inzake de mogelijke leverantie van korvetten aan de Indonesische
marine
Beantwoording kamervragen inzake de mogelijke leverantie van korvetten
aan de Indonesische marine
Aan de Voorzittervan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
Den Haag
Directie Veiligheidsbeleid
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum
7 oktober 2004
Behandeld
G. Kampman
Kenmerk
DVB/WW-547/04
Telefoon
070-3485228
Blad
1/1
Fax
070-3485479
Bijlage(n)
1
E-Mail
gert.kampman@minbuza.nl
Betreft
Beantwoording vragen van het lid Van der Laan over de mogelijke
leverantie van korvetten aan de Indonesische marine
Graag bied ik u hierbij, mede namens de staatssecretaris van
Economische Zaken en de minister van Financiën, de antwoorden aan op
de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van der Laan over de
mogelijke leverantie van korvetten aan de Indonesische marine. Deze
vragen werden ingezonden op 14 september 2004 met kenmerk 2030421100.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B.R. Bot
Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens
mevrouw Van Gennip, staatssecretaris van Economische Zaken en de heer
Zalm, minister van Financiën, op de vragen van het lid Van der Laan
(D66) over de mogelijke leverantie van korvetten aan de Indonesische
marine.
Vraag 1
Heeft u met uw op 25 augustus 2004 te Jakarta gedane uitspraak "In
2007, two state of the art Dutch-built ships will reinforce the
Indonesian navy's capacity.." gedoeld op de levering door Nederland
van zogenaamde Sigma korvetten aan de Indonesische marine? 1) Zo niet,
waarop doelde u dan?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Bent u, met verwijzing naar de in het algemeen overleg over Indonesië
op 11 februari 2004 gemaakte afspraken, nog steeds van mening dat voor
een dergelijke toezegging overleg met de Kamer noodzakelijk is? Zo ja,
hoe verklaart u dan de publieke toezegging de korvetten te leveren?
Heeft de regering de levering reeds getoetst aan de EU-Gedragscode
voor wapenexport?
Vraag 4
Kunt u bevestigen dat er geen `facts on the ground' worden gecreëerd
door bovengenoemde gang van zaken en dat de levering van de korvetten
slechts doorgang mag vinden indien aan de EU-Gedragscode is voldaan en
eerst overleg met de Tweede Kamer heeft plaatsgevonden?
Antwoord
Zoals in de antwoorden van de staatssecretaris van Economische Zaken
van 13 september jl. op vragen van de leden Koenders en Blom (TK,
vergaderjaar 2003-2004, nr. 2290) over onderhavige onderwerp is
uiteengezet, is er tot op heden nog geen exportvergunning voor de
levering van de twee korvetten aangevraagd door de betrokken
Nederlandse werf en is besluitvorming terzake nog niet aan de orde.
Een aanvraag zal op het moment van indiening (opnieuw) worden getoetst
aan de criteria van de EU Gedragscode in het licht van de alsdan
geldende omstandigheden. In de antwoorden op genoemde vragen heeft de
regering tevens aangegeven dat zij de Kamer op gezette tijden zal
informeren over de (mensenrechten)situatie in Indonesië.
Vraag 3
Is het waar dat Rabobank en ING in mei van dit jaar de financiering
voor de korvetten rond hebben gekregen? Zo niet, wat is dan de stand
van zaken rond de financiering?
Antwoord
De ING Bank en de Rabobank hebben gezamenlijk een lening verstrekt.
Deze lening is onder de exportkredietverzekeringsfaciliteit verzekerd
door Atradius Dutch State Business. De verzekeringspolis is uitgereikt
op 29 juni 2004.
Vraag 5
Heeft u kennisgenomen van een uitzending van het Duitse radioprogramma
"Monitor", waarin wordt gesteld dat Duitse schepen door de
Indonesische marine zijn gebruikt voor transporten, ondanks
contractuele afspraken dat deze hier niet voor gebruikt zouden worden?
2) Hoe gaat u voorkomen dat de korvetten eventueel worden ingezet voor
transporten? Welke stappen zult u ondernemen als Indonesië de
korvetten voor andere zaken dan piraterij bestrijding gaat gebruiken?
Antwoord
Nee.
In het AO van 11 februari 2004 heb ik uiteengezet dat korvetten naar
hun aard niet geschikt zijn voor troepentransport. Het zijn relatief
kleine schepen waarop maximaal 80 personen kunnen verblijven (TK 26
049 en 22 054, nr. 42).
Ten aanzien van de mogelijke inzet van de korvetten wil ik erop wijzen
dat die zich niet zal beperken tot de bestrijding van piraterij, maar
meer in zijn algemeenheid de bescherming van de Indonesische
territoriale wateren en het bestrijden van activiteiten die schadelijk
zijn voor de veiligheid en de economische belangen van zowel Indonesië
als de internationale gemeenschap (terrorisme, piraterij, smokkel) zal
omvatten (TK 22 054, nr. 80).
Ministerie van Buitenlandse Zaken