Gemeente Heerlen

Selectieve besluitenlijst collegevergadering 5 oktober 2004

SO-16957 De adviezen van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit Heerlen voor het project revitalisatie Theater Heerlen en nieuwbouw van de middenzaal/vlakkevloerzaal. Het college is voornemens bouwvergunning te verlenen voor het project revitalisatie Theater Heerlen en nieuwbouw van de middenzaal/vlakkevloerzaal; dit in afwijking van het advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit Heerlen. Het college heeft dit besluit genomen omdat de financiële en maatschappelijke belangen van een voortvarende aanpak van de renovatie zéér groot zijn.

Het college constateert dat de commissie Ruimtelijke Kwaliteit het voorliggend ontwerp onder de maat vindt; de commissie verwacht op deze plek méér kwaliteit dan naar haar oordeel nu voorligt. Herhaald overleg over mogelijke aanpassingen heeft er weliswaar toe geleid dat op onderdelen toenadering is ontstaan, maar uiteindelijk blijft de commissie bij haar oordeel dat op deze plek méér architectonische kwaliteit wenselijk en mogelijk is. Om die te bereiken dient naar het oordeel van de commissie het ontwerp wezenlijk te worden veranderd. Daartoe is de architect niet bereid, omdat hij wél overtuigd is van de kwaliteit van het ontwerp, zich gebonden acht aan ruimtelijke, functionele en budgettaire kaders en binnen die kaders het ontwerp heeft gerealiseerd. Het is een gegeven dat de financiële en maatschappelijke belangen van een voortvarende aanpak van de renovatie zéér groot zijn. De commissie beschrijft de door haar beoogde kwaliteitsverbetering als wenselijk, niet als noodzakelijk.

Een laatste poging afgelopen week om via een gesprek tussen collegeleden, architect en de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit de ontstane patstelling te doorbreken heeft helaas niet tot een oplossing geleid. Het college heeft vandaag zijn standpunt in deze kwestie bepaald en aangegeven van plan te zijn de bouwvergunning voor het gepresenteerde plan van Peutz architecten te verlenen. In de eerste plaats omdat het college van oordeel is dat het voorliggende plan wel aan redelijke eissen van welstand voldoet en bovendien omdat de noodzakelijke voortgang in het renovatieproces hiermee is gewaarborgd.


---- --