04-SZW.

2

Tevens informeren wij u over enkele andere relevante onderwerpen, te weten: transformatie, ketensamenwerking, uitvoering Anw, informatievoorziening huisvesting UWV en de Wet arbeid vreemdelingen.

Werk boven uitkering
De opgaande lijn die CWI in het eerste kwartaal van 2004 heeft laten zien, wordt in het tweede kwartaal vastgehouden. De resultaten die CWI heeft geboekt voldoen ruimschoots aan de normen. Dit is in het bijzonder te zien bij de scores voor de preventie- en uitstroomquotes en het vervullen van vacatures.

UWV deelt mee dat zich gunstige ontwikkelingen voordoen op het gebied van de instroom. De daling van de instroom in de WAO, die zich in het eerste kwartaal van 2004 ook voordeed, heeft in het tweede kwartaal doorgezet. Tevens is het aantal Ziektewetuitkeringen gedaald en is de gemiddelde ziekteduur afgenomen. Het aantal nieuwe aanvragen voor de WW-uitkering is gestabiliseerd en meer werklozen hervatten werk.
De score voor tijdigheid beoordeling reïntegratieverslagen voldoet nog niet aan de norm. De maatregelen die UWV neemt ter verbetering van de tijdigheid en juistheid zullen in het derde kwartaal van 2005 worden ingevoerd. Voor dit tijdstip is gekozen omdat in de periode van oktober 2004 tot oktober 2005 het aanbod van reïntegratieverslagen vrijwel stilvalt. De tijdigheid van de claimbeoordeling WAO heeft zich ten opzichte van het eerste kwartaal 2004 enigszins hersteld. UWV geeft aan dat de tijdigheid in de tweede helft van dit jaar negatief zal worden beïnvloed door de invoering van het nieuwe schattingsbesluit. De werkvoorraden en achterstanden WAO liggen onder de normvoorraad. De doelstelling om deze situatie medio 2004 te bereiken, is daarmee gehaald.
Op het gebied van AG wordt de norm voor snelle start reïntegratietrajecten bijna bereikt, voor de WW geldt dit niet. Om de score voor de WW te verbeteren, heeft UWV een aantal maatregelen getroffen, die effect lijken te hebben (in juni is de gemiddelde doorlooptijd afgenomen). De resultaten zijn echter nog niet zichtbaar in de score over het tweede kwartaal 2004. UWV verwacht dat de doorlooptijd verder kan worden bekort, maar denkt de norm voor 2004 niet meer te kunnen halen.
De doelstelling om in 2004, ongeachte het contractjaar, 18.000 arbeidsongeschikten en werklozen te plaatsen, verwacht UWV te behalen. UWV schat dat in het eerste halfjaar van 2004 ruim de helft van het aantal plaatsing wordt gerealiseerd.
UWV schrijft in het tweede kwartaalverslag te verwachten de geplande plaatsingresultaten voor het contractjaar 2002 niet te halen. In de reactie op het tweede kwartaalverslag is UWV op dit punt om een uitgebreide toelichting gevraagd. In dezelfde reactie is UWV erop gewezen zich maximaal in te spannen om, daar waar UWV beneden de vastgestelde normen bij de betreffende prestatie-indicatoren scoort, deze normen alsnog te realiseren.

UWV geeft in het verslag over het tweede kwartaal de voorlopige cijfers over de rechtmatigheid van de uitvoering. Deze vertoont in het eerste halfjaar een stijgende lijn ten opzichte van 2003. De rechtmatigheid van het distribuerende proces is in de eerste helft van 2004 gestegen van 97,8% over het controlejaar 2003 tot 98,5%.
Analyse van de onderliggende cijfers leert dat de meeste rechtmatigheidscores zijn verbeterd. Dit geldt onder meer voor de WW, ZW en de REA. Daarentegen is de rechtmatigheid van de WAO gedaald van ca. 100 tot 99%.

3

De SVB presteert in het eerste halfjaar van 2004 goed op zowel de rechtmatigheid als de tijdigheid. De problemen met de rechtmatigheid Anw blijken, nadat 2003 al een positief beeld te zien gaf, door de SVB voldoende te worden beheerst.

Klantgerichtheid
Uit het verslag over het eerste kwartaal werd onvoldoende duidelijk welke verbeter- maatregelen CWI heeft getroffen naar aanleiding van het klanttevredenheidsonderzoek dat in het najaar van 2003 is gehouden. In het tweede kwartaalverslag heeft CWI aangegeven welke verbeterpunten uit het klanttevredenheidsonderzoek van werkzoekenden naar voren zijn gekomen en op welke wijze CWI hier invulling aan geeft. Hiertoe zijn er per vestiging verbetervoorstellen geformuleerd. Het onderzoek naar de klanttevredenheid in 2004 moet nog plaatsvinden.
In het tweede kwartaal hebben wel klanttevredenheidsonderzoeken plaatsgevonden naar werkgevers en ketenpartners. Met betrekking tot de klanttevredenheid van werkgevers is de algemene waardering binnen de norm en gelijk aan de uitkomst in 2003 gebleven. Wat de klanttevredenheid van ketenpartners betreft, is de tevredenheid van UWV en gemeenten toegenomen ten opzichte van 2003. Aandachtspunt is het dalende tevredenheidscijfer over het functioneren van het regionaal ketenoverleg (REKO). In het Algemeen Ketenoverleg (AKO) zal aan de orde komen welke stimulansen door ketenpartners kunnen worden gegeven om het REKO naar tevredenheid te laten verlopen.

De inrichting van het klantencontactcentrum van UWV in Goes is afgerond, zodat beide klantcontactcentra nu operationeel zijn. Eind dit jaar bereiken de twee klantcontactcentra landelijke dekking. De overgang van de klantcontacten vanuit de kantoren verloopt volgens planning.
Zoals ook in het eerste kwartaal van 2004 het geval was, blijft het aantal bij UWV ingediende klachten onverminderd hoog. UWV heeft onlangs de analyse van de klachten in het eerste halfjaar van 2004 afgerond en zal de Minister daarover nader informeren. UWV neemt aan dat het hoge aantal klachten mede wordt veroorzaakt door een toename van het aantal klanten, de grotere bekendheid van de klantencontactcentra, de grote veranderingsprocessen binnen de organisatie en de eigen publiciteitscampagnes.

De SVB wil in het kader van een klantgerichte uitvoering klanten meer mogelijkheden bieden via internet. De SVB heeft daartoe in juni een nieuwe internetsite in gebruik genomen. De SVB heeft zich vanuit klachtenmanagement gericht op tijdige behandeling van aanvragen en mutaties. Daarnaast is vanuit hetzelfde oogpunt de klantgerichte behandelingswijze/bejegening tot centraal aandachtspunt benoemd.

Doelmatigheid
In het tweede kwartaalverslag geeft CWI aan dat de uitputting van zowel het reguliere budget als het transformatiebudget achterblijft op de prognose. CWI zal voor 1 oktober, bij het indienen van het jaarplan 2005, aangeven wat de mogelijke onderuitputting op het reguliere budget en het transformatiebudget is in 2004.

Ten aanzien van de structurele uitvoeringskosten wettelijke dienstverlening is bij UWV thans nog sprake van een beperkte overschrijding van de begroting. Met genoegen stellen wij vast dat UWV verwacht in 2004 binnen het budget te blijven, en zowel de afgesproken besparing als de extra taakstelling te realiseren. Over een meer transparante cijferopstelling zijn inmiddels afspraken gemaakt met UWV.


---

De Raad van bestuur SVB spreekt in het halfjaarverslag de verwachting uit binnen het uitvoeringsbudget te blijven. Naast incidentele meevallers wordt dit gunstige beeld veroorzaakt door efficiëntere bedrijfsvoering.

Transformatie
Een belangrijk onderdeel van het transformatieproces bij CWI behelst de vernieuwing van de ICT (Sonar en HVS). CWI schrijft in het tweede kwartaalverslag dat vertraging is opgetreden bij het project Sonar. Deze ontwikkeling is aanleiding geweest om CWI te verzoeken om aan te geven welke maatregelen zij onderneemt om deze risico's te minimaliseren, mede gezien de toenemende druk op het ontwikkelingspad van Sonar dat gericht is op de landelijke uitrol per medio 2005.

Ten behoeve van de sturing van het fusie- en transformatieproces binnen UWV zijn een groot aantal projecten samengebracht in 15 veranderprogramma's. UWV meldt dat in het eerste halfjaar de meeste mijlpalen en resultaten zoals voorzien zijn behaald. Dit zou voor veel programma's betekenen dat ze conform planning eind 2004 of begin 2005 worden afgerond. Echter, voor belangrijke programma's zoals ICT, huisvesting en personeel zullen de noodzakelijke activiteiten langer doorlopen, zo meldt UWV. De oorzaak wordt door UWV gezocht in de combinatie van veranderprogramma's met nieuwe wet- en regelgeving. In overleg met UWV zal nadere prioriteitstelling plaatsvinden. UWV zal de gevolgen hiervan weergeven in het jaarplan 2005. Aan de hand hiervan wordt u nader geïnformeerd.

Ketensamenwerking
In de brief over het eerste kwartaal 2004 hebben wij gemeld dat CWI de normen voor tijdigheid en volledigheid van de overdracht van dossiers WW resp. WWB aan UWV resp. gemeenten haalt. In het tweede kwartaal zijn de scores op beide indicatoren verder toegenomen.
Met ingang van mei 2004 worden reïntegratieadviezen WW direct door CWI aan UWV overgedragen (zogenaamde `warme overdracht'). Naast snelle overdracht leidt dit ook tot een aanmerkelijk betere kwaliteit van de reïntegratieadviezen doordat kennis over de klant en de behoeften van de ketenpartners worden gedeeld.

In de aanbiedingsbrief bij het tweede kwartaalverslag meldt IB dat de bouw van de nieuwe applicatie sectorloket (SLOG4) niet volgens plan verloopt. IB is verzocht een volledige beoordeling te maken van benodigde aanpassingen en risico's, zodat zonder verdere vertragingen en kostenstijgingen het sectorloket en de samenloopapplicatie kunnen worden gerealiseerd. IB is gevraagd hierover eind september een schriftelijke aanvulling op het tweede kwartaalverslag 2004 te leveren. Wanneer sprake is van substantiële aanpassingen van de geplande producten, de opleveringstermijn van het project of van overschrijding van het verleende budget, dan dient IB dit zo spoedig mogelijk te melden.

In het tweede kwartaalverslag gaat IB in op de dienstverlening die het zou kunnen oppakken ten behoeve van gemeenten in het kader van de invoering van de polisadministratie. IB is verzocht vooralsnog geen infrastructurele aanpassingen voor te bereiden, omdat de hiermee samenhangende strategische besluitvorming nog niet rond is.

4 SLOG: Applicatie ter vervangen van het huidige samenloopsysteem en tevens de nieuwe elektronische verbinding van gemeenten aan SUWI-partijen CWI, UWV en SVB via Suwinet (via Inkijk en berichten).


5

In het Algemeen Overleg van 24 juni 2004 is aandacht gevraagd voor de ontwikkeling van heldere ketenindicatoren. Deze indicatoren worden in het kader van een nieuw ketenprogramma, dat betrekking heeft op 2005, geformuleerd (zie ook hoofdstuk 6.1 van de achtste voortgangsrapportage SUWI). De ketenindicatoren worden met ingang van 2005 gemeten.

Op grond van de Wet SUWI is het mogelijk om met nieuwe vormen van samenwerking te gaan experimenteren en hiermee ook ruimte te geven aan lokale initiatieven. Op dit moment liggen er experimentaanvragen van Apeldoorn en Alphen a/d Rijn. Er wordt met name geëxperimenteerd met nieuwe vormen van fasering (Route A en B).

Uitvoering Anw
In onze brief naar aanleiding van de eerste kwartaalverslagen van de SUWI-organisaties zijn we ingegaan op de voortgang van de verbeteracties Anw door de SVB. Volgens planning zijn de verbeteracties op 1 juli voltooid. Dit betekent dat de werkvoorraden inkomensmutaties Anw tot regulier niveau zijn teruggebracht en dat nieuwe inkomensmutaties Anw tijdig worden afgehandeld. Dit moet ertoe leiden dat situaties waarin Anw-gerechtigden met hoge terugvorderingen worden geconfronteerd, ondanks dat zij de SVB tijdig de juiste informatie hebben verschaft, tot het verleden behoren. De SVB meldt in het tweede kwartaalverslag echter wel dat door de inspanningen in verband met de verbeteracties de tijdigheid Anw nationaal als geheel (tijdigheid van de afhandeling van aanvragen én inkomensmutaties Anw) in het tweede kwartaal van 2004 is teruggelopen ten opzichte van het eerste kwartaal (van 85% in het eerste kwartaal naar 77% in het tweede kwartaal, zie ook bijlage prestatie-indicatoren SVB). De Raad van bestuur SVB verwacht desondanks dat ten aanzien van de tijdigheid over het geheel van 2004 de streefwaarde van 80% wordt behaald.

Informatievoorziening huisvesting UWV
UWV heeft informatie verstrekt over de afronding van gebouw C van het hoofdkantoor. Uit de rapportage, die is voorzien van een verklaring van de Accountantsdienst van UWV, blijkt dat de kosten van het hoofdkantoor gebouw C 0,6 mln. lager uitvallen dan begroot.

Wet arbeid vreemdelingen
In het kader van de Wav (Wet arbeid vreemdelingen) kan CWI sectoren/beroepsgroepen aanwijzen waarvoor een versoepelde toets geldt voor aanvragen tewerkstellings- vergunningen voor vreemdelingen uit de nieuwe lidstaten van de EU. De Tweede Kamer wordt hier elk kwartaal over geïnformeerd.
In aanvulling op het tweede kwartaalverslag melden wij dat CWI op 13 juli jl. een besluit heeft genomen over de vrijstelling van sectoren/ beroepsgroepen ingaande 1 augustus 2004. Dit zijn dezelfde sectoren, waarvoor per 1 mei 2004 vrijstelling is gegeven: alle vrijstellingen zijn voor een periode van drie maanden verlengd. Het betreft de volgende sectoren: internationaal transport (internationale chauffeurs); binnenvaart (matroos en stuurman); zorgsector (OK-assistent, radiotherapeutisch laborant en radiodiagnostisch laborant); slachtsector/vleesverwerkende industrie(uitbeners en slachters). Bij de vrijstellingen is ­ conform de uitvoeringsregels ­ vooral gekeken naar de verleende tewerkstellingsvergunningen voor werknemers uit de MOE-landen in het afgelopen jaar. Verder laat CWI bij het nemen van het besluit meewegen de arbeidsmarktontwikkeling in de betreffende sector en signalen van sectoren zelf.


---

CWI heeft de tijdelijke vrijstelling van het seizoenwerk in de land- en tuinbouw (open teelten) niet verlengd. Dit besluit is gepubliceerd in de Staatscourant van 16 augustus 2004, nr. 155.
In het kader van de voor de periode 1 juni ­ 1 september verleende vrijstelling zijn afspraken tussen LTO en CWI gemaakt om te komen tot een structurele aanpak van de personeelsvoorziening. Het besluit is niet verlengd omdat gelet op de afspraken die zijn gemaakt tussen CWI en LTO, de verwachting bestaat dat er Nederlands aanbod na 1 september beschikbaar is. Hierbij speelt mee dat de piekperiode van de seizoenswerkzaamheden in september achter de rug is.
De afspraken met LTO over een versnelde procedure van in totaal 7 weken voor werkgevers blijft open staan.

B. Achtste voortgangsrapportage SUWI
De voortgangsrapportage SUWI is een bundeling van informatie over de implementatie van SUWI. Met de voortgangsrapportage wordt voldaan aan de informatiewens van de vaste commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de Tweede Kamer.5
De voortgangsrapportage is opgesteld conform de procedure regeling grote projecten.6 De voortgangsrapportage wordt tweemaal per jaar opgesteld. De achtste voortgangsrapportage bestrijkt de periode van 1 januari 2004 tot 1 juli 2004.

In de voortgangsrapportage wordt, naar aanleiding van het Algemeen Overleg van 24 juni 2004, ingegaan op de wettelijke overdrachtstermijn van CWI naar gemeenten (zie hoofdstuk 4 Centra voor Werk en Inkomen).

C. UWV-rapportage "Onderzoek non-afdoening werkgeversfraude 2003"
Tijdens het Algemeen Overleg op 18 maart van dit jaar is met u gesproken over de Integrale Rapportage Handhaving 2002. Hierbij is onder meer de non-afdoening (het niet sanctioneren van werkgeversfraude) ter sprake gekomen.
Uit het jaarverslag 2003 van UWV is eerder gebleken dat non-afdoening van werkgeversfraude in 2003 is gestegen tot 37%. Dit percentage is aanleiding geweest voor de toezegging de Kamer te informeren over de uitkomsten van het UWV onderzoek naar de oorzaken van non-afdoening van werkgeversfraude.
UWV heeft eind juni het onderzoeksrapport toegezonden. Uit het UWV onderzoek blijkt dat de werkelijke non-afdoening lager uitvalt dan de geregistreerde non-afdoening. Feitelijk is volgens het UWV sprake van een percentage van 11,5% (voor 2003). Het lagere percentage wordt onder meer verklaard door registratiefouten: van de 173 geregistreerde gevallen, zijn 119 foutief in de betreffende selectie in het registratiesysteem opgenomen. In 54 gevallen is sprake van werkelijke non-afdoening.
De belangrijkste oorzaak hiervoor is het feit dat pas per 1 december 2003 (in plaats van 1 januari 2003) het boetebesluit werkgevers bij UWV-GUO is geïmplementeerd. Zonder deze tekortkoming zou het percentage van non-afdoening in 2003 volgens een schatting van UWV, zijn uitgekomen op circa 1,5%.

Het feit dat de non-afdoening van werkgeversfraude minder omvangrijk is dan aanvankelijk is gebleken, is positief maar neemt de zorg over non-afdoening niet volledig weg. Het niet- sanctioneren van fraude is een ernstige zaak. UWV is naar aanleiding van het tweede

5 Informatiewens verwoord in brieven van 25 mei 2000 (47-00-SZW) en 23 april 2002 (24-02-SZW). 6 Kamerstukken II, 2001-2002, 28 247, nr. 1.


7

kwartaalverslag 2004 verzocht de bestrijding van werkgeversfraude, inclusief de sanctionering, onverminderd voort zetten.
Wij zien de uitkomsten van het door UWV aangekondigde onderzoek naar de omvang non- afdoening gedurende de eerste helft van 2004 dan ook met belangstelling tegemoet. Naar verwachting zal het lagere percentage non-afdoening daarin zichtbaar worden.

De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(mr. A.J. de Geus)

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)


8

Prestatie-indicatoren CWI

Resultaatgebied 1: voorkomen van norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de uitkeringsinstroom kw. 2004 kw. 2004
1. Preventiequote WW 18% 18,9% 21,0%
2. Preventiequote Abw (WWB) 40% 47,5% 46,9%
3. Uitstroomquote (WW en WWB fase 50% 56,2% en 59,3% en
1) 59,7% 59,0%
4. Marktbereik vacatures 50 % 58% 59,4%
5. Vervullingsquote 66.000 20.945 22.826 (Inclusief het vacature offensief)
Resultaatgebied 2: juiste en tijdige norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de uitkeringsverstrekking kw. 2004 kw. 2004
6. Volledigheid overdracht gegevens 85% en 80% 97,9% en 98,3% en CWI mbt uitkeringsintake (CWI maakt 96,6% 97,6% onderscheid naar WW en WWB)

7. Tijdigheid overdracht gegevens CWI 80% en 96% 83,8% en 88,6% en mbt uitkeringsintake (CWI maakt 96,2% 96,4% onderscheid naar WW en WWB)
Resultaatgebied 3: bevorderen van norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de reïntegratie kw. 2004 kw. 2004
8. Kwaliteitscijfer reïntegratieadviezen 7 n.v.t. n.v.t.
9. Kwaliteitscijfer kennisgevingen 7 n.v.t. n.v.t. verwijtbaar gedrag UWV en gemeenten
Resultaatgebied 4: klantgericht norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de kw. 2004 kw. 2004
10. Klanttevredenheid bij CWI van 7 n.v.t. n.v.t. bezoekers CWI / werkzoekenden

11.Klanttevredenheid bij CWI van 7 n.v.t. 7,1 werkgevers

12.Klanttevredenheid bij CWI van 7 n.v.t. 6,5 ketenpartners
Resultaatgebied 5: efficiency norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de kw. 2004 kw. 2004
13.Efficiencytaakstelling 51 mln. n.v.t. n.v.t.

Toelichting
Ad 8 en 9: nog niet gemeten. Over de nadere uitwerking hiervan vindt nog overleg plaats tussen de ketenpartners.

Ad 10, 11, 12: tevredenheidsonderzoeken worden één keer per jaar uitgevoerd.

Ad 13: de efficiencytaakstelling wordt niet tussentijds gemeten. Indien CWI de uitgaven realiseert binnen het budget (bij ongewijzigde productie) kan gesteld worden dat de efficiencytaakstelling wordt gerealiseerd.


9

Prestatie-indicatoren UWV

Resultaatgebied 1: voorkomen van norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2ste uitkeringsinstroom kw. 2004 kw. 2004
1. Tijdigheid beoordeling 80% 45% 50% reïntegratieverslag

2. Juistheid beoordeling 70% Niet vermeld Niet vermeld reïntegratieverslag

3. Uitvoering arborol ­ hersteld vóór > 96% 93% 93% einde wachttijd
Resultaatgebied 2: juiste en tijdige norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2ste uitkeringsverstrekking kw. 2004 kw. 2004
4. Tijdigheid WW (beschikkingen op 86% 92% 91% aanvraag binnen 8 weken genomen)

5. Tijdigheid WAO (beschikkingen 90% 72% 74% op aanvraag binnen 13 wk genomen)

6. Tijdigheid ZW (beschikkingen op 90% 93% 93% aanvraag binnen 4 weken genomen)

7. Rechtmatigheid 99% n.v.t. wordt 98,5% 2x per jaar gemeten

8. Compliance (het percentage 60% Niet vermeld 70% uitkeringsgerechtigden en werk-
gevers dat bekend is met de plichten
en de bijbehorende sancties, gemeten
via een representatief onderzoek)

9. Aantal overtredingen naar duur en na 0-meting n.v.t. n.v.t. omvang (van zowel uitkerings- 0-meting 4e gerechtigden als werkgevers) kwartaal Resultaatgebied 3: bevorderen van norm 2004 realisatie 1ste Realisatie 2ste reïntegratie/uitstroom kw. 2004 kw. 2004
10. Plaatsingspercentage WW 50% 46% n.b.
11. Plaatsingspercentage AG 40% 39% n.b.
12. Sluitende aanpak WW 100% voor 86% 86% UWV als
opdrachtgever
overige: 95%

13. Sluitende aanpak AG 90% n.v.t. n.b.
14. Snelle start reïntegratietrajecten 85% 81% bij AG 82% bij AG

(binnen 4 weken na vaststelling 24% bij WW 22% bij WW afstand tot arbeidsmarkt of
reïntegratievisie een aanmelding naar
reïntegratiebedrijf)
Resultaatgebied 4: klantgericht norm 2004 realisatie 1ste Realisatie 2ste kw. 2004 kw. 2004
15. Uitkomsten klanttevredenheids- 6,5 n.v.t. n.v.t. onderzoek werknemersscore

16. Uitkomsten klanttevredenheids- 6,5 n.v.t. n.v.t. onderzoek, werkgeversscore
Resultaatgebied 5: efficiency norm 2004 realisatie 1ste Realisatie 2ste kw. 2004 kw. 2004
17. Efficiënte uitvoeringsprocessen 18% eind '04 op schema op schema (efficiencyverbetering) tov `02


10

Toelichting
Ad 1: De tijdige beoordeling is mede afhankelijk van de interactie tussen alle in het proces betrokken actoren. In de landelijke stuurgroep Poortwachter wordt dit najaar de werking van dit proces geëvalueerd. Vanwege de invoering van de verlenging van loondoorbetaling bij ziekte, worden er vanaf oktober 2004 tot oktober 2005 geen reïntegratieverslagen ingediend. Procesverbeteringen zullen in het vierde kwartaal van 2005 worden gerealiseerd.

Ad 2: UWV heeft het instrumentarium voor periodieke meting van de juistheid van toetsing van het reïntegratieverslag beschikbaar, maar heeft dit nog niet geoperationaliseerd. IWI heeft in haar recente onderzoek geconcludeerd dat de Wet verbetering Poortwachter voldoende adequaat door UWV is ingevoerd. Aanvullend heeft UWV nader onderzoek gedaan wat geresulteerd heeft in aanbevelingen tot verbetering van zowel de tijdigheid als de juistheid van de toetsing. Vanwege de verwachte grote daling van het aantal einde- wachttijd-aanvragen tussen oktober 2004 en oktober 2005 in verband met de wet VLZ, zal UWV de verbeterpunten en de meting van de juistheid van toetsing van het reïntegratieverslag invoeren vanaf oktober 2005.

Ad 5: Ten opzichte van het eerste kwartaal hebben de tijdigheid en productiviteit van de claimbeoordeling WAO zich (enigszins) hersteld. UWV meldt dat de tijdigheid in de tweede helft van 2004 negatief beïnvloed zal worden door invoering van het nieuwe schattingsbesluit.

Ad 7: UWV meldt een rechtmatigheidspercentage van 98,5%, ervan uitgaande dat geconstateerde onzekerheden in de loop van het jaar worden opgelost. Eerst over een volledig controlejaar is sprake van een steekproefomvang op basis waarvan een uitspraak met voldoende betrouwbaarheid kan worden gedaan.

Ad 8: NIPO-onderzoek wijst uit dat de bekendheid van plichten meer dan 70% is. Voorts wordt de sanctiekans ingeschat op 62% (versus 48% in 2002).

Ad 9: Deze prestatie-indicator zal vanaf 2005 worden toegepast. In december 2004 is de nulmeting op basis van de realisatiecijfers in 2004 gereed. De nulmeting vormt het uitgangspunt op basis waarvan een prestatienorm kan worden ontwikkeld.

Ad 10 en 11: De definitieve uitkomsten van de contracten vanaf 2002 komen vanwege de doorlooptijd van de trajecten later beschikbaar. De in de kwartaalverslag opgenomen tussenstand contractjaar 2002 bedraagt 18% gemiddeld voor WW en AG. UWV verwacht de normen voor contractjaar 2002 te realiseren op grond van de huidige economische omstandigheden. Voor contractjaar 2001 is de doelstelling van 30% AG en 40% WW gehaald (gemiddeld 42%).

Ad 12: UWV geeft aan dat het bereiken van de norm van 95% voor het grootste deel afhankelijk is van de uitstroom van klanten binnen 6 maanden. Het grootste deel van deze klanten (de fase 1 klanten) valt de eerste 6 maanden onder de verantwoordelijkheid van CWI. UWV bereidt een prestatie-indicator voor die meer inzicht biedt in de prestaties van UWV. UWV zal hier in het derde kwartaalverslag op ingaan.

Ad 13: Het doel is 90% van de nieuwe instroom aan te melden voor een reïntegratietraject. UWV zal over de mate waarin dat gerealiseerd wordt in het verslag over het derde kwartaal een tussenstand rapporteren.


11

Ad 14: Bij AG wordt de norm voor een snelle start van een reïntegratietraject bijna bereikt. Voor de WW geldt dit niet. Cliënten moeten gemiddeld 35 in plaats van 20 dagen wachten op de start van een reïntegratietraject. UWV heeft verbeteracties ingezet. In juni is hierdoor de gemiddelde doorlooptijd reeds afgenomen tot 27-28 dagen. UWV verwacht een verdere afname van de doorlooptijd tot 23-24 dagen eind 2004.

Ad 15: UWV heeft de opzet van het klantenonderzoek gewijzigd. De volgende indeling wordt nu gehanteerd: gericht klantenonderzoek (naar aanleiding van procesvernieuwingen binnen UWV), klanttevredenheidsonderzoek (op een generiek niveau en met tweejaarlijkse frequentie, eerst komend in 2005) en imago-onderzoek (hoe ontwikkelt UWV zich in de ogen van werkgevers en werknemers). Daarnaast zijn voorbereidingen gaande voor een keten-klantenonderzoek in samenwerking met CWI, VNG en Divosa (beoogd 4e kwartaal 2004).

Deelonderzoeken geven het volgende beeld:

o Waardering dienstverlening UWV-Telefoon: 6,7

o Werkwijze klachtenbureau: 6,4


12

Prestatie-indicatoren SVB

Resultaatgebied 1: voorkomen van norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de uitkeringsinstroom. kw. 2004 kw. 2004 Niet van toepassing op SVB
Resultaatgebied 2: juiste en tijdige norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de uitkeringsverstrekking kw. 2004 kw. 2004
1. Rechtmatigheid
a ANW 99% n.v.t. 99,24% b AKW 99% 99,88% c AOW 99% 99,97%
2. Handhaving PI + norm vanaf - - 2005

3. Nationale tijdigheid
a AOW 90% 96% 95% b ANW 80% 85% 77% c AKW 95% 97% 97%


4. Internationale tijdigheid
a AOW 60% 86% 88% b ANW 40% 84% 82% c AKW 70% 88% 90%

Resultaatgebied 3: bevorderen van norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de reïntegratie kw. 2004 kw. 2004 Niet van toepassing op SVB - - - Resultaatgebied 4: klantgerichtheid norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de kw. 2004 kw. 2004
5. klanttevredenheid (gemeten op een (5 pnt schaal)
vijf-puntsschaal)
a telefonische dienstverlening 3,2 - - b e-mail dienstverlening 3,1
c schriftelijke dienstverlening 3,2

6. Klachtenmanagement PI + norm in - - ontwikkeling

7. Compliance: bekendheid met n.v.t. n.v.t. n.v.t. regels en plichten
Resultaatgebied 5: efficiency norm 2004 realisatie 1ste realisatie 2de kw. 2004 kw. 2004
8. Efficiency 1% 4% 5.3%5

Toelichting
Ad 2: Met ingang van 2005 wordt over deze prestatie-indicator in jaar- en kwartaalverslagen gerapporteerd.
Ad 3: Tijdigheid Anw teruggelopen door inspanningen in het kader van de verbeteracties Anw. SVB verwacht dat de tijdigheid over het hele jaar boven de norm uitkomt. Ad 5: SVB voert elk anderhalf jaar een klanttevredenheidsonderzoek uit. Het eerstvolgende onderzoek staat gepland voor eind 2004.
Ad 6: klachtenmanagement is in ontwikkeling en wordt in de loop van 2004 geïmplementeerd.
Ad 8: SVB heeft een initiële begroting ingediend van 230 mln. De huidige raming van de uitvoeringskosten op basis van het eerste kwartaal bedraagt 217.8 mln., waarmee een efficiencywinst van 5.3% op jaarbasis zou worden gerealiseerd.