Vereniging Reizigers Openbaar Vervoer (ROVER)


Tweede Kamer schiet spoorconcessies af
ROVER: Kamer behoedt bewindslieden voor onherstelbare blunders

Reizigersvereniging ROVER is zeer tevreden over het afkeuren van de spoorconcessies, gisteren door de Tweede Kamer. De vervoersconcessie (voor de NS) en de beheersconcessie (voor ProRail) zouden in de voorgestelde vorm geen goede uitwerking hebben gehad op het spoorvervoer in Nederland. Een gebrek aan kwaliteitscriteria en sturingsmiddelen in deze concessies zou betekenen dat de NS en ProRail jarenlang in grote mate hun gang konden gaan. Een grote meerderheid van de kamer is het met ROVER eens dat de overheid zichzelf buitenspel zou hebben geplaatst, door slechts op basis van een uiterst zwakke onderhandelingspositie met de NS te kunnen praten.

De minister en de staatssecretaris 'moeten nu hun huiswerk overdoen' van de kamer. De kamer zal met een lijst van correcties komen, die in de wetsvoorstellen moeten worden ingevoerd. ROVER vindt (zonder dat in dit persbericht naar volledigheid wordt gestreefd) dat in ieder geval de volgende zaken in de concessies beter moeten worden geregeld:

De minister moet de ambities voor NS duidelijk maken, in relatie met het totale verkeer- en vervoerbeleid in Nederland. Daarbij gaat het vooral om de bereikbaarheid van zowel steden als de regio's in Nederland en het bieden garanties voor mensen die geen alternatieven voor het openbaar vervoer hebben.
De door de NS te leveren prestaties moeten in de concessie worden opgenomen. Te denken valt aan frequenties, punctualiteit en voorzieningen in treinen en op stations.
Ook voor de beheersconcessie voor ProRail moeten kwaliteitscriteria worden vastgesteld. Te denken valt aan beschikbaarheid van het spoor, betrouwbaarheid van de infra, kwaliteit van de verkeersleiding en stationsomroep.
Er moet in de concessie worden opgenomen, welke de sancties zijn als de NS of ProRail de afgesproken prestaties niet haalt. Te denken valt aan kortingen op salarissen van managers en boetes voor het bedrijf. Er moet een betere procedure komen voor het opstellen van het jaarlijkse vervoersplan van de NS. Zowel de bevoegdheden van de consumentenorganisaties als van de staatssecretaris moeten worden verbeterd.
Er moeten in de concessie goede afspraken in de vervoersconcessie worden opgenomen over het gedogen van treinen van exploitanten van de spoorlijnen die nu nog vallen onder de 'contractsector', en die in de toekomst mogelijk worden aanbesteed. Zo moeten deze treinen kunnen blijven doorrijden naar belangrijke stations aan het kernnet, zodat reizigers niet onnodig hoeven over te stappen, en dienen er doorgaande spoorkaartjes te komen, die ook op alle NS-stations verkrijgbaar moeten zijn.
Er moeten goede afspraken worden gemaakt voor grensoverschrijdende spoorlijnen, omdat NS ook daar andere (meestal buurland-) spoormaatschappijen moet gedogen voor verbindingen met het buitenland. Die treinen zijn echter alleen rendabel te maken indien er ook deels in het binnenlands vervoer in Nederland wordt voorzien. Niets daarover regelen betekent dat veel grensoverschrijdende verbindingen een noodlijdend bestaan zullen (blijven) leiden.

Soms word gesteld, dat een aantal zaken nog moet worden uitgezocht, en dat er daarom geen specifieke eisen kunnen worden gesteld. Deze argumentatie verwijst ROVER graag naar het Rijk der Fabelen: al meer dan anderhalve eeuw rijden er treinen heen en weer door ons land! Wanneer deze kennis echt niet aanwezig is, dan kunnen volgens ROVER de directies van NS en ProRail, alsmede de betrokken ambtenaren van Verkeer en Waterstaat en de verantwoordelijke bewindslieden naar huis.

ROVER zal met belangstelling de komende discussies over de spoorconcessies tussen kamer en kabinet volgen.

Amersfoort, 6 oktober 2004

---