Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

AAN Postbus 90801 2509 LV Den Haag colleges van Burgemeester en Wethouders Anna van Hannoverstraat 4 i.a.a. Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33 Directeuren Sociale Dienst
Hoofden Sociale Zaken
Hoofden Financiën
Directeuren/hoofden I&A
Gemeenteraadsleden p/a griffier

Hoofdkantoor en vestigingen CWI
Hoofdkantoor UWV
Hoofdkantoor en regiokantoren IWI

Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer Intercom/2004/66433 (070) 333 4130

Onderwerp Datum Contactpersoon Verzamelbrief september 2004 4 oktober 2004 Gemeenteloket

Door middel van deze brief informeer ik u over enkele relevante ontwikkelingen op het terrein van werk en inkomen.


1. Verlenging tijdvak Tijdelijke stimuleringsregeling Hoogwaardige Handhaving De Tijdelijke stimuleringsregeling Hoogwaardige Handhaving is bedoeld om een impuls geven aan het tot stand brengen van hoogwaardige handhaving. Na signalen vanuit gemeenten wordt verwacht dat een aantal gemeenten het activiteitenplan niet voor 1 januari 2005 kunnen implementeren. Naar aanleiding hiervan heeft SZW besloten het subsidietijdvak eenmalig met 3 maanden te verlengen, tot uiterlijk 1 april 2005. De wijziging van de regeling is uitsluitend bedoeld om gemeenten die reeds subsidie hebben ontvangen de gelegenheid te geven de implementatie van het bij de subsidieaanvraag ingediende activiteitenplan volledig af te ronden. Het indienen van nieuwe of aanvullende subsidieaanvragen is niet mogelijk. De verantwoording dient uiterlijk op 1 augustus 2005 in het bezit te zijn van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Meer informatie over dit onderwerp kunt u vinden op gemeenteloket.szw.nl (Handhaving-> Fraudebestrijding gemeenten).


2. Uitkering oorlogsslachtoffers
Door de Commissie Algemene Oorlogsongevallen regeling (Indonesië) (AOR) werd mijn ambtsvoorganger gewezen op het feit dat er kennelijk onduidelijkheid bestaat over het al dan niet verrekenen van een AOR-uitkering met de bijstand. Deze onduidelijkheid leidt ertoe dat gemeenten op verschillende wijze omgaan met dergelijke uitkeringen.

Ik wijs er op dat de periodieke uitkering, zoals van bijvoorbeeld de Algemene Oorlogsongevallenregeling, niet kan worden aangemerkt als een vergoeding voor materiële of immateriële schade. Een dergelijke uitkering dient te worden gerekend tot de middelen waarover de belanghebbende beschikt en die met de algemene bijstand behoort te worden verrekend. De op grond van artikel 19 Wet uitkeringen burger-oorlogsslachtoffers 1940- 1945 (WUBO) toegekende toeslag voor voorzieningen, welke strekt tot verbetering van de levensomstandigheden respectievelijk tot dekking van noodzakelijke kosten van geneeskundige behandeling en verpleging van belanghebbende, wordt niet tot de middelen gerekend ( art. 31, tweede lid, onderdelen f en m, WWB).


3. Zelfstandigenbeleid
In de wetstoelichting op de WWB is een aparte wet voor inkomenssteun aan zelfstandigen per 1 januari 2005 aangekondigd. In deze wet zouden de doelgroepen van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz 2004) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) moeten worden opgenomen. Uit een nadere analyse is gebleken dat de meerwaarde van een dergelijke regeling ontbreekt omdat de doelgroepen van het Bbz 2004 (préstarters en actieve zelfstandigen) en van de IOAZ (gewezen zelfstandigen) daarvoor teveel verschillen. Daarnaast is nagegaan in hoeverre eventuele positionering van het Bbz 2004 bij het ministerie van Economische Zaken (EZ) zou kunnen bijdragen aan versterking van het beleid ten aanzien van zelfstandige (startende) ondernemers. Tussen EZ en SZW is afgesproken het Bbz 2004 niet over te hevelen naar het ministerie van EZ. De verantwoordelijkheid voor het Bbz 2004 blijft dus bij het ministerie van SZW.


4. Kinderalimentatiestelsel
In de WWB en de bijbehorende invoeringswet is rekening gehouden met de komst van een nieuw kinderalimentatiestelsel. Tot de invoering hiervan blijft de Abw-verhaalswetgeving onverkort van kracht, maar dan als discretionaire bevoegdheid voor gemeenten. De inwerkingtreding van het nieuwe kinderalimentatiestelsel, waarvoor momenteel een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer in behandeling is, was oorspronkelijk per 1 juli 2004 gepland. Het (latere) invoeringsmoment is afhankelijk van de verdere afhandeling van dit wetsontwerp. Hierover zal later in het jaar meer duidelijkheid komen. Invoering op korte termijn is derhalve op dit moment niet aan de orde.


5. Stand regulier maken van ID-banen per 22 september 2004 (bijlage: pagina 1) In totaal zijn 13.336 aanvragen gedaan. Sinds de deadline op 30 juni 2004 zijn nog ca. 650 aanvragen binnengekomen. Deze moeten afwijzend worden beschikt omdat ze niet aan de voorwaarde van de regeling voldoen, dat de Minister de aanvraag uiterlijk op 30 juni moest hebben ontvangen. De overige ca. 12.700 aanvragen worden allemaal in behandeling genomen. In de bijlage bij deze verzamelbrief kunt u de stand van het regulier maken van ID-banen per 22 september 2004 nalezen.


6. Brief Belastingdienst inzake Automatische voorlopige teruggaaf (bijlage: pagina 2 t/m 4)

In de verzamelbrief van juni jl. (met kenmerk Intercom/2004/40896), bent u geïnformeerd over de omzetting van de Voorlopige teruggaaf heffingskortingen in een Automatische voorlopige teruggaaf. In deze verzamelbrief is de brief bijgevoegd, die de Belastingdienst ter zake heeft gezonden aan alle Belastingplichtigen met een lopende voorlopige teruggaaf.


7. Enquête Digitaal Verantwoordingsysteem (DVS) (bijlage: pagina 5) Tussen juli en december 2003 heeft het ministerie van SZW bij 8 gemeenten een pilot uitgevoerd, om te kunnen beoordelen of het technisch en organisatorisch haalbaar is, om de financiële en beleidsmatige verantwoording door de gemeenten aan SZW via het Internet te laten plaatsvinden. Het digitaliseren van de informatiestromen tussen SZW en gemeenten draagt bij aan het terugdringen van de administratieve lasten, de snelheid van verwerking en de betrouwbaarheid van de gegevens en vergroot daarmee de beschikbaarheid en bruikbaarheid van deze informatie. Om inzicht te verkrijgen in de te verwachte (vrijwillige) deelname aan de digitale verantwoording in 2005, verzoek ik u het enquêteformulier in te vullen die als bijlage bij deze brief is toegevoegd. Ik zie uw reactie graag voor 16 oktober a.s. tegemoet. Natuurlijk is het invullen geen verplichting. Maar ook de gemeenten zelf hebben er belang bij dat uit deze enquête een zo compleet mogelijk beeld naar voren komt. Daarom hoop ik op uw medewerking.


8. Financieringssystematiek WWB
Met de VNG heb ik overleg gevoerd over de verdere ontwikkeling van het verdeelmodel voor het inkomensdeel WWB. Een plan van aanpak stuur ik naar de Tweede Kamer. Het accent van de doorontwikkeling van het verdeelmodel zal liggen op de verklaring van herverdeeleffecten. Door middel van deze verklaringswijze kunnen verdeelfouten worden gesignaleerd en opgelost. Voor de toekomst zullen procedures worden gecreëerd waarmee wordt gewaarborgd dat mogelijke verdeelfouten worden gesignaleerd en dat naar passende oplossingen wordt gezocht (onderhoudstraject).
Daarmee wordt de ingezette lijn van doorgroei naar een verdeling op basis van objectieve kenmerken, gecontinueerd. De eerste voorstellen voor aanpassing van het model zal ik naar verwachting in februari 2005 aan de Kamer aanbieden.
Een eerste verbetering, voor groeigemeenten, is dat wetgeving in voorbereiding is om bij de definitieve vaststelling van het budget in september van het uitvoeringsjaar gebruik te kunnen maken van geactualiseerde verdeelmaatstaven. Naar verwachting zal deze wetgeving al toegepast kunnen worden voor het budgetjaar 2005.
Binnenkort ontvangt u de beschikking met het voorlopige budget 2005 en het definitieve budget 2004. Op het gemeenteloket zal daarna uitgebreide informatie over de budgettoekenning terug te vinden zijn.


9. Jaarrapport 2003 van de statistiek Wet sociale werkvoorziening (aparte bijlage bijgevoegd voor hoofden sociale diensten)
Bijgaand bij deze brief treft u het jaarrapport 2003 van de statistiek Wet sociale werkvoorziening (Wsw) aan. Het rapport geeft inzicht in de landelijke ontwikkelingen met betrekking tot de Wsw-dienstbetrekkingen, personen met een arbeidsovereenkomst in het

kader van begeleid werken, de wachtlijstontwikkeling en het aantal indicaties. Eerder hebt u reeds zogeheten locatierapporten ontvangen van Research voor Beleid, het onderzoeksbureau dat de Wsw-statistiek uitvoert. In die locatierapporten wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste resultaten van uw organisatie of gemeente en worden ter vergelijking ook landelijke en regionale gegevens gepresenteerd. Het jaarrapport dat u hierbij aantreft bevat niet alleen gegevens maar ook een beschrijving en analyse daarvan.
Het jaarrapport is elektronisch beschikbaar op gemeenteloket.szw.nl (onder Officiële publicaties). Voor technische vragen over het rapport kunt u contact opnemen met Research voor Beleid via telefoonnummer (071) 5241514 (van 9.00 tot 12.00 uur) of de website betreffende de Wsw-statistiek raadplegen. Het adres daarvan is www.rvbh.nl/wsw .

Wilt u de verzamelbrief in het vervolg digitaal ontvangen, dan kan dat. Stuur een e-mail met uw naam, gemeente, functie en e-mail adres naar verzamelbrief@minszw.nl. De eerste tijd zult u tevens de papierenversie blijven ontvangen. E-mail berichten die meer informatie bevatten dan bovenstaande onderwerpen, zullen niet worden beantwoord. Voor vragen met betrekking tot de verzamelbrief kunt u een e-mail sturen naar gemeenteloket@minszw.nl.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)

Bijlagen bij verzamelbrief september 2004

5. Stand regulier maken van ID-banen per 22 september 2004

Per 22 september 2004 zijn 8031 aanvragen voorlopig positief beschikt. Dit gebeurt gemiddeld in 95% van de aanvragen. Na het afgeven van de voorlopige beschikking moeten werkgevers aanvullende informatie opsturen o.a. om aan te tonen dat de ID'er in kwestie daadwerkelijk een reguliere baan voor onbepaalde tijd krijgt en dat de gemeente geen structurele subsidie uit het werkdeel van de WWB verstrekt voor de baan. Klopt deze informatie dan maakt het agentschap het eerste voorschot over. Op 22 september 2004 zijn 3284 eerste voorschotten verstrekt. Gemiddeld gebeurt dit in ca. 80% van de gevallen. De verwachting is dat dit laatste percentage de komende periode nog wat afneemt omdat de laatste weken waarschijnlijk een behoorlijk aantal pro-forma aanvragen zijn ingediend. Hoeveel dit er precies zijn, is pas eind 2004 bekend aangezien werkgevers tot 1 december 2004 de tijd hebben om de aanvullende informatie te verstrekken.

Stand per 22 september 2004
Sector 31 december Aanvragen totaal Voorlopige Eerste