Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag


- Directie Noord-Afrika en Midden-Oosten

Afdeling Golfstaten

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 12 oktober 2004

Behandeld


- A.P. Wegerif


Kenmerk


- DAM-563/04

Telefoon


- 070 348 5838


Blad


- 1/1

Fax


- 070 348 6639


Bijlage(n)


- 1


- ap.wegerif@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van de ledenVan der Staaij, Van Bommel, Ormel en Karimi over christenen in Iran


-

Graag - bied ik u hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - de leden- Van der Staaij, Van Bommel, Ormel en Karimi over - christenen in Iran. Deze vragen werden ingezonden op - 22 september 2004 met kenmerk - 2040500070.


- De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

                       

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken op vragen van de leden Van der Staaij (SGP), Van Bommel (SP), Ormel (CDA) en Karimi (GroenLinks) over christenen in Iran.

Vraag 1

Kent u het bericht 'Iraanse politie arresteert 80 kerkleiders'? Kunt u de waarheid van dit bericht bevestigen? Past dit bericht in het algemene beeld dat er sprake lijkt te zijn van toegenomen repressie en intimidatie van christenen in Iran?

Antwoord

De repressie tegen christenen lijkt zich te beperken tot groepen die zich actief met bekering van moslims bezighouden.

Vraag 2

Hoeveel voorgangers worden nog vastgehouden? Bent u bereid in EU-verband er bij de Iraanse regering op aan te dringen de detentie van de kerkleiders te beëindigen?

Antwoord

Voor zover op dit moment valt na te gaan wordt nog slechts één voorganger vastgehouden. Ik zal namens de EU Iran hierop aanspreken.

Vraag 3

Herinnert u zich de toezegging om in het geval van de arrestatie van voorganger Khosroo Yusefi in EU-verband voor te stellen "de ambassades in Teheran te vragen om het beeld over de behandeling van christenen in Iran te completeren en al naar gelang de uitkomst daarvan passende stappen in de richting van de Iraanse autoriteiten te doen"? Op welke wijze heeft u uitvoering gegeven aan deze toezegging? Geeft het bovengenoemde bericht aanleiding om vervolgstappen te zetten?

Antwoord 3

Ja. Destijds zijn passende stappen, waartoe de EU in beginsel bereid was, niet nodig geweest, omdat navraag bij de ambassades in Teheran leerde dat de gearresteerde christenen intussen waren vrijgelaten. 

Zoals hierboven gesteld ben ik bereid de kwestie opnieuw in EU-verband aan de orde te stellen.

===